Pedal to the metal
Met een 911 GT3 naar Duitsland, dan ga je je niet inhouden. De knetterharde race-Porsche voor de openbare weg haalt met PDK 318 kilometer per uur. Heen kom ik richting Düsseldorf vrijwel nergens boven de 160 uit, maar uit ervaring weet ik dat de A31 in noordelijke richting na de spits snel stiller wordt. Als het meevalt kan ik op de terugweg in de rechte lijn vol aan de bak.
En inderdaad zijn de condities voor een supersonische retourrit optimaal. De forensen zijn afgedropen, het vrachtverkeer neemt snel af, het weer is voorbeeldig, de gortdroge tweebaansweg richting Emden ligt na zessen maagdelijk voor me.
Wat een extatische ervaring wordt dit. Het is niet voor te stellen dat een turboloze motor zo kan trekken. Dat sleurt en sleurt maar door tot dik boven de 8000 toeren. Het is alsof ze ergens achterin toch een geheime turbo hebben verstopt. In permanente staat van pornografische opwinding ejaculeert de GT3 de brul waarop Verstappen stikjaloers moet zijn.
Ik rijd niet eens absurd hard. Het genot zit hem in de natuurlijke swing van die 500 paarden, die vliegensvlugge flipperbak, de onvoorstelbare gasrespons van het atmosferische vierliterblok dat ook onder de 200 al alle teringherrie uitschenkt die je hart begeert. En misschien, denk ik braaf, moest ik het daar uit respect voor andere verkeersdeelnemers maar bij laten.
Maar dit is werk, ik moet toch weten wat die auto in zijn mars heeft. Dus: kop erbij en Los! Het wordt een leerzame les over de toestand van de Duitse snelwegen. Boven de 250 voel je pas goed hoe hobbelig en afgeragd dat asfalt is, en begrijp je die Duitse Baustellen-epidemie plotseling helemaal. In zo'n spartaanse machine als de GT3 moet je echt beide handen aan het stuur houden. De 918 Spyder die ik hier ook reed, en nog veel harder, was een stuk comfortabeler.
Daar is mijn moment. Een stuk weg zonder Tempolimit is tot aan de verre horizon volledig vrij. Ik trap hem helemaal in. De GT3 gaat op rails, bonkig maar onwrikbaar. Dan schiet ik bij 295 kilometer per uur over een venijnige dwarsrichel die je alleen in Zuid-Italië zou verwachten. Een stevige, hoewel beheersbare reactie in het stuur, de auto is ervoor gemaakt; ik voel de neerwaartse druk van de enorme spoiler me rotsvast op de weg houden. Maar toch: je moet er niet aan denken wat er bij dit tempo kan gebeuren met een onbegrensde sportsedan zonder zo'n klimrek achterop en een doorgedraaide bestuurder met een joint achter de kiezen.
Die types zijn er. In Frankrijk werd er laatst een aangehouden die in gedrogeerde toestand 300+ reed. Met een R8, dat dan weer wel. Je zou kunnen zeggen: ook daar houdt een beschaafde maximumsnelheid idioten dus niet tegen. Maar die auto's, die blijven we gewoon maken.
Ik voel me, bien étonné, even heel solidair met de Koos Spees van deze wereld. En ik denk aan de toekomst waarin wij zullen zeggen: wat een totale waanzin dat er ooit een land was waar dit zomaar mocht. Pedal to the metal? Nein!

Bas van Putten
Columnist/Schrijver
Bas van Putten is schrijver en columnist voor diverse kranten en tijdschriften. Zijn wortels liggen in de muziek, maar zijn hart gaat al jaren uit naar auto's.