Deze kinderen krijgen op 18e ieder een Renault Twingo van opa
De auto met de eeuwige glimlach
Je zult maar zo’n opa hebben. Willem van Dijk schafte voor ieder van zijn vier kleinkinderen een Renault Twingo aan. Geen nieuwe hoor, maar vier stuks uit de eerste modelserie. En die krijgen ze zodra ze 18 zijn en hun rijbewijs hebben gehaald. Op het moment zijn ze 6, 7, 9 en 9. Nog even geduld, kiddo’s!
Een betere aanleiding om de Renault Twingo weer eens in het zonnetje te zetten, is er niet. Vooral omdat hij alweer dertig jaar geleden ter wereld kwam. Ja, het is in oktober 1992 dat de heerlijk originele Renault Twingo de harten steelt op de Parijse Autosalon. Twee dagen nadat een Boeing van El Al zich in de twee Bijlmerflats heeft geboord, leidt de komst van Renaults zelfbenoemde ‘autosensatie van de jaren 90’ de aandacht van het geschrokken Nederlandse journaille af. De Renault-stand staat helemaal in het teken van de Twingo.
Pasteltinten
Vier van de zeven leverbare kleuren geven acte de présence: geel, groen, rood en blauw en ze vallen op door hun pasteltinten. Het levert de Twingo met zijn pretoogjes op slag een aandoenlijk, zelfs sympathiek imago op. Ook het interieur heeft olijke kleuren en dessins op stoelen en deurpanelen, knoppen (pastelgroen), schakelaars en stengels. Naast harde kunststof op de gebruikelijke plekken is er gelukkig ook veel kaal plaatwerk te zien. Dat hoort bij dit soort auto’s. Bovenal staan de ontwikkelingskosten namelijk centraal, alles moet zo goedkoop mogelijk geconcipieerd. Het verdienmodel ligt nu eenmaal bij een hoog volume en zo laag mogelijke kosten. Design-to-cost noemen we dat. Heb je je ooit afgevraagd waarom de antenne op de buitenspiegels staat? Dat scheelt kabellengte.
Wielbasis maximaal uitgerekt
Geheel in de stijl van Renault hebben de ontwerpers onder de bezielende leiding van Patrick le Quément ook gedacht aan veelzijdigheid. Ten eerste staan de wielen op de hoeken; de wielbasis is tot het maximale uitgerekt op een zo kort mogelijke carrosserie die wel relatief breed en hoog is. Dit alles voor zoveel mogelijk binnenruimte.
Romantiek
Zo schuift de achterbank in zijn geheel – al naar gelang de behoefte – een centimeter of 17 voor- of achterwaarts en kun je met wat fantasie de Twingo omtoveren tot tweepersoonbed, want alle leuningen kunnen vrijwel horizontaal. Ideaal voor verliefde stelletjes, pure romantiek.
De eerste Twingo steelt de harten op de show, bij de dealers stromen de orders met duizenden tegelijk binnen. Renault houdt het gamma overzichtelijk. Technisch valt er weinig te kiezen. Beschikbaar zijn één 55 pk, dan al stokoude Cléon Fonte-motor, één versnellingsbak en zeven kleuren voor de leeg 785 kilo lichte Franse interpretatie van de Japanse Kei-car. Airco, een vouwdak en een paar metallic kleuren staan op de korte optielijst. C’est ça. Airbags in een nieuw dashboard, verstevigde structuur en bumpers in kleur komen beschikbaar bij de facelift van 1998 – ‘Phase II’ in goed Frans. Bovendien hebben de dames en heren clièntele dan meer kleuren om uit te kiezen. Twee jaar eerder ruimt de archaïsche CF-motor het veld voor het hypermoderne D7F 16V-machientje, dat eventueel kan worden gecombineerd met een drietraps automaat.
Phase 3 en 4
Phase 3 en 4 verschijnen in 2000 en 2004 en omvatten een 75 pk upgrade, 14-inch wielen, ABS, elektrische zijruiten, nogmaals een steviger structuur, een verzinkt subframe voor en beschermstrips. Een vijftraps halfautomaat staat op de optielijst. Inmiddels weegt de Twingo 920 kilo.
Lange tijd ziet het ernaar uit dat er geenopvolger nodig is. Maar liefst twintig jaar bouwt Renault de dreumes min of meer onveranderd en om de vaart erin te houden, is er telkens een keur aan actiemodelletjes en een nieuwe Phase. Voor de ware adept is er een hyperchique Initiale in beige metallic met beige leer. Op en top Parisienne. Doordat Renault zo weinig verandert en/of moderniseert, verwacht de immense schare liefhebbers een levensloop à la Citroën 2 CV en VW Kever, die een halve eeuw meeliepen. Dit geweldige lot is de Twingo echter niet beschoren. Steeds strenger wordende veiligheidseisen leiden uiteindelijk tot het tragische einde van een van de meest tijdloze Renaults. In totaal bouwt Renault zo’n 2,6 miljoen stuks van een auto die nimmer verveelt en altijd een glimlach op je gezicht tovert. Des de tragischer is het dat Renault hetzelfde kunstje niet twee of zelfs drie keer achter elkaar heeft kunnen flikken. Generatie twee vanaf 2007 zijn we intussen alweer collectief vergeten, zo teleurstellend was het ontwerp, om van de huidige generatie maar niet te spreken. Want motor achterin, aandrijving achter? Hoezo?
Willem van Dijk achter het stuur van één van de Twingo's
Een van de vele Twingo-liefhebbers is Willem van Dijk. De voormalige Toyota-, Renault- en caravanverkoper woont met vrouwlief Dineke in het Drentse Erm. Een heerlijk huis met speciaal voor Willem een prachtige schuur. Die heeft hij laten optrekken met eeuwenoude balken die afkomstig waren uit een gesloten kroeg. De ontvangst is hartelijk en de gastvrijheid typisch Drents. Koffie, en na onze lange reis vanuit het westen denkt Dineke dat we wel trek hebben in een bolletje met ham of kaas. Aan de koffietafel doet Willem zijn beroepsleven uit de doeken, maar ook zijn hobby komt uitgebreid aan bod. En de reden om naar Erm te reizen.
Renault-man
Willem is een automan in hart en nieren. Geboren in 1949 groeit hij op tussen de Wartburgs, waarvoor vader en broers een zwak hebben. “Na de Mulo ging ik voor het garagediploma helemaal naar Leidschendam. Voor een geboren Drent was dat in de jaren 60 best ver weg. Daarna leek het me niets om zo jong al een garage te beginnen. In plaats daarvan ging ik een dienstverband aan bij de Toyota-dealer in de buurt.” Toyota staat dan nog in de kinderschoenen en het kost veel geduld om potentiële kopers over de streep te trekken. “Daar had je begin jaren 70 wel twee John Deere-tractoren voor nodig, dus maakte ik later de oversteek naar Renault, toen Hesselink in Emmen me een aanbod deed dat ik niet kon weigeren. Het was de tijd van de Renaults 4, 5, 12, 15, 16, 17, 18, 20 en 30. Goedlopende modellen, stuk voor stuk, hoewel er een aantal later de reputatie van Renault schade toebrachten vanwege de roestgevoeligheid. Begin jaren 80 kwam de klad er echt in. Ten eerste bezoedelde het merk zich weer met een paar snel roestende modellen, maar nu in combinatie met weinig fantasievolle ontwerpen als de 9 en de 11.”
Een begrip
Voor Willem aanleiding om eens om zich heen te kijken, want er is leven na Renault. En soms moet het geluk je toelachen. “Zo kruiste het Caravancentrum in Hoogeveen mijn pad. Auto’s zijn leuk maar niet heilig. Het was wel een overstap naar de Kip, de Adria en de Eriba. Twee jaar later nam ik zelfs de hele zaak over en sierde de naam Van Dijk Caravan Centrum Hoogeveen de gevel. Dat is nog steeds een begrip onder caravanliefhebbers”, lacht Willem.
Toch merkt hij al snel dat de caravanhandel nog conjunctuurgevoeliger is dan de autohandel. “Gelukkig hebben we goede jaren beleefd, zodat we vet op de botten hadden. De leeftijd nam echter toe, de gezondheid in rap tempo af. Mede doordat er geen opvolging klaarstond, heb ik de zaak in 2014 van de hand gedaan. Onze twee dochters hebben heus interesse voor alles wat rolt, maar niet voor caravans. Tijd voor een welverdiend pensioen.”
Dat wakkert de liefde voor het merk weer aan en binnen no time staan er ettelijke Renaults onder het afdak van de schuur. Zo koopt hij in Spanje twee prachtige R16’s TX. “Ongezien hè. Een gokje, maar het pakte goed uit. Vooral omdat ik een gedocumenteerde lage kilometerstand eis. Dit duo stond een tijd in de showroom van Terwolde Renault Hoogeveen te pronken en was zelfs de aanleiding voor een gesprek over huisvesting.” Voor Willem is het Renault-cirkeltje helemaal rond als hij zijn pand verhuurt aan Terwolde. Willem is immers Renault-man in hart en nieren. Zo rijdt hij een Renault Dauphine en later volgen een 8 een 4, een 9, ettelijke 11’s, een 19, een 18 Break, een 25 Turbo en een Espace. Voor dagelijkse inzet en vakantietrips naar het geliefde Noorwegen komt er een Vel Satis, in Willems ogen een geweldige doch ondergewaardeerde grootheid met Nissan-V6. Voor de nostalgie verschijnen een Wartburg en een Lada Niva op het toneel. Met de laatste zijn zijn vrouw en de dochters veelvuldig onderweg.
Als zijn gezondheid het laat afweten en het zelfs even kantje-boord is, neemt Willem het zekere voor het onzekere: hij verkoopt het leeuwendeel van zijn collectie. “Omdat ik mijn vrouw en kinderen niet wil opzadelen met deze erfenis, mijn hobby.” Maar het wonder geschiedt: Willem overleeft zware operaties en klimt opmerkelijk fit uit het diepe dal. Hij is zelfs zo energiek dat hij weer gaat hobbyen. Nu niet louter voor zichzelf, maar voor zijn nazaten. Zo koopt hij her en der vier Twingo’s in de vier basiskleuren rood, geel, blauw en zwart en in onberispelijke staat. “Ik zou een aandenken aan mijn opa leuk hebben gevonden. Omdat dat niet meer mogelijk is, bedacht ik dat ik als opa iets blijvends voor mijn kleinkinderen kan nalaten. Niet een erfenis in financiële zin, maar iets om naar te kijken en te gebruiken, later, als ze groot zijn. Ze zijn nog veel te jong, 6, 7, 9 en 9 jaar. Tot die tijd en zo lang als ik leef, zal ik voor het kwartet zorgen, beurtjes en reparaties uitvoeren, apk elk jaar. En om er natuurlijk mee te rijden, hè. Van stilzitten krijg je trombose. Ik heb bewust voor de Twingo van na de laatste facelift gekozen. De eerste wil nog wel eens roesten op onvermoede plaatsen. Bovendien heeft de facelift modernere techniek. Uiteraard hebben ze allemaal weinig kilometers op de teller.”
Kleinkinderen weten het nog niet
De kleinkinderen weten nog van niets. Willem: “Ze vragen wel eens: ‘Opa, wat moet je met vier dezelfde auto’s? Eén is toch genoeg?’ Toch hebben ze ieder een voorkeur voor een kleur, alsof ze ervan uitgaan dat ze ooit eigenaar worden. Het kost me moeite om het niet te verklappen.”
Wie krijgt welke?
De vraag is nu: welk kleinkind krijgt welke auto? “Daar heb ik natuurlijk over nagedacht. Ik kan niet ieders wens in vervulling laten gaan. Tijs vindt de rood-paarse mooi, Felix wil de blauwe, die krijgt hij ook, Noud wil de gele en krijgt die en Merle wil de blauwe, maar krijgt de sleutels van de zwarte. Het kan nog best veranderen, hè. Als ze 18 zijn, krijgen ze een AutoWeek van 2022.”
Willem gelooft stellig in de Twingo als future classic. “Wat mij betreft bevindt hij zich op het kantelpunt. Indertijd dacht niemand dat de miljoenvoudig gebouwde Morris Minor een classic zou worden. Toch is dat gebeurd. Zo is het ook gegaan met de 2CV en de Kever. De Twingo van de eerste generatie schaart zich in hetzelfde rijtje. Omdat hij uniek is. Eenmalig”, besluit hij zijn pleidooi. Maar wat, Willem, wat nu als een van je dochters nog een drieling op de wereld zet?