Het Rijk harkt dit jaar honderden miljoenen meer aan wegenbelasting binnen
Meer betalen, meer innen
Dit jaar kunnen het Rijk en de provincies honderden miljoenen euro's meer op hun rekening bijschrijven dan vorig jaar, enkel door de motorrijtuigenbelasting (mrb). De wegenbelasting moet het Rijk en de provincies dit jaar een dikke 6,8 miljard euro opleveren. Dat blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft vrijgegeven.
De overheidsfinanciën worden dit jaar door inkomsten uit de motorrijtuigenbelasting behoorlijk gespekt. De 6,8 miljard euro die de mrb de overheden moet opleveren, is namelijk zo'n 422 miljoen euro meer dan in 2023. Waarom er meer geld binnenkomt? Uiteraard door de doodeenvoudige reden dat op Groningen en Drenthe na alle provincies de opcenttarieven van de mrb met ingang van dit jaar omhoog hebben gegooid.
De motorrijtuigenbelasting is opgebouwd uit een rijksdeel en een deel dat naar provincies gaat. Het rijksdeel levert de staatskas dit jaar 4,95 miljard euro op, 7,6 procent meer dan in 2023. De wegenbelasting exclusief de provinciale opcenten is dit jaar met 10 procent toegenomen. De provincies ontvangen samen 1,88 miljoen euro, 4,4 procent meer dan in 2023. Elektrische auto's zijn dit jaar nog vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting. Eigenaren van een plug-in hybride met een CO2-uitstoot van maximaal 50 g/km profiteren dit jaar nog van halftarief. Deze fiscale maatregelen hebben dus nog een remmende werking op de verwachte mrb-inkomsten.
Noord-Holland is wat mrb betreft nog altijd de goedkoopste provincie van Nederland. In Zuid-Holland bloedt de automobilist het meest voor de mrb.