Brexit-deal ongunstiger voor autofabrikanten dan gehoopt
Toch voorzichtig optimisme
Dat er een Brexit-deal bereikt is tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie is an sich goed nieuws. Het pakt voor autofabrikanten alleen wel wat ongunstiger uit dan gehoopt. De meeste fabrikanten reageren echter voorzichtig optimistisch, al blijven er zorgen.
De Britse auto-industrie hield zijn adem de afgelopen maanden in terwijl er in Brussel onderhandeld werd over de Brexit-deal. Inmiddels ligt er een akkoord, maar dat pakt ongunstiger uit dan fabrikanten hadden gehoopt. De grenswaarden voor vrije handel liggen nog aardig ver af van wat ze graag gezien hadden.
Om te beginnen moeten brandstofauto's voor tenminste 55 procent uit lokaal geproduceerde onderdelen bestaan. Anders worden er importtarieven over gerekend bij uitvoer naar de EU. Dat is 5 procent meer dan waar de fabrikanten op in hadden gezet, meldt Automotive News. Voor elektrische auto's en hybrides ligt die grens op 40 procent. Maar liefst 10 procent meer dan gehoopt. Accu's mogen tot en met 2023 voor 70 procent uit niet-lokaal geproduceerde onderdelen bestaan. Van 2024 tot en met 2026 gaat dat omlaag naar 50 procent. Dat geeft de Britten nog wat ruimte om bijvoorbeeld meer eigen accuproductie op te zetten. Auto-onderdelen die niet in het VK én niet in de EU geproduceerd worden, werden in september al aangedragen als één van de grootste zorgen voor fabrikanten.
Fabrikanten voorzichtig optimistisch
Vooral voor Toyota en Nissan ligt hier een potentieel struikelblok. Die zouden dermate veel onderdelen van buiten de VK en de EU gebruiken, dat de eerder gestelde grenswaarden bij sommige auto's mogelijk niet worden gehaald. Dat leidt dan dus tot een andere importstatus voor die auto's en dus ook tot hogere kosten om ze in de EU te kunnen slijten. In reactie op Automotive News laat Nissan weten dat het nog moet uitzoeken of het met de in het VK gebouwde Leaf nu in de problemen komt. Toyota verwacht met de Corolla nog wel aan de veilige kant te zitten.
Voor Groupe PSA is de deal uiteraard ook belangrijk. Dat bouwt immers nog Vauxhalls in het VK. In de fabriek in Ellesmore wordt mogelijk ook de volgende Astra gebouwd, maar dat hangt nog af van hoe de Brexit-onderhandelingen zouden uitpakken. In een eerste reactie is PSA voorzichtig positief over de uitkomst van de deal. Ook BMW, moederbedrijf van het Britse Mini en Rolls-Royce, reageert voorzichtig positief. Beide bedrijven gaan naar verluidt de details tegen het licht houden om te kijken hoe ze nu verder moeten in het VK, maar het ziet er in eerste instantie dus niet ongunstig uit.
Jaguar Land Rover verwacht zonder extra handelstarieven door te kunnen gaan. Dat ziet er dus goed uit. Het aandeel van moederbedrijf Tata Motors schoot daarom begin deze week gelijk enkele procenten omhoog. Bentley gaf eerder al aan dat een no-deal-Brexit een flinke klap op de winst zou betekenen, maar dat het er alles aan zou doen om in het VK te blijven bouwen. Dat er nu een deal ligt, is uiteraard nog beter nieuws.
Experts nog niet gerust
Hoewel het er nu voor de meesten nog niet per se verkeerd uitziet, kan het de komende jaren nog wel lastig worden. De steeds lagere drempel voor niet-lokaal geproduceerde accu's speelt daarin bijvoorbeeld een grote rol. De CEO van SMMT, de Britse brancheorganisatie van autofabrikanten, benadrukt dat tegenover Automotive News. Hij vindt dat de Britse regering nu in versneld tempo geld moet steken in het faciliteren van dergelijke productie.
David Bailey, een economieprofessor van de Birmingham Business School, staat ook nog niet te juichen. Hij noemt de deal 'dunnetjes' en verwacht dat ook dit nog heel veel extra kosten op gaat leveren voor de fabrikanten die in het VK gevestigd zijn. Volgens hem zal het sterk afhangen van hoe flexibel de voorwaarden zijn. Hij hoopt dat de deal er wel voor zal zorgen dat er nu weer investeringen in Britse autoproductie gedaan worden, in plaats van de terugtrekkende beweging van de afgelopen jaren.