Grote steden willen 30 km/h als maximumsnelheid

Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht vragen het kabinet en de Tweede Kamer in een brandbrief de verlaging van de maximumsnelheid naar 30 km/h snel te regelen. Momenteel geldt op bijna de helft van alle wegen in de vier grootste steden al deze maximumsnelheid. Nu steden steeds drukker worden is dat nog lang niet voldoende, stellen ze.

De Amsterdamse wethouder Egbert de Vries (PvdA, Verkeer en Vervoer) wijst er op dat '80 procent van het aantal verkeersslachtoffers' op wegen valt waar een maximumsnelheid van 50 km/h geldt. "In het verleden hebben we de auto te veel ruimte gegeven in steden, nu staat leefbaarheid voorop."

Het pleidooi komt niet bepaald uit de lucht vallen. Begin dit jaar bleek al dat er behoorlijk wat draagvlak is onder Nederlandse gemeenten voor een algehele verlaging van de maximumsnelheid naar 30 km/h binnen de bebouwde kom. Belangrijke kanttekening is wel dat het aanpassen van 50 km/h-wegen veel geld gaat kosten. Ingenieursbureau Sweco raamde de kosten hiervoor op ruim €1 miljard: €950 miljoen voor de grootschalige reconstructie van wegen waar nu nog 50 km/h gereden mag worden en €175 miljoen voor wegen waar het zonder al te grote veranderingen kan.