Test: Spyker C8 Spyder (2007)
Zon moet gaan schijnen
Het is bepaald niet gemakkelijk een automerk uit de grond te stampen. Al helemaal niet een merk dat zeer exclusieve sportauto's bouwt. In Zeewolde zijn ze er dag en nacht mee bezig. Vaak in zwaar weer, terwijl ze zon nodig hebben.
Hoewel hij met 4,19 meter korter is dan een Golf en de hoogte van 1,08 meter net tot aan de heup reikt, maakt de Spyker C8 Spyder in levenden lijve grote indruk. Mooi of lelijk – daar valt over te twisten –, zeker is dat het design volstrekt uniek is. En wanneer je met een knop in de buitenspiegel de vleugeldeuren ontgrendelt, begint het te kriebelen. Laat je tussen de wielen zakken in de perfect gesneden Sparco-sportkuip, werp een blik op het fraai gedetailleerde interieur met veel leer en aluminium en je weet 't zeker: dit wordt een rit om nooit meer te vergeten. Activeer met een tuimelschakelaar de stroom, druk op de startknop en met een rauwe grom laat de C8 je weten dat het feest kan beginnen.
De versnellingsbak laat zich soepel bedienen, maar dat is op zichzelf niet zo verwonderlijk. De complete aandrijflijn stamt immers van Audi en is bovendien onlangs compleet vernieuwd. In plaats van de V8 die zijn oorsprong vond in de Audi A8, ligt nu de V8 uit de S4 voor de achterwielen. Deze is dankzij de kettingdistributie niet alleen compacter, hij levert bovendien gunstiger emissiewaarden. In deze configuratie is hij net terug uit de Verenigde Staten, waar kort geleden een hernieuwde certificering werd verkregen.
Gieren, trillen, stampen
Nog een voordeel is dat de achtcilinder van huis uit al 344 pk levert en dat er dus iets minder aan geschroefd hoeft te worden om de boel op te peppen. Dankzij een ander inlaat- en uitlaatsysteem en een aangepaste kalibratie komt het vermogen op zo'n 400 pk. Het koppel groeide ten opzichte van de standaard 4,2-liter van 410 naar 480 Nm. De souplesse is enorm, en als je wilt, kun je bijna vanuit stilstand in de derde versnelling wegrijden. Jaag je 'm echter tot in het rood (7.500 tpm), dan kan de 1.250 kilo lichte Spyder in 4,5 seconden de honderd bereiken. Als top geeft Spyker 300 km/h op.
De belevenis in de kleine cockpit is enorm. Dat begint bij de motor vlak achter je rug. Die brengt niet alleen een nauwelijks geïsoleerde, wilde kakofonie van geluid voort, je voélt 'm ook gieren, trillen en stampen. Dat is echter niet de reden dat de V8 daar geplaatst is; gewichtsverdeling en dynamische balans, dáár gaat het om.
Niet zonder handschoenen
Aangezien de C8 niet wordt ingetoomd door enige vorm van tractie- of stabiliteitsregeling, zijn we in het begin een beetje voorzichtig wanneer we uit bochten accelereren. Al snel blijkt dat nergens voor nodig, want de tractie die de 275 millimeter brede achtersloffen genereren, is enorm. Vanuit de meeste hoeken kun je zonder zorgen het gaspedaal vloeren.
Tuurlijk, er is best wat aan te merken op de Spyker C8 Spyder. De torsiestijfheid is niet optimaal en de beschutting binnenin is beperkt, terwijl de handbediende, linnen kap meer een 'thuiskomertje' is dan een volwaardig convertibledak. De zijruiten kunnen slechts gedeeltelijk naar beneden, maar wanneer je gaat rijden, neem je die onvolkomenheden onmiddellijk voor lief.
- +Unieke auto
- +Beest van een motor
- +Spectaculaire rijeigenschappen
- -Torsiestijfheid niet optimaal
- -Weinig beschutting in interieur
- -‘tentje’in plaats van stoffen kap