De PSA-malaise

200.000ste DS3

Hoe analyseer je de malaise bij PSA Peugeot/Citroën? Een NRC-reportage over PSA onderstreept de ingewikkeldheid van het thema. De neergang van het Franse autoconcern is een ongeregeld samenspel van factoren die in het stuk allemaal de revue passeren. De onvoorstelbare heftigheid waarmee de crisis toesloeg op markten waar PSA-merken een sterke positie innamen. De bedrijfsvoering, van inkoopbeleid tot modellenstrategie. Een niet vlekkeloze reputatie, die beide merken zo hardnekkig achtervolgt dat zelfs Fransen Duitse auto's tegenwoordig beter vinden. Aha, dan zou het kernprobleem dus toch imago zijn. Wij, de consumenten, denken blijkbaar dat het shit is wat die Fransen bouwen.

En dat is nu zo gek; de gemiddelde Nederlandse PSA-rijder hoor je niet klagen. Aan de praktijkervaringen van Peugeot- en Citroën-rijders op autoweek.nl valt op dat vanaf 2008 niet één model kwalitatief door de mand is gevallen. Het gros van de Citroëns en Peugeots scoort tenminste vier van de vijf sterren. PSA presteert uitstekend, door de bank genomen. Duitse auto's beter? Overall misschien wel, maar in de middenmoot van betrouwbaarheidsstatistieken tref je ook hoog aangeschreven Duitsers aan. De TSI-problematiek van VAG ligt vers in het geheugen. Japanners heilig? Zelfs het onberispelijke Toyota liep deukjes op met de 2.2-liter D4-D diesel en een paar Prius-kwaaltjes. Kan gebeuren, netjes opgelost. It's all in the game.

Wel valt me in de statistieken bij het NRC-verhaal iets op. In het overzicht van de vijf best verkochte PSA-modellen in Europa staan uitsluitend auto's in het B- en C-segment, niets groters: Peugeot 208, Citroën C3, Peugeot 308, Peugeot 207 en Citroën C4. Hetzelfde beeld geeft de top vijf van best lopende Renaults, het Franse merk dat ondanks een even dramatisch inzakkende markt nog redelijk stand houdt, met het veelzeggende verschil dat twee van de vijf het Dacia-logo dragen. De markt voor Frans vervoer is dus de brede onderkant, de kleine middenklasse onder het D-segment. Renault draait mede op zijn budgetmerk, dat ik op het Franse platteland steeds meer de plaats zie innemen van afgereden 306'jes en BX'en. Sure, het is crisis, geen Laguna-tijd, maar die crisis gaat lang duren en zoveel tijd heeft PSA niet meer.

Van die Franse Dacia-armada zouden ze bij PSA iets kunnen leren. De Dacia's zijn de Renaults, Peugeots en Citroëns van vroeger; nuchtere, betaalbare gebruiksvoorwerpen. Dit is gewoon een Renault hoor, zei een Normandische boer me vorig jaar over zijn Logan. Voor hem was de Roemeen een Franse auto. De eerste grote vraag is of de iets beter gesitueerde Fransman een Peugeot 508 of Citroen DS4 even Frans vindt, de tweede of hij nog zo chauvinistisch is dat hij per se Frans wil rijden, de derde of ze bij PSA echt Franse auto's willen bouwen.

Mijn antwoord luidt in drievoud: dacht het niet. PSA leek geobsedeerd door de premiumkoers van de Duitsers. De Fransen die ik de afgelopen jaren reed – van recente Peugeots tot Citroën C5 en DS4 - kon ik niet betrappen op specifiek Franse rij-eigenschappen of een typisch Franse elegantie. Ze maakten wel een zeer solide indruk, en ze reden als halve BMW's. Maar zonder imago loop je ook met de hoogste kwaliteit niet binnen in de hogere segmenten. Daarom kopen Fransen die nog centen hebben blijkbaar net zo lief een Duitser. De boer stapt ondertussen nuchter in een Logan, shockingly affordable. Voor PSA is het meer dan pech, het is noodlot.

Lezersreacties (98)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.