Geen weemoedig afscheid van zescilinder
Met de introductie van de X1 xDrive28i zet BMW de atmosferische zescilinder lijnmotor aan de dijk. Want dat model krijgt een viercilinder turbomotor. Daar kunnen we heel teleurgesteld over doen, en weemoedig afscheid nemen van een traditie. Maar da's helemaal niet nodig? De zescilinder, die overigens in 'geblazen' vorm gewoon blijft, is namelijk helemaal niet zo kenmerkend voor het Duitse merk als menigeen wil doen geloven. Integendeel, BMW heeft z'n sportieve naam te danken aan de viercilinder turbomotor. En met z'n downsize viercilinder Twinpower Turbo uit de nieuwe X1 28i, die in verschillende vermogens in de toekomst ook in andere modellen van het gamma te vinden zal zijn, keert het in zekere zin terug naar z'n roots en herstélt het juist een oude traditie. In 1974 introduceert BMW immers de legendarische 2002 turbo met 170 pk. En hiermee produceert het als eerste een auto met turbomotor in serie. En hoewel de 2002 turbo geen verkoophit wordt (heden ten dage is het model trouwens een gewilde klassieker), doet BMW met de vierpitter met compressor in de racerij goede zaken. Met een turbomotor deels gebaseerd op die uit de 2002 wordt het zelfs wereldkampioen formule 1. Dat BMW de viercilinder turbo opnieuw omarmt, hoeft dus helemaal niet treurig te stemmen.