Garages in coronotijd
Garagebedrijven in de 1,5 meter maatschappij
Je zult maar een horecazaak, tatoeagestudio of kapsalon hebben in deze tijd: dan zie je je geest wel dwalen. Over garagebedrijven blijft het tijdens de coronacrisis opvallend stil. Tijd om eens een rondje te maken langs de branche om te zien hoe de vlag erbij hangt.
Tom Huyskens, woordvoerder van brancheorganisatie Bovag, hoort wisselende geluiden vanuit de autobedrijven. “Over het algemeen kun je zeggen dat het omzetverlies in de verkoop zo’n 45 procent is en in de werkplaats loopt een auto bedrijf gemiddeld 30 procent mis. Als je het vergelijkt met andere bedrijfstakken loopt het in de autobranche nog aardig door. Maar vergis je niet: er vallen harde klappen. En als de crisis minder wordt, is het effect nog niet weg. Denk maar aan al die auto’s die nu veel minder kilometers draaien. Die hebben dan natuurlijk minder onderhoud nodig. En hoeveel mensen hebben straks nog kooplust voor een nieuwe auto?”
Bovag is tevreden met de regelingen van de overheid. “Het gros van de bij Bovag aangesloten bedrijven maakt gebruik van de coulanceregeling van de Belastingdienst, waarbij betalingen kunnen worden uitgesteld. De NOW-regeling, waarbij personeelskosten worden betaald bij bewezen omzetverlies, is ook populair in de branche. Vooral de omvang van de regelingen zorgt voor vertrouwen”, licht Huyskens toe. “Driekwart van de bedrijven denkt goed door de crisis heen te komen. Maar dan blijft er dus wel een kwart over dat denkt medewerkers te moeten ontslaan.”
Intussen zijn de autobedrijven druk met het aanpassen van hun bedrijven op de anderhalvemetermaatschappij. “Als er geen protocol is, mag een autobedrijf niet open. Je ziet veel haalen brengservices ontstaan. Nadeel is wel dat daar twee man personeel voor nodig is en dat het lastig is hoe die twee collega’s met elkaar op pad gaan zonder de anderhalvemeterregels te overtreden. Ook voor proefritten worden auto’s vaker naar de klant gebracht. Voor de werkplaatsen is het gemakkelijker: daar was het toch al niet de bedoeling dat er klanten binnenkwamen.”
Bij de andere bedrijfstakken binnen Bovag staat men volgens Huyskens voor grotere uitdagingen. “Denk maar eens aan rijscholen. Hoe moeten die dat gaan doen? Het is mogelijk een scherm in de lesauto te bouwen; maar hoe doe je dat dan met een stuuringreep? En via de ventilatie in auto’s kunnen mensen alsnog van alles in elkaars gezicht blazen. En pomphouders hebben natuurlijk ook een groot probleem nu er zo veel minder wordt getankt.”
Henk van Hoef, van Florijn Mobiliteit in Terschuur – nabij Barneveld – zat onlangs zelf tweeënhalve week ziek thuis. “Stilzitten en een rondje lopen door de tuin. Ik dacht dat ik gek werd. Dat is helemaal niks voor mij.” Inmiddels is hij weer aan het werk en heeft hij de eerste maatregelen genomen. “We hadden voorheen een lange tafel in de kantine staan. Daarvan hebben we de delen nu uit elkaar geschoven. Zo houden we redelijk afstand. Maar het is wel wennen hoor. Gisteren plofte ik buiten in een stoel om even in het zonnetje te zitten. Toen zat ik per ongeluk toch weer vlak naast een collega.
‘Ga je wel een beetje aan de kant’, riep die meteen.” Henk is zelf niet enige die ziek thuis heeft gezeten. In de werkplaats viel er een werknemer drieënhalve week uit. “Ik heb hem maar geadviseerd om het goed uit te zieken voordat hij weer begon.”
Intussen blijft bij het bedrijf in Terschuur de telefoon nog geregeld gaan. “Ik ben ontzettend blij met hoe het nu nog gaat. Met het aanbod van het werk valt het heel erg mee. Dat gaat wel door. De apk-keuringen zijn er nog steeds en daar komt doorgaans best wel wat werk uit. Wel is er een cursus voor de apk-heroriëntatie van één van de keurmeesters uitgesteld. Zijn bevoegdheid loopt nu zonder die opfrissing vier maanden door. Verder merken we dat de wissel van winternaar zomerbanden gewoon doorgaat en mensen komen nog steeds voor onderhoudsbeurten.”
Toch heeft Van Hoef zorgen over de toekomst. “De verkoop van auto’s is nu heel rustig. Er is zelfs een week geweest dat er niks is gebeurd in die hoek. De kachel kan branden van de werkplaats, maar de verkoop zorgt bij ons voor de slagroom op de taart. En ik ben bang dat de klap nog moet komen. Ik denk dat veel mensen niet op vakantie zullen gaan. Voor de lange ritten laten mensen vaak de gebreken aan hun auto repareren. Die willen niet met een rammel in de versnellingsbak naar Spanje. Dat soort grote klussen voor de werkplaats gaan minder worden. Wij hebben geluk met hoe ons bedrijf is ingericht, maar iemand die alleen occasions verkoopt, krijgt het moeilijk. Verder wordt verwacht dat er tot 2025 minder gereden gaat worden omdat de economie een tik heeft gehad. Reken maar dat er wel wat garagebedrijven gaan omtuimelen.”
Autovakmeester Schaap is gevestigd in ’t Zand in de kop van Noord-Holland. Het is een van die gebieden waar je niet veel merkt van het coronavirus. “De verkoop gaat hier nog redelijk, maar in de werkplaats merken we wel dat het rustiger is”, vertelt Monique Schaap. “Mensen komen alleen voor het broodnodige. Een apk is vaak genoeg. We zijn begonnen met onze klanten te bellen en te adviseren. We merken dat ze daar wel open voor staan en dan alsnog langskomen. We zijn namelijk bang dat als de crisis voorbij is, iedereen in één keer komt en we dan het werk niet meer aankunnen.”
Bij Schaap zijn inmiddels de eerste maatregelen in verband met de anderhalvemetermaatschappij genomen. “Als het te druk wordt, hebben we de mogelijkheid de werkplaats af te sluiten. Dat doen we om de mannen die daar druk aan het werk zijn te beschermen. Verder merkten we dat veel klanten het niet zo nauw nemen met het afstand houden. Die leunen nog lekker over de balie – daar moeten we dan wel iets van zeggen. Sinds gisteren hebben we een zeil gespannen zodat de klanten niet meer te dichtbij kunnen komen.” Maar een beetje pijn in het hart heeft Monique daar wel van.
“Het is natuurlijk moeilijk om een klant terecht te wijzen als hij die de anderhalvemeterregels overtreedt. We zijn gedwongen mensen onpersoonlijk te benaderen en dat terwijl we graag een enthousiast bedrijf willen zijn. Als iemand een auto heeft gekocht, wil je die daarna toch een hand geven? Dan gaat nu niet meer. Maar ja, het is voor de gezondheid natuurlijk.”
Veel occasions die Schaap te koop aanbiedt, komen van veilingen. “Maar die gaan nu alleen nog maar online door. Dat maakt het wel moeilijker om een goede auto in te kopen. Je moet blind vertrouwen op de beschrijving die daar bij staat. Je kunt ’m niet meer vooraf bekijken. Verder hebben we signalen gekregen dat er binnenkort een boel ex-leaseauto’s op de markt komen. Leasebedrijven hebben het slecht op het moment. Veel werknemers die ontslagen worden en ondernemers die failliet gaan, moeten hun auto inleveren. Met het aanbod zit het de komende tijd dus wel snor, al is het verhaal erachter natuurlijk triest. We zien de toekomst met vertrouwen tegemoet. De kredietcrisis van enige jaren geleden zijn we ook goed doorgekomen. Verder is het belangrijk positief in je hoofd te blijven en dat uit te stralen als je aan het werk bent. Als je met een negatief gevoel in je bedrijf staat, gaat het niet goedkomen.”
George Hollerman uit Amstelveen schafte begin april een gebruikte Nissan Qashqai aan. Dat deed hij bepaald niet naast de deur. Hij vond zijn auto ‘aan de rechterkant van Zeeland’. “Ik zou al niet meer precies weten waar het nou was”, lacht hij. En tot zijn eigen verbazing en die van de eigenaar van het autobedrijf was het daar best druk. “Ik heb me laten vertellen dat hij het zelfs drukker had dan normaal – maar dat kan natuurlijk ook de mooiweershow zijn geweest.” In elk geval lukte het George dus niet om een korting te bedingen. “Dat heb ik wel geprobeerd natuurlijk, maar ze waren niet echt vatbaar voor mijn argumenten.” Van een proefrit aan de deur was geen sprake.
“Ik kwam er bij toeval terecht nadat ik een auto had bekeken die me niet beviel. We zijn toen doorgereden naar het bedrijf waar we dus wel een deal sloten. Ik ben tijdens mijn zoektocht wel een bedrijf tegengekomen dat een proefrit aan de deur aanbood. Maar dat bleek alleen voor mensen die niet de deur uit durfden of konden en gold bovendien alleen voor een straal van vijftig kilometer – en daar vielen wij buiten.” Dat occasions vooraf werden ontsmet, heeft Hollerman ook meegemaakt. “Toen we gingen proefrijden in een Hyundai i30. Het stuur en de handgrepen werden schoongemaakt waar we bij stonden. Dat bedrijf was overigens midden in Brabant, waar de corona golf hevig toesloeg – dus misschien waren ze daarom extra voorzichtig. Ik moet zeggen dat het bij dat bedrijf heel rustig was …”
Wat voor gevoel geeft het hem dat hij letterlijk nogal afstandelijk is geholpen bij zijn toch niet misselijke aanschaf? “Ik moet zeggen dat het wel een apart gevoel geeft om na afloop geen hand te krijgen. Dat is natuurlijk minder leuk. En ook bij het autobedrijf gaven ze aan dat ze het liever anders deden. Ik heb er zeker wel begrip voor. Maar nu was het na aanschaf instappen en succes ermee …”
Thijmen van Megen is verkoper bij Autobedrijf Verstappen, gevestigd in Uden, midden in het donkerrode gebied met coronabesmettingen. “Veel mensen in de omgeving zijn in het ziekenhuis beland”, zegt hij. “Maar binnen het bedrijf is iedereen gelukkig gezond gebleven. We hebben helemaal geen zieken gehad.” Ook het bedrijf loopt gewoon door. “Eigenlijk gaat alles hier wel prima. De werkplaats is nog druk en de verkoop loopt ook gewoon goed. Het is maar één keer voorgekomen dat iemand een auto had gekocht en in de week daarna de aanschaf toch ongedaan wilde maken. Zijn financiële positie was ineens heel erg onzeker geworden. Daar hebben we natuurlijk niet moeilijk over gedaan. Verder merken we dat steeds meer mensen van tevoren even opbellen met de vraag of we eigenlijk wel open zijn.”
Het bedrijf heeft wel diverse maatregelen genomen om de anderhalve meter afstand te kunnen garanderen. “We hebben stickers op de ramen geplakt en er zit markering op de vloeren. Verder hebben we alles ruim voorzien van handgel en zeep en ontsmetten we alles vaak en heel grondig. Als er papieren moeten worden getekend zorgen we dat iedereen een schone, nieuwe pen krijgt.” Bij Autobedrijf Verstappen wordt volgens Thijmen zeventig procent verdiend in de showroom en dertig procent in de werkplaats. “In de werkplaats merken we wel dat veel auto’s op het moment stilstaan. Niet omdat het aantal afspraken afneemt, maar omdat veel mensen een nieuwe accu nodig hebben.” Toen de coronacrisis al dreigde, heeft het bedrijf ervoor gezorgd dat de voorraad occasions goed op peil was. Er is toen dus veel ingekocht. “Maar evengoed bieden we nog steeds op kavellijsten. Daar merk je wel dat er minder concurrentie is, maar wij gaan gewoon door. Bij de pakken neerzitten is het slechtste wat je kunt doen.” Ook over de toekomst heeft hij een goed gevoel. “Je zult zien dat gezonde bedrijven gewoon kunnen blijven bestaan. Daar zijn we er zeker een van. Bedrijven die hun zaakjes niet zo goed op orde hebben, gaan het vast wel moeilijk krijgen.”
Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.