Uit het oog, uit het hart

Occasion dealer (foto ANP)

Begeerte moet je dichterbij brengen. Dat is het simpele geheim achter de zichtlocatie. Zo druk je de passanten je computers, jeans en auto's door de strot. Zien is kopen. Ook voor een autodealer geldt: hij moet bereikbaar zijn.

Ik vond in hartje Wenen een Ferrari-vestiging. Op ooghoogte zag ik over de volle breedte van de glazen pui op kinderhoogte een spoor van vette neusafdrukken. Ik vond de aanblik smerig maar ontroerend. Daar hadden fans zich dicht bij huis kunnen vergapen aan het aanbod. Hoeveel jongensharten waren daar bezweken voor het Steigerende Paard? Hoeveel passie zou daar zijn geboren voor het merk en voor de auto in het algemeen?

Toen ik dat zag, begreep ik dat de dealers in het land een grote fout hadden gemaakt door zich aan de bewoonde wereld te onttrekken. Je veegt jezelf van de kaart door je te nestelen langs snelwegen en in bedrijvenparken, ver van de woonwijken waar jongens het levenslang te pakken kunnen krijgen door hun neus tegen een ruit te drukken. Dom!

Tijdens een nostalgia trip door de Zaanstreek, het land van mijn jeugd, zag ik hoeveel er waren verdwenen; de Citroën-dealer van mijn ouders, het Peugeot-adres in Koog, de VW-boer waar ik twee nieuwe Golfs aanschafte, de Fiat-garage in hartje Wormerveer, gewoon in de Kerkstraat.

Daar hebben ze jarenlang mijn neusafdrukken van de etalage moeten poetsen. Ze waren de kweekvijvers van mijn autoliefde. Ik heb er leren smachten en verlangen. En daarvoor moeten jongetjes van nu naar een glaspaleis langs de A2 of naar een even afgelegen luxeloods tussen Ikea en de Praxis. Dat zal helaas niet gaan. Die jongste generatie is verloren voor de auto. Uit het oog, uit het hart.

Het is blind speculeren hoeveel marktaandeel merken zouden kunnen winnen door naar de bewoonde wereld terug te keren. Maar ik betwijfel zeer of ik het autovirus zo te pakken had gekregen als ik nu was opgegroeid.

Er is hoop, een beetje. De Morgan- en de Alfa-dealer zijn er nog. Bij de laatste staat een rode GTV 2.0 TS 16V, walgelijk mooi in het gedempte showroomlicht. Ik druk mijn neus tegen het raam en smelt romantisch. Ik kan het zwarte leer bijna ruiken. Mijn hartslag verdubbelt, in mijn ziel galmt de roep van het kind dat ik ooit was en altijd ben gebleven: hebben, hebben!

Nooit weggaan, jongens!

Lezersreacties (31)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.