Oude mensen

Opel Corsa fietsendrager

Op hun spaartegoed na krimpt bij oude mensen alles. Lijven, moed, lust, wagenpark – het wordt alleen maar minder. Mijn dorp, waar senioren in het voor- en hoogseizoen de oude dag opfleuren met een geheel verzorgd midweekarrangement of een dagje trappen op het Noordsche Veld, wordt van voor- tot naseizoen overspoeld met oudemensenblik. Helaas: alle vooroordelen over bejaardenauto's kloppen.

De jaarlijks terugkerende grijze golf verandert de Brink in een openluchtshowroom vol Ignissen, Agila's, Panda's en Fusions, allemaal lekker compact en geen cent te veel, die makkelijke hoge instap en het fruitige fietsenrekje achterop, gekocht op aanbeveling van de Bond voor Krasse Knarren. Op de camping naast het zwembad vind je de verfletste tweedehands die pa als pre-vutter nog ijlings nieuw kocht, voor de vrije val naar 70% hem zijn Caravantrekker van het jaar voor altijd door de neus zou boren. Trotse Knaus-man in het washok tegen Südwind-buur: "Ze lachen me uit, met m'n Almeraatje. Maar dat Almeraatje is toevallig niet kapot te krijgen."

Dat je als afgeknepen AOW'er niet de beest gaat uithangen begrijp ik. Maar er zijn zat ouderen met geld. Waarom zie je ze dan haast nooit in een lief roadstertje of dikke Audi? Omdat autoliefde verdwijnt zodra de rimpels komen. De autoliefhebber in de man sterft blijkbaar met de jaren, tot zijn lusteloosheid zo totaal is dat hij zich een Corsa met uitschuifbare Gazelle-standaard door de strot laat duwen. Ik gun het hem, maar het stemt me diep droevig. Lekker praktisch – de woorden alleen al.
Aan mijn vader vraag ik in een opstandige bui wel eens of hij voor zijn goeie geld niks leukers kon verzinnen dan een aircoloze 206. Ach jongen, zegt hij dan, het rijdt. De andere dooddoener: ach jongen, ik hoef niet meer zo nodig.

Ik vroeg hem waarom hij geen Volvo V50 kocht. Geloof het of niet, die vindt hij mooi. Nog mooier: hij kan hem betalen.

'Ach jongen, waarom zou ik?'

Ik mag mijn vader graag. Maar op zo'n moment kan ik hem schieten. Zo'n zin klinkt naar doodgaan.

Ik wil best tachtig worden. Maar alleen als ik dan nog hartkloppingen krijg van een 911. Zodra die opwinding verdwijnt werp ik me met rollator en al voor de leeuwen.

Mijn oude heer: "Ooit piep je wel anders."
Hij klinkt of hij een puber toespreekt.

Klopt. En die puber denkt: liever meteen de lucht in.

Lezersreacties (53)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.