VriMiBolide: De Tomaso Pantera

De Tomaso Pantera

Vrijdag, tijd voor de vrimibo. Bitterballen erbij, blokjes kaas, drankje in de hand en praten met collega's over auto's. Zo ga je nog lekkerder het weekend in. Om jullie daarbij te helpen presenteren we elke vrijdagmiddag de VriMiBolide, de auto die de tongen los moet maken tijdens de vrijdagmiddagborrel. Deze week: de De Tomaso Pantera

Deze week bereikte ons het droevige nieuws dat er nu definitief een einde is gekomen aan de wederopstanding van De Tomaso. In drie jaar tijd kwam het merk, kondigde wilde plannen aan, en verdwijnt nu dus weer. Toch heeft De Tomaso onder autoliefhebbers een onaantastbare status en die dankt het merk voor het grootste deel aan één model: de Pantera.

In 1970 presenteert Alejandro de Tomaso de Pantera als opvolger van de Mangusta, die weliswaar erg snel is, maar lijdt aan stabiliteitsproblemen. Voor de Pantera wordt dan ook gekozen voor een stalen monocoque chassis voor meer stijfheid. Bovendien kiest men voor een transaxle ontwerp, waarbij de versnellingsbak en het differentieel als één geheel in de achteras worden geplaatst. Om de gewichtsverdeling nog verder te perfectioneren wordt de van Ford afkomstige 335 pk sterke 5,8-liter 'Cleveland' V8 laag in het midden van de auto geplaatst. Bijkomend voordeel van de Ford-motor is dat-ie de Pantera door z'n hoge koppel tot een relatief makkelijk te rijden supercar maakt. Want een supercar is de Pantera zeker, het bekende sprintje naar de 100 kan in 5,5 seconden en met een topsnelheid van 256 km/h laat je veel snel spul van vandaag achter je op de Autobahn. De Pantera is bovendien een geavanceerde auto voor z'n tijd, met bijvoorbeeld onafhankelijke wielophanging en schijfremmen rondom. Maar ook aan luxe werd gedacht, zaken als elektrische raambediening en airconditioning zijn verkrijgbaar.

Geen wonder dus dat het enthousiasme groot is, in 1971 worden er per dag maar liefst drie Pantera's gebouwd in Modena. Als Ford later dat jaar besluit om de Pantera in Amerika te gaan importeren, gaat het helemaal hard met de sportauto. In vier jaar tijd worden er zo'n 5.500 Pantera's naar de VS verscheept. Helaas hebben vooral de vroege exemplaren flink te lijden onder de productiedrang. Roestbescherming is bijvoorbeeld nauwelijks effectief en de betrouwbaarheid liet ook nogal te wensen over. De legende wil dat Elvis Presley op een dag zo kwaad werd omdat z'n Pantera niet wilde starten, dat-ie de auto uit frustratie beschoot met een pistool.

Het keerpunt komt als Ford in 1975 besluit te stoppen met de Amerikaanse levering van de Pantera. Om de interesse levend te houden, breidt De Tomaso het gamma gedurende z'n levenscyclus uit met diverse speciale edities, zoals de GTS en GT5. Aan het einde van z'n leven komt er een ultieme Pantera in de vorm van de Si, met maar liefst 500 pk. In 1991 stopt de productie, 20 jaar nadat de eerste Pantera werd gemaakt. Uiteindelijk zijn er ongeveer 7.260 Pantera's gebouwd.

Voor de liefhebbers: beeld en vooral geluid.

Video

Lezersreacties (21)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.