Test: Lamborghini Urus (2018)

CAYENNE TURBO ALS ONTBIJT

Lamborghini wilde van de Urus de snelste SUV ter wereld maken en dat is, in elk geval qua 0-100-tijd en topsnelheid, gelukt met respectievelijk 3,6 seconden en 305 km/h. Buitenaardse tijden voor een sportwagen, laat staan voor een kolos van 2.200 kg. De claim voor beste pk-gewichtsverhouding in zijn klasse is eveneens terecht, al komt de Alfa Romeo Stelvio Q met zijn 3,39 kg/pk akelig dichtbij de 3,38 van de Urus. Die Stelvio kost de helft en rijdt leuker, maar opereert – eerlijk is eerlijk – niet in dezelfde buitencategorie als de Urus. Dat de Stelvio vanwege zijn aanzienlijk lagere gewicht ook nog leuker rijdt, zal de Lamborghini- koper vermoedelijk ook worst zijn. Die wil immers het grootste, sterkste, duurste en meest prestigieuze en dan kom je vanzelf bij de Urus uit. Rijdt die niet leuk dan? Integendeel. Minder speels en lichtvoetig dan de Stelvio, maar Porsches Cayenne Turbo en BMW’s X6 M eet hij als het spreekwoordelijke ontbijt. Die 650 pk en 850 Nm zijn op zichzelf al monsterlijk, maar als die ook nog eens fantastisch mooi worden gekanaliseerd met vierwielaandrijving, torque vectoring, een naar wens boterzachte of agressief rammende achttraps automaat, luchtvering, vierwielbesturing en actieve stabilisatoren om het overhellen te minimaliseren, dan heb je een combinatie die nauwelijks te overtreffen is. Dankzij kleppen in het uitlaatsysteem klinkt de V8 naar wens beschaafd of ronduit bruut – inclusief geplof en geknetter uit de vier eindstukken bij gas los – afhankelijk van welke stand van de ‘Anima’ je selecteert.

De voorwaartse versnelling is met al dat koppel ronduit bizar. Hoewel de keuze voor een biturbo-V8 verdedigbaar is – zuiniger, krachtiger, lichter, bruikbaarder voor dagelijks gebruik – zouden we het minstens zo leuk hebben gevonden als Lamborghini die argumenten met veel Italiaans drama in de wind had geslagen en die ongegeneerd jankende V10 uit de Huracán in de Urus had gemonteerd. Of anders de brute V12 uit de Aventador. Dát had hem echt het onderscheidend vermogen gegeven dat hem nog verder boven alle andere super-SUV’s had doen uitstijgen. Niet dat het de klant veel uitmaakt, overigens; de Urus verkoopt evengoed als een tierelier. Het wachten is nu op de antwoorden van Ferrari en Aston Martin ...