De Tweeling: Renault 12 - Dacia 1300
De langere adem
Wie wel eens in het voormalig Oostblok is geweest, zal ongetwijfeld een blijk van herkenning geven bij 'De Tweeling' van deze week. Deze keer behandelen we de Renault 12 en de Dacia 1300. Laatstgenoemde rijdt - vooral in Roemenië - nog altijd in behoorlijke aantallen rond. Zijn Franse voorbeeld is echter allang uit het straatbeeld verdwenen.
Tegenwoordig is Dacia onderdeel van Renault, maar in het verleden was het nog een zelfstandig Roemeens automerk. Toch was de link met Renault er lang geleden al. Eind jaren 60 was de Roemeense regering namelijk op zoek naar een betaalbare auto 'voor het volk' en daarbij trok Renault met haar splinternieuwe 12 aan het langste eind. Dacia, toen in handen van de Roemeens overheid, kreeg van de Fransen de licentie in handen en mocht onder haar eigen naam het model gaan produceren. De 1300 was geboren, in hetzelfde jaar als zijn Franse evenknie.
De Renault 12 was in zijn bestaan van elf jaar een flink verkoopsucces in Frankrijk én markten ver buiten het thuisland. Datzelfde gold voor de Roemeense tweelingbroer. Dacia wist de 1300 niet alleen goed te slijten in eigen land, maar ook aan andere staten achter het IJzeren Gordijn. Zelfs ver weg wonende communistische broeders tot in China en Noord-Korea schaften 1300's aan. Het no-nonsense karakter van de 1300, de eenvoudige techniek en de daarbij horende lage prijs waren perfect voor die markt.
De 1300 werd tien jaar na de introductie (in 1979) nog eens tegen het licht gehouden door Dacia en 'gemoderniseerd' voor een tweede ronde. Dat terwijl de Renault 12 ondertussen (na een facelift in 1975) langzaam op zijn einde liep. Waar de 12 het in 1980 voor gezien hield, ging de 1310 (zo heette de auto vanaf dan) vrolijk verder. De diverse varianten, een pick-up, stationwagon, coupé en hatchback, vonden nog altijd gretig afzet. In de jaren die volgden werden er constant vernieuwingen doorgevoerd op het alsmaar ouder wordende basisontwerp.
Richting de jaren 90 werd het de Roemenen duidelijk dat ze het prakje niet vaak meer konden opwarmen en werd er gewerkt aan een opvolger (de Nova). In de roerige periode, waarin het land een revolutie meemaakte en het voormalige Oostblok uit elkaar viel, bleek de 1310 voorlopig nog wat langer mee te moeten. De Nova kon het succes van de 1310 niet evenaren en dus werd de Roemeense Renault 12-kloon nóg een keer stevig opgefrist.
Uiteindelijk viel het doek voor de 1310 pas in 2004, maar de pick-up-versie werd nog tot 2006 verkocht. De productieteller stond op dat moment op bijna twee miljoen exemplaren. Met de Renault 12 erbij gerekend 2,5 miljoen. Een behoorlijk succesvolle tweeling dus. Waar de Renault 12, via opvolgers als de 18, 9, 11 en 19, uiteindelijk haar bloedlijn verder zag gaan tot aan de huidige Talisman, vond de Dacia haar opvolger in de Logan. Wat ooit begon met dezelfde auto, is dus behoorlijk verschillend geëindigd.