Boomknuffelaars en subsidiesponzen
Vandaag opent Ecomobiel z'n poorten, de beurs voor duurzame mobiliteit in de Rotterdamse Ahoy. De vele uitnodigingen ten spijt sla ik een jaartje over. Ondanks een aantal nationale primeurs heb er niet zoveel zin in. Begrijp me goed, ik ben een enthousiast voorstander van duurzame mobiliteit. Zeker wanneer zoiets groots en vakkundig doorgevoerd wordt, in kleinschalig gedoe zie ik niets, dat zet geen zoden aan de dijk. De elektrische Smarts van Car2Go die je overal in Amsterdam tegenkomt zijn een perfect voorbeeld van hoe het wél moet. Een mooi begin om vertrouwd te raken met elektrische auto's. Maar ik dwaal af.
Wat mij van een trip naar Ahoy weerhoudt, is dat de mensen daar welhaast nog gelukkiger uit hun ogen kijken dan de jonge koppeltjes op de Negenmaandenbeurs. De bezoekers die op Ecomobiel rondlopen zijn al overtuigd en zij die overtuigd zouden moeten worden, die zul je daar niet vrijwillig zien. Het is een beetje preken voor eigen parochie. Naast de verkopers die mij laadpalen of groengasauto's willen leveren heb ik van de meeste mensen die daar rondlopen de indruk dat ze deel uitmaken van het grote duurzame overlegcircuit. Er vinden in Nederland bijna meer overlegsessies plaats rond thema's als de elektrische auto dan dat er daadwerkelijk EV's verkocht worden. Concrete stappen lijken daarbij niet of nauwelijks gezet te worden. Het is meer een kwestie van subsidiegeld rondpompen voor studies, overleg en onderzoek (door de meest uiteenlopende bureautjes) wat dan weer leidt tot nog meer onderzoek, vervolgstudies en wederom overleg. Ik ben heel bang dat wanneer over drie jaar in Duitsland het enorme project van start gaat met waterstofauto's, de Nederlandse subsidietijgers ook weer in de rij staan met kleinschalige proeftuinen. Gaan we lekker op eigen bodem het wiel uitvinden wat bij de Oosterburen al gewoon draait.
Het grote doel lijkt in Nederland een beetje vergeten; dat is namelijk niet de implementatie van de alternatief aangedreven auto zelf. Nee, die door groengas, waterstof of elektriciteit aangedreven auto's zijn slechts een middel om wereldproblemen het hoofd te kunnen bieden. Een grote visie op dat werkelijke doel zie ik niet in Ahoy, daar willen ze me alleen iets verkopen.

Cornelis Kit
Autojournalist
Cornelis Kit (1971) behaalde in 1996 z’n diploma aan de HTS Autotechniek na het met succes afronden van een afstudeerproject bij NedCar in Born. Na z’n studie kwam hij al snel in de journalistiek terecht. Sinds 1999 is hij full-time autojournalist. Naast de praktische inzetbaarheid van auto’s gaat z’n aandacht vooral uit naar nieuwe technologieën en in het bijzonder naar alternatieve aandrijving. Brandstofcellen, hybride aandrijflijnen, eind vorige eeuw reed hij al met prototypes en nog steeds volgt hij de ontwikkelingen kritisch, sinds 2004 voor de tijdschriften AutoWeek en GTO. Misschien tegenstrijdig, maar z’n warme belangstelling hebben ook klassieke auto’s (veel ‘moderne’ techniek stamt vaak al uit vervlogen tijden) en de autosport (met name de techniek om zoveel mogelijk prestaties uit een druppel brandstof te halen, in wezen hetzelfde wat gebeurt bij het zuiniger maken van auto’s).
