Stank
Heel lang geleden had ik een vrouwelijke collega die ik stiekem heel leuk vond. Gelukkig voor mijn toenmalige vriendin werkte ik destijds in de buitendienst, dus vaak zag ik die collega niet. Maar áls ik haar zag... ach, als je een vent bent, begrijp je wat ik bedoel. En als je een vrouw bent, misschien zelfs ook nog wel.
Op een bloedhete zomerdag moest ik voor de verandering op kantoor zijn. Ik ging zitten aan een vrij bureau tegenover haar en prees mezelf de gelukkigste collega van die dag op dat bedrijf. Dat was de tijd voor de flatscreens, dus alleen twee diepe beeldbuizen hielden nog enige afstand tussen mij en deze onweerstaanbare schoonheid. Ik moet een minuut of tien mijn best hebben gedaan me op mijn werk te concentreren, toen een penetrante, zure stank onder het bureau vandaan kwam dwarrelen. Ik was bang dat ik in de hondenstront had gestaan en dook onder het bureau om mijn schoenen te controleren.
Maar dat bleek niet nodig. In het halve duister onder de twee tafelbladen was de bron van de smerige geur meteen duidelijk. Voor het eerst zag ik, tussen de stoffige kabels door, de blote voeten van het onderwerp van mijn stille aanbidding van dichtbij. Of beter, ik róók ze. Ik heb nooit meer de geringste belangstelling voor haar gehad. En gelukkig heeft ze dit allemaal nooit geweten.
Dat oude verhaal schoot weer door me heen toen ik gisteren in een testauto stapte. Het merk noem ik evenmin als de naam van de dame, maar dat laat ik graag aan jullie fantasie hieronder over. Schiet maar raak. Ik wil niet overkomen als een hedendaagse Jean-Baptiste Grenouille (uit het meesterwerk van Patrick Süskind), maar elk automerk heeft zijn eigen kenmerkende geur. Na vele jaren dagelijks van auto wisselen herken je die gemakkelijk. En de ene staat me meer aan dan de andere. Logisch, maar die van dit specifieke merk staat me elke keer weer tegen. Zo erg, dat het voor mij een reden zou zijn nooit een auto van dit merk te kopen, al zou de auto voor de rest honderd procent kloppen. Net zoals die collega dankzij haar voeten altijd gewoon een collega is gebleven.

Frank Jacobs
Autojournalist
Studeerde Frans en automobiel management, maar wilde eigenlijk altijd schrijven, niet noodzakelijkerwijs over auto's. Werd entertainer op diverse Franse campings, toetsenist bij een hardrockband, product manager tuinbouwmachines in Duitsland, bestelwagenverkoper, bedrijfsadviseur en in 2000 eindelijk journalist. Leerde het vak in de praktijk bij vakblad Automotive en stapte in 2005 over naar AutoWeek. Sluit zich in zijn vrije tijd graag op in zijn eigen muziekstudio, verzamelt instrumenten, verslindt boeken, fotografeert en heeft een fascinatie voor geschiedenis, met name de 19e eeuw. Is gek op dieren, vooral katten, de zee en woeste, onherbergzame landschappen. In de garage staat een Mazda MX-5 tweede generatie.