Facelift Friday: Nissan Micra (K11)
Hoge ogen
Zeg ‘Micra’ en de kans is groot dat je publiek meteen terugdenkt aan het sterk afgeronde model uit de jaren 90. De tweede generatie van Nissans kleine kreeg tweemaal een facelift, waarvan de eerste een behoorlijk herzien front bracht.
De K11-generatie van de Nissan Micra loste in 1992 de oer-Micra af. De uiterlijke verschillen konden bijna niet groter zijn, want waar de K10 met de lineaal was getekend, was er op de K11 geen rechte lijn te bekennen. Van de ramen tot de koplampen en van de deurgrepen tot de bumpers, alles was glad en afgerond. De tweede Micra was daarmee typisch een product van de jaren 90. Of het aan zijn lijnenspel ligt, weten we niet, maar de K11 werd wereldwijd een doorslaand succes.
In het thuisland diende de aldaar March geheten auto als basis voor tal van creaties van Mitsuoka en verschenen er sedan- en zelfs cabrioletvarianten op de markt. In Europa ging Nissan wat voorzichtiger te werk, maar kregen we alsnog een drie- en een vijfdeurs hatchback voorgeschoteld. Motorisch was er keuze uit een 1.0 en een 1.3, krachtbronnen die allebei bekendstaan als nagenoeg onverwoestbaar. Dankzij de distributieketting behoeft een K11 bovendien weinig onderhoud, wat ongetwijfeld heeft bijgedragen aan het imago als ideale eerste auto.
In 1997 vond Nissan het tijd om zijn compacte allemansvriend eens goed tegen het licht te houden. Daarbij ging het gehele front op de schop, al bleef de vriendelijke, bolle uitstraling gelukkig intact. De koplampen werden vervangen door flink hogere exemplaren, de tweedelige grille werd opgenomen in de motorkap en de voorbumper kreeg een wat grotere luchtinlaat waarin tegen meerprijs ronde mistlampen werden verwerkt. De inkeping in de bumper die voor stootstrip door moest gaan, werd ook aan de achterzijde opgesplitst tot twee losse exemplaren. Gelijktijdig kregen de achterlichten een voorzichtige make-over en werd het logo opgenomen in de strip boven de kentekenplaat.
Deze stevig aangepakte versie van de Micra hield het minder lang vol dan het origineel, want in 2000 vond Nissan het al tijd voor een tweede upgrade. De 1.3 maakte daarbij plaats voor een 1.4 en de auto werd rondom opgefrist. Zo kreeg de auto opnieuw herziene bumpers met andere mistlampen en werd er meer chroom gebruikt voor de grille. Heldere koplampglazen en gemoderniseerde achterlichten maakten de auto rondom klaar voor het nieuwe millennium, terwijl ook de strip boven de kentekenplaat wederom werd vervangen door een ander exemplaar. Zelfs de achterruitwisser kwam niet ongeschonden uit de strijd. Waar dit onderdeel bij het origineel zijn rustpositie in verticale stand vond, mocht de wisser op het laatst eindelijk liggend door het leven gaan. Het interieur werd opgeleukt met nieuwe kleuren en een nieuw stuur, waarna de nog bollere K12-generatie het stokje in 2003 overnam van zijn nu al legendarische voorganger.