Japanse merken zakken weg in Zuid-Korea
Conflict sleept zich voort
Japanse merken hebben het in Zuid-Korea moeilijk. Door een opgelopen conflict tussen de twee landen zijn de Japanse auto’s steeds minder in trek en dreigen zelfs boycots.
In juli verkocht Toyota liefst 32 procent minder dan in dezelfde maand vorig jaar, terwijl Honda 34 procent moest inleveren. Lexus, dat in Zuid-Korea verrassend genoeg het grootste Japanse merk is, deed het wel beter dan vorig jaar, maar zag de omzet ten opzichte van mei alsnog met 25 procent inzakken.
Dat juist de Japanse merken hier last van hebben, is geen toeval, want Koreaanse kopers mijden juist deze merken als de pest. Het zich immer voortslepende conflict tussen beide Aziatische landen is weer eens opgelaaid en automerken ondervinden daar meteen de negatieve gevolgen van. Dat Zuid-Koreanen geen Japanse vierwielers meer blieven, volgt op exportbeperkingen door Japan. Dat haalde Zuid-Korea van een lijst met landen die in aanmerking komen voor een extra snelle afhandeling van exportgoederen.
Overigens is de invloed van de ‘boycot’ op Japanse auto’s beperkt, want Zuid-Koreanen kopen liefst eigen waar. Zelfs de Koreaanse nummer drie SsangYong verkocht in juli meer auto’s dan het grootste buitenlandse merk, dat overigens uit Duitsland komt. Na nummer één Mercedes-Benz volgt BMW, Lexus staat op plek drie.
Rivalen Japan en Korea zitten elkaar al sinds mensenheugenis dwars, al zijn die spanningen op het ene moment beter merkbaar dan in andere periodes. Als grootheden op technologiegebied zijn de twee tegelijkertijd sterk van elkaar afhankelijk, als afnemer en/of toeleverancier.