AC Ace: fonkelnieuw, maar ouderwets plezier
Toch nog met brandstofkracht
Het leek er even op dat AC Cars klaar was met brandstofmodellen, maar niets is minder waar. Na de reïncarnatie van de Cobra is er nu ook weer een nieuwe Ace met brandstofmotoren gepresenteerd.
AC Cars heeft de laatste tijd de smaak lekker te pakken. Vorig jaar maart ging het doek van de reïncarnatie van de AC Cobra, dit jaar kwam daar ook nog een coupéversie van. Nu blaast het ook de voorganger van de Cobra, de Ace, nog eens nieuw leven in. We zeggen 'nog eens', want in september 2021 maakten we al kennis met de elektrische Ace RS en vlak daarna verscheen er ook nog eentje met brandstofmotor. Die leek bij AC Cars de brandstofmotor uit te zwaaien, maar niets is minder waar. Niet alleen heeft de herboren Cobra gewoon weer benzinekracht, er verschijnen nu ook nog meer Aces met een verbrandingsmotor.
De nieuwe AC Ace.
Het recept is vergelijkbaar met dat van de Ace RS, want ook de reguliere Ace krijgt een 2,3-liter viercilinder in zijn neus. Een krachtbron van Ford, die we bijvoorbeeld kennen van de Focus ST. In de AC Ace levert die EcoBoost 'ruim 300 pk' en 375 Nm, zo'n 50 pk minder dan in de Ace RS. Schakelen gaat door middel van een handgeschakelde zesbak. De mede dankzij een koolstofvezel koetswerk slechts zo'n 1.100 kilo zware Ace speert als je stevig pookt in zo'n 4,6 seconden van 0 naar 100 km/h. Dat is opmerkelijk snel, want voor de sterkere Ace RS sprak de fabrikant nog over 5,8 seconden voor die sprint. Wat de nieuwe Ace-reïncarnatie moet kosten, is nog niet helder. Volgend jaar zomer verwacht AC Cars de eerste exemplaren te leveren.