Ontnuchterend

Luc gaat karten
Na veel te lang geleden zijn we met de hele AutoWeek-ploeg (inmiddels meer dan 30 man!) deze week weer eens gaan indoor-karten. Een collega, en niet zo maar één..., vertrekt (vacature is inmiddels ingevuld) en wij hebben hem uitgezwaaid middels een ouderwets gezellig avondje AutoWeek-karten.
AutoWeek-karten is serieus. Dat is niet drinken voor de race, dat is karten op het scherpst van de snede. Dat is geen duimbreed toegeven en het liefst eten ná de finale. Want geen AutoWeeker wil namelijk als 'traagste' te boek zijn temidden van zijn collega's. Dat ligt gevoelig binnen een redactie als de onze. Dat snapt u vast.
Hoewel rete-gezellig was de kartavond evengoed ook ontnuchterend. Was ik jaren geleden goed voor standaard een top 5-klassering. Afgelopen woensdagavond ben ik keihard uit de top 10 geknikkerd. Nieuwe, jonge sterren haakten aan, haalden in en... verdwenen in de verte. M'n kart was goed, ik werd nauwelijks gehinderd op de baan, kortom; geen ontkomen aan. Ik heb een pak slaag gekregen. Het vloeiende ritme waarmee ik voorheen opeenvolgende bochten nam, was veranderd in vechten met je kart, wringen aan het stuurtje. De schwung was er niet. Komt ie ooit terug? Dat is de vraag die ik me nu stel. En ik hou me meteen vast aan wat een collega opmerkte die avond. Hij sprak de wijze woorden "Als iemand op de kart niet snel is, kan hij dat op het circuit evengoed wél zijn."
Maar zijn dat wel wijze woorden? Betekent snel zijn op de kart, ook snel zijn op de weg of het circuit? Of hoeft dat niet? Of andersom: tobben op de indoorkartbaan, betekent dat ook traag zijn in het echte leven? Oh ja, Van Es was de snelste, Vermeulen tweede.

Lezersreacties (6)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.