A-label
Niet te geloven. Hij weegt 2.045 kilo. Hij is op vier millimeter na vijf meter drieëntwintig. Het is een S-klasse. Hij heeft een A-label.
Toen Mercedes de S250 CDI met een 2.143 cc viercilinder turbodiesel aankondigde, dacht ik echt dat het een grap was. Nu staat hij op mijn oprit. De eerste dagen samen liggen achter ons. De eerste ging onder de beroerdst denkbare omstandigheden – regen, files, veel stadsverkeer – zo doorkruisten we half Nederland. Zo'n 250 kilometer reed ik met opzet zo casual mogelijk, zonder op de kleintjes te letten. Airco en radio bliezen op volle kracht, de verlichting moest natuurlijk aan, de wissers draaiden overuren. Op de snelweg hield ik kruissnelheden aan tussen de 120 en 140 km/u. Resultaat: 1 op 15,4. Met een Lexus LS 600h kwam ik niet verder dan 1 op 13,4, terwijl ik toen alles op alles zette om te scoren. De CO2-uitstoot van de S250 duikt met 149 gram per kilometer substantieel onder de 219 van de Lexus.
Kortom: hier is iets bijzonders aan de hand. De oude diesel ziekt de Nuon-limo. The empire strikes back. En hoe. Want het moet nog veel beter kunnen.
Mercedes geeft voor de S250 CDI een verbruik van 5,7 liter op 100 kilometer op, 1 op 17,5. Met een tankinhoud van 83 liter zou je theoretisch ongeveer 1.450 kilometer ver moeten komen. En dit is nog maar het voorprogramma. Voor de plugin-hybrideversie van de volgende S-klasse belooft Mercedes een verbruik met een cijfer 3 voor de komma. Mijn instinct zegt dat het mogelijk moet zijn met deze S alvast 1 op 20 te halen. Ik hoop dat deze week te kunnen bewijzen. Dat wordt vroeg opstaan, en lang doorrijden. Maar ik ga het doen. Ik wil twee ton staal naar het ecoparadijs jagen. Gewoon omdat het kan.

Bas van Putten
Columnist/Schrijver
Bas van Putten is schrijver en columnist voor diverse kranten en tijdschriften. Zijn wortels liggen in de muziek, maar zijn hart gaat al jaren uit naar auto's.