Michael is de laatste V12-bouwer van AMG

Terwijl zijn vrienden in het weekend aan het sporten of feesten waren, slenterde Michael Kübler op jonge leeftijd door Affalterbach en keek hij naar wat er op de parkeerplaatsen van AMG stond. Op een dag, zo zwoer de motorbouwer in opleiding, zou hij hier ook werken. Dat was bijna dertig jaar geleden en zijn wens is uitgekomen. De 42-jarige Duitser is een van de ongeveer 300 motorbouwers bij het sportieve zustermerk van Mercedes-Benz. Terwijl de andere medewerkers hier in Affalterbach de vier- en achtcilindermotoren voor het AMG-gamma assembleren – volgens het principe ‘één man, één motor’, maar nog steeds in het strikte ritme van een industrieel productieproces – assembleert hij de machtige V12. Dat doet hij in zijn eentje, als enige in het gehele bedrijf.

Eén V12 per week

Weliswaar heeft AMG de bijna mythische motor vier jaar geleden met pensioen gestuurd bij het afzwaaien van de laatste S65 (een vereenvoudigde versie wordt overigens nog altijd gemonteerd in de Maybach en de Guard-versie van de S-klasse), het bedrijf blijft de motor gewoon bouwen voor de Italiaanse supersportwagenbouwer Pagani. Kübler is zo de bewaker van de heilige graal geworden. Hij ontvangt het kale motorblok van de gieterij in Mannheim, stempelt het motornummer erin, monteert allereerst de zuigers en drijfstangen en zet vervolgens in achttien stappen een puzzel van 700 tot 800 onderdelen in elkaar. Dat kost tijd: terwijl zijn collega’s in de grote hal twee achtcilindermotoren of tweeënhalf viercilindermotoren per shift produceren, kost het hem een week om een nieuw kunstwerk te maken in wat misschien wel de kleinste motorenfabriek ter wereld is.

V12 start als diesel

Als de krukas en alle zuigers, schroeven, pijpen, kleppen en tandwielen zijn gemonteerd, weegt de twaalfcilindermotor ongeveer 300 kilo. De rubberen banden van de assemblagewagen piepen een beetje terwijl Kübler een motor richting de testbank duwt. Daar wordt de V12 minstens één keer gestart, waarbij je een idee krijgt van wat Pagani-kopers kunnen verwachten als ze voor het eerst op de startknop van hun 864 pk sterke Utopia drukken. Allereerst draait de V12 echter niet op superplus en kan hij evenmin de 370 km/h aantikken op de linkerbaan. Hij start zijn loopbaan op diesel en met een gangetje van 80 km/h: in een transportbox aan boord van een vrachtwagen op weg naar San Cesario sul Panaro, waar Pagani net als Bugatti op een steenworp afstand van Lamborghini, Maserati en Ferrari de meest artistieke hypercars bouwt. Omdat Kübler traditioneel zijn vakantie opneemt tijdens de fabrieksvakantie van de Italianen en aangezien de productie in Emilia-Romagna tot stilstand komt als hij langere tijd afwezig is, heeft hij zich in zijn carrière nog geen een dag ziek gemeld.

Handtekening Michael pas later erop

Afgezien daarvan heeft de motorbouwer volledige vrijheid, hoeft hij geen rekening te houden met dienstroosters en kan hij komen en gaan wanneer hij wil. Als notoire vroege vogel doet hij vaak het licht aan in Affalterbach en is hij zodoende aan het begin van de middag weer thuis. Er is overigens ook een privilege dat hij in tegenstelling tot zijn collega’s niet heeft. Terwijl zij aan het einde van de assemblage trots hun handtekening op het motorblok zetten, alsof een kunstenaar zijn werk signeert, gaan de twaalfcilindermotoren incognito naar Italië. Maar maak je geen zorgen: ten eerste weet iedereen dat de 6,0-liter motoren sowieso van Kübler komen. Het is geen toeval dat de bewaker van de heilige graal via social media in direct contact staat met de meeste Pagani-eigenaren.

Ten tweede wordt het plaatje met zijn handtekening wel gewoon nabezorgd. Omdat het soms is gemaakt van koolstofvezel, soms van goud en soms is verchroomd en omdat het zo delicaat is en de angst voor kleine krasjes zo groot is, wordt het pas helemaal aan het einde van het productieproces gemonteerd in San Cesario sul Panaro. En als je dat niet gelooft, neemt Kübler je graag mee naar de grote wall of fame in het trappenhuis van de motorenfabriek in Affalterbach, waar zijn visitekaartje naast dat van zijn ongeveer 300 collega’s hangt.

Tijdens stage kennisgemaakt met motor CLK GTR

Dat Kübler zo gehecht is aan de twaalfcilindermotor heeft veel te maken met zijn carrière. Ja, hij was een gemotiveerde leerling, was de beste van zijn klas en volgde na zijn werk nog een vervolgopleiding, maar bovenal kwam hij tijdens zijn stage in 1995 op de afdeling aandrijflijnontwikkeling voor het eerst in contact met de koning onder de motoren, die destijds furore maakte in de CLK GTR. Hoewel hij pas in 1998 met zijn stage begon en hij zich na zijn examen in 2000 eerst moest bezighouden met een paar dieselmotoren kwam hij in 2006 via een paar tussenstations toch in Affalterbach terecht, kwam hij zijn oude bekende weer tegen en werkte hij zodoende weer aan de V12. Omdat Pagani op dat moment een grote groei doormaakte, werd Kübler als het ware een hartdonor voor het Italiaanse bedrijf. Om na de productiestop van de S65 aan Pagani’s behoeften te kunnen blijven voldoen, richtte AMG een eigen werkplaats in op de eerste verdieping van het AMG Powerhouse.

Met een vermogen van 864 pk, een topsnelheid van 370 km/h en het feit dat het meer een kunstwerk is dan een auto is de nieuwe Pagani Utopia natuurlijk een droomauto voor Kübler. Ook al heeft hij tijdens zijn bezoeken aan Italië achter het stuur gezeten, de supersportauto’s uit San Cesario sul Panaro zullen voor hem echter altijd een droom blijven. Geen wonder met prijzen ver boven de drie miljoen.

Kübler rijdt zelf een AMG GT 63

Kübler is echter ook heel tevreden met zijn AMG GT 63 en daarnaast heeft hij een heel andere droomauto op het oog. “Mijn loterijwinst zou gaan naar een CLK GTR. Het was tenslotte deze auto die me bij AMG en de twaalfcilinder bracht”, vertelt hij. Terwijl Kübler week na week een V12 in elkaar zet, komt de toekomst een paar hallen verderop dichterbij. Ook al gaan de verbrandingsmotoren overal in de verlenging, AMG zit vol energie en wil de petrolheads steeds meer richting het laadstation gaan sturen. Nadat de sportautobouwer de EQE al onderhanden heeft genomen, rijden de prototypes van de eerste elektrische sportwagen van AMG inmiddels rond in Affalterbach. Terwijl AMG, net als M GmbH en Audi Sport, de koers van het moederbedrijf volgt en het tempo van de energietransitie geleidelijk opvoert, houden exotische merken als Pagani vast aan het verleden en willen ze niet veel weten van elektromobiliteit. Zo laat Pagani-opperhoofd Horacio Pagani geen gelegenheid onbenut om trouw te zweren aan de verbrandingsmotor in het algemeen en de V12 in het bijzonder. Hij kan daarbij volledig vertrouwen op Michael Kübler. Nadat zijn overgrootvader en grootvader allebei 45 jaar bij Mercedes op de motorenafdeling hebben gewerkt en zijn vader ook tot zijn pensioen bij Daimler heeft gewerkt, maar dan als kok, wil de hoeder van de heilige graal ook tot minstens 2043 blijven werken bij het bedrijf: “Aan mij zal het dus niet liggen.”