Waarom Alpina merknaam aan BMW verkocht

Andreas Bovensiepen: 'huidige autowereld te complex voor kleine fabrikant'

Alpina - Andreas Bovensiepen
Alpina D4 S Gran CoupéAlpina D4 S Gran CoupéAlpina XD3 en XD4Alpina B3 TouringAlpina B5 en D5 S 2020Alpina B8 Gran CoupeAlpina

Met meer dan 2.000 verkochte auto’s heeft Alpina in 2021 zijn beste jaar ooit gedraaid. Niettemin neemt BMW de merknaam vanaf 2026 over om er een nieuwe luxelijn van te maken. Andreas Bovensiepen legt uit waarom zijn familie die beslissing heeft genomen en wat dat voor de toekomst betekent van de kleine fabrikant die sinds de jaren zestig van BMW's exclusieve bolides maakt.

Vanwaar de beslissing om de merknaam Alpina aan BMW te verkopen?

“De autowereld die we zolang hebben gekend, is de laatste jaren drastisch veranderd. Door het dieselgate-emissieschandaal hebben autofabrikanten veel krediet verloren, terwijl de politiek die gebeurtenis heeft aangegrepen om de elektrificatie van het wagenpark erdoor te duwen. Het huidige Alpina-gamma teert louter op zes-in-lijnmotoren en V8’s, waarbij diesel een belangrijke rol blijft spelen. Onze auto’s zijn everyday dream-cars die als zodanig gebruikt worden en gemiddeld tussen de 30.000 en 50.000 km per jaar afleggen, vaak op hogere snelheden. Dat strookt hoe langer hoe minder met de eisen die we van hogerhand krijgen opgelegd.”

Die eisen zijn toch voor alle merken gelijk, ook voor BMW dat de basistechniek aan Alpina levert?

“Dat klopt, maar je kunt de multinational BMW niet met het familiebedrijf Alpina vergelijken. Onze middelen zijn verhoudingsgewijs beperkt, terwijl de boetes voor vergissingen of fouten bij emissieproeven en rijhulpsystemen hetzelfde zijn. Daarnaast speelt de onvoorspelbaarheid van de markt ons parten in combinatie met de huidige bevoorradingsproblemen. Sinds de pandemie moeten we Alpina-specifieke onder­delen twaalf tot vijftien maanden vooruit bestellen, wat een ­financieel risico inhoudt als de betreffende auto’s nog niet zijn verkocht. Dan zwijg ik nog over de investeringen die nodig zijn in vakgebieden zoals IT en softwareontwikkeling om de nieuwste BMW-systemen met onze onderdelen te laten communiceren. De complexiteit groeit dus mee met de onzekerheid.”

Alpina-modellen op groenere en kleinere BMW-motoren baseren is geen optie?

“Dat zou voor ons alleen in China werken. BMW biedt daar bijvoorbeeld een 720i aan die zeker succesvol zou zijn als Alpina, maar dan speelt de onzeker­heid weer op. We weten immers allemaal dat de Volksrepubliek volledig op EV’s inzet, waardoor geëlektrificeerde benzinemotoren snel van de radar kunnen verdwijnen. Ook in Duitsland ligt de PHEV weer onder vuur en de autobahn-snelheidslimiet van 130 km/h is weer terug op tafel, terwijl er misschien een luxetaks op grote motoren zit aan te komen. Vergeet ook niet dat onze capaciteit in Buchloe zijn grenzen heeft bereikt. We maken nu al meer dan 2.000 auto’s met ongeveer 300 werknemers en hebben onze uitbreidingsmogelijkheden uitgeput. Met zo’n beperkte productie kun je geen geld ­verdienen met kleine auto’s, en zeker niet met de Euro 7-emissienormen in het verschiet.”

Dieselblok van Alpina in een BMW 4-serie

Wat gaat er dan wel gebeuren in de aanloop naar 2026 en daarna?

“Ons huidige gamma, inclusief de nieuwe B4/D4 Gran Coupé en de LCI-versies van de 3-serie, de XB7 en de 8-serie, blijft gewoon tot eind 2025 in productie. Als alles meezit, bouwen we de komen­de drieënhalf jaar nog zo’n 5.000 echte Alpina’s. Daarna dragen we onze naam over aan BMW, maar niet onze productie­faciliteiten. BMW is weliswaar naar ons toe gekomen met de vraag om de Alpina-naam te kopen, aan een kleinschalige fabriek vlakbij München hebben ze natuurlijk niets. Bovendien hebben we naast onze autobusiness ook een succesvolle wijnbusiness. Onze vader, Burkhard Bovensiepen, is al tijdens zijn raceloopbaan in de jaren 70 begonnen met het inkopen van kwalitatief goede wijnen. Gewoon, als een uit de hand gelo­pen hobby. Op dit ­moment conserveren we ongeveer een miljoen flessen van de beste wijnhuizen en jaargangen in speciale faciliteiten, die zijn bestemd voor distributie in de topgastronomie. Dat deel van onze activi­teiten gaan we dus zeker voortzetten.”

Alpina XB7

We kunnen ons nauwelijks voorstellen dat de famil­ie Bovensiepen niets meer met auto’s gaat doen.

“Dat heb je goed ingeschat. In de overeenkomst met BMW is opgenomen dat we onze merknaam mogen blijven gebruiken in de combinatie ‘Alpina Classic’. We gaan dus onze productiefaciliteiten inzetten om onderdelen te produceren voor de Alpina’s die tussen 1965 en 2025 zijn gebouwd. Denk daarbij aan Alpina-wielen, remonderdelen,  ophangingselementen, aerodynamische delen, interieur­aankleding en wat dies meer zij. Dat hele pakket wordt via onze dealers gedistribueerd maar ook in een webshop gecentraliseerd, aangezien er internationaal een toenemende vraag is. Daarnaast blijft Alpina Engineering de BMW Group ondersteunen bij de ontwikkeling van banden, chassis-setups en ESP-systemen zoals het dat al jaren doet.”

In het persbericht van BMW staat dat de ­familienaam Bovensiepen aan belang gaat ­winnen. Hoe zit dat precies?

“Dat is op dit moment nog toekomstmuziek, maar we denken er al wel over na. Dat we eindelijk tijd en ruimte gaan hebben voor onderhoud en restauraties van klassieke Alpina’s, is zeker. Daarvoor hebben we immers alle competenties en binnenkort ook de onderdelen in huis. We willen dan ook weer liefhebbers ontvangen in Buchloe, om er de geschiedenis van ons merk te etaleren en de greatest hits uit onze catalogus te exposeren in een soort van Alpina Classic World. Tegelijk willen we ook aan het community-aspect werken met bijvoorbeeld evenementen, circuit­dagen en misschien zelfs historische autosport. In het geval dat dit alles op termijn tot nieuwe ideeën of zelfs auto­modellen zou leiden, dan hebben we daarvoor met Bovensiepen alvast een gepaste naam klaarstaan.”

Wat hoopt u tot slot dat BMW met het merk Alpin­­a gaat doen?

“Het is niet aan ons om te zeggen wat BMW met Alpina moet doen, maar ik vermoed dat we aan de luxesferen mogen denken. Mijn vader als ­merkoprichter, mijn broer als mede-CEO en ikzelf zouden vooral blij zijn als de naams­bekendheid van Alpina nog groeit. Vandaag ver­kopen we onze auto’s in Europa, Engeland, de VS en Canada en in Japan. Dat laat nog veel potentieel voor uitbreiding, bijvoorbeeld naar een land als Zuid-Afrik­a, dat een lange traditie met BMW heeft. Hoe mooi zou het niet zijn om over twintig jaar te kunnen zeggen dat Alpina echt een wereld­merk is geworden, terwijl het als een familiebedrijf bego­n in een klein Beiers dorpje? Alpina Classic zou er in ieder geval wel bij varen, wat ons als stichtende familie dubbel gelukkig zou stemmen.”

Lezersreacties (17)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.