Stellantis sluit deal met accubouwer CATL voor LFP-accu’s

CATL is de grootste mondiale leverancier van auto-accu’s en heeft een marktaandeel dat niet zelden ergens tussen de 30 en de 40 procent zit, hoewel die rol door nieuwe en opkomende partijen wel minder vanzelfsprekend wordt. Stellantis, dat we in Europa vooral kennen van de merken Peugeot, Citroën, Opel, Jeep en Fiat, sluit nu een serieuze deal met CATL. Hoe serieus die deal precies is, wordt door het ontbreken van geldbedragen niet duidelijk, maar we weten wel dat het specifiek gaat om de levering van LFP-accu’s voor compacte modellen die in Europa moeten worden geleverd.

De lithium-ijzer-fosfaataccu kent een lagere energiedichtheid dan de meer gangbare NMC-accu, maar bevat geen zeldzame aardmetalen en is goedkoper om te produceren. We vinden LFP-accu’s dan ook vaak in goedkopere EV’s of de basisversies van gangbare EV’s, zoals de achterwielaangedreven versie van de Tesla Model 3 of ook de aankomende instapversie van de Volvo EX30.

Ook Stellantis lijkt de LFP-accu’s te willen inzetten voor relatief compacte en betaalbare modellen uit het B- en C-segment. Omdat ook deze autobouwer forse ambities heeft als het gaat om elektrisch rijden – namelijk 100 procent elektrisch in Europa in 2030 – is een stabiele en overdadige accu-levering van levensbelang. Stellantis en CATL lijken elkaar dan ook stevig te omarmen en zeggen zelfs het opzetten van een joint venture te overwegen.

Zo’n gezamenlijke dochteronderneming richtte Stellantis eerder ook al op met Mercedes. Onder de noemer Automotive Cells Company (ACC) gaan de twee samen accu’s bouwen in Europa. Dat plan staat los van de deal met CATL, meldt Stellantis aan AutoWeek. Die twee kunnen eenvoudig naast elkaar bestaan, omdat er in de nabije toekomst zoals gezegd niet zoiets bestaat als ‘te veel accu’s’.