Schotse aasgieren

parkeerwacht
In de stad waar ik woon, gaat op zaterdag om half tien het betaald parkeren in. En elke zaterdagochtend weer ben ik er tijdens mijn ontbijt getuige van hoe de parkeerwachters al om kwart voor tien, gezeten op hun stinkende en rumoerige tweetaktbrommertjes, het centrum afstruinen om eenieder die een paar minuten langer is blijven liggen voor niet minder dan veertig euro op de bon te slingeren. En elke keer weer erger ik me eraan. Als je nou uren daar staat zonder te betalen, oké. In principe ben ik tegen elke vorm van parkeerheffing op de openbare weg; die weg is immers betaald, en in een land waar jaarlijks bijna dertig miljard aan autogerelateerde belasting wordt binnengeharkt en nog geen drie miljard daarvan wordt besteed aan de wegen, zouden ambtenaren cadeaubonnen onder onze ruitenwissers moeten stoppen. Maar goed, zolang die mallote regeling er is, zal hij gehandhaafd moeten worden.
Maar waarom zo overdreven stringent? Typisch Nederlands, dacht ik. Tot ik afgelopen dinsdagochtend mijn hotel in het Schotse Edinburgh uit liep. De man achter de balie had me gewaarschuwd; ze zijn er hier als de kippen bij. Eén minuut voor half negen sleepte ik mijn bagage richting auto, toen ik ze zag. Twee aasgieren stonden driftig te schrijven. Ik maakte er snel een foto van. Toen de man aan mijn kant van de straat me bij mijn geopende auto zag staan, liet zijn andere slachtoffer voor wat het was en haastte zich mijn richting in. Als een haas mikte ik mijn koffers achterin, startte de auto en ging er vandoor. Toen ik Hunter Square uit reed, was het exact 8:31 uur.
Ik zou bijna zeggen dat ze in Nederland nog heel billijk zijn.

Lezersreacties (13)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.