Fiat 600e vs. Volvo EX30 - Vergelijkende Test

Bij Stellantis rollen ze momenteel in hoog tempo elektrische auto’s uit en het grote geheim achter die grote daadkracht is dat die auto’s onderhuids erg veel op elkaar lijken. Ze hebben allemaal hetzelfde 51-kWh netto batterijpakket en dezelfde 156 pk en 260 Nm sterke elektromotor die in alle gevallen op de vooras zit gemonteerd. De auto’s zijn dus voor 90 procent identiek, maar de 10 procent die afwijkt kan wel net het verschil maken. Dat is goed nieuws voor het nieuwste wapenfeit van Stellantis: de Fiat 600e. Tegelijkertijd zit de concurrentie ook niet stil en een van de gevaarlijkste nieuwkomers lijkt de nieuwe Volvo EX30. Al vanaf de eerste geruchten gooit die hoge ogen. En op papier ziet het er allemaal fantastisch uit. Want een Single Motor Extended Range met leuke uitrusting is er voor zo’n € 45.000. Dan heb je een auto met 272 pk, een 64-kWh netto batterij en een actieradius van 480 km. Kortom: op papier krijg je voor zo’n €4.000 extra, veel meer waar.

Verpletterend in verhouding

In alle eerlijkheid: de Fiat 600e voelt naar elektrische maatstaven niet echt snel. 156 pk en 260 Nm zijn heel bescheiden getallen anno 2024 en dan krijg je die maximale waarden ook nog eens alleen als je de Sport-modus inschakelt of door de kickdown-weerstand in het pedaal trapt. Via Normal en Eco begrens je de elektromotor naar respectievelijk 109 pk/220 Nm en 82 pk/180 Nm. Met name in die Eco-stand trekt de Fiat nog geen tissue uit de verpakking. Tenzij je door die kickdown-weerstand heen trapt, maar dan is het ook meteen alles. Het goede nieuws is dat het voor een elektromotor niet wezenlijk uitmaakt of je 10 of 100 procent van het beschikbare vermogen gebruikt: geluid is er niet en schakelen hoeft niet. Dus hoewel het allemaal niet hard gaat, werkt de elektromotor soepel en omdat je geen enorme batterij hoeft mee te zeulen kom je redelijk ver op een kilowattuur, waardoor de actieradius in de praktijk op een verdienstelijke 300 kilometer ligt. Wel jammer dat de auto zelf bij een volle lading altijd 400 kilometer actieradius opgeeft, terwijl dat echt niet realistisch is. Ook jammer; zelfs in de B-stand remt de Fiat niet echt sterk op de elektromotor. Wil je met een pedaal rijden, dan zul je echt ver vooruit moeten denken en helemaal tot stilstand kom je alleen met het rempedaal.

Het FIat 600e interieur is best fraai, zeker als La Prima.

De Volvo biedt wel one pedal functionaliteit en komt dus desgewenst zonder de pedalen aan te raken tot stilstand. Daarbij gaat het recupereren ook wat sterker, waardoor je minder vooruitziend vermogen nodigt hebt om het rempedaal niet te hoeven aanspreken. Wel is het jammer dat het zelfvertragende deel echt in de bovenste millimeter van het gaspedaal lijkt te zitten. Iets meer slag om de boel te doseren zou welkom zijn, maar dat kan in een over the air update wellicht worden verbeterd. Maar dan het vermogen stap vanuit de Fiat over in de 272 pk sterke Volvo en het voelt alsof je met een raket wordt afgeschoten. Natuurlijk hoef je niet altijd vol gas te geven, maar het is prettig om te weten dat je, als je dat wil, ook helemaal voor in de rij kunt invoegen op de snelweg. Fijn. Minder fijn: het verbruik. Zelfs met een rustige rijstijl krijgen we de EX30 op sportbanden amper onder de 21 kWh per 100 km en dat is voor een B-segment cross-over echt heel fors. Het betekent ook dat de Volvo, ondanks een grotere batterij een zo goed als identieke praktijk-actieradius heeft als de Fiat 600 en je dus na 300 kilometer wel weer aan een laadpaal staat. Daar kan de EX30 weliswaar tot 153 kW snelladen, anderhalf keer zo snel als de Fiat, maar omdat het verbruik zoveel hoger ligt is het aantal kilometers dat je in een minuut bijlaadt helaas niet anderhalf keer zo groot.

Opvallende bandenkeuze

Een deel van het verschil in verbruik wordt ongetwijfeld verklaard door het fors hogere gewicht, maar ook door de bandenkeuze. De EX30 in deze test staat immers op opvallend sportieve ContiSportContacts 6. Minder goed voor het verbruik, goed nieuws voor de wegligging want de EX30 rijdt er echt fantastisch op. Door het hoge gewicht merk je dat de veren en dempers een stuk stijver zijn dan die van de Fiat, maar de afstelling van de schokdempers is uitstekend gekozen zodat het comfort goed is en de wegligging uitstekend. De EX30 heeft precies dat onverzettelijke gevoel dat zo herkenbaar is aan Volvo’s, maar dan zonder het zwaarlijvige bij het insturen. Het levert een uitstekend compromis op waardoor de EX30 onfatsoenlijk hard de bocht om kan, een voorspelbare wegligging heeft en door de achterwielaandrijving lekker speels aanvoelt. Dikke pluim!

De Volvo is iets mooier, maar veel scheelt het niet.

Bij Fiat hebben ze gekozen voor een minder inspirerend weggedrag. Deels wordt dat gedicteerd door het feit dat de aandrijving hier op de voorwielen zit. Minder inspirerend betekent echter niet hetzelfde als slecht, want de 600e rijdt in feite heel aangenaam. De besturing gaat licht, vrij afstandelijk en in het onderstel zit bovengemiddeld veel souplesse. Uiteindelijk is er heus minder grip dan in de Volvo, maar omdat de Fiat 1.495 kilo weegt tegenover de 1.750 kilo van de EX30, voelt de Fiat in eerste instantie nog een stukje wendbaarder aan. Gewicht wat er niet is, hoeft immers ook niet in beweging gezet te worden.

Opvallend ruim

Voor een B-segment SUV is de Fiat 600e redelijk ruim bemeten. Omdat de elektromotor voorin zit, heeft de Fiat 600e geen frunk, maar de bagageruimte achterin heeft wel een dubbele bodem en dus kun je de laadkabel daar netjes opbergen. Achterin past 360 liter bagage, wat voor het segment een nette waarde is. Maar de grote verrassing is de achterbank. Die heeft in relatief compacte auto’s, en helemaal als die elektrisch zijn, nog weleens een wat ongemakkelijke zitpositie, maar niet in de Fiat. Je zit keurig rechtop, met voldoende ondersteuning en voldoende hoofd- en beenruimte. Voorin neemt Fiat duidelijk alle lessen ter harte die andere Stellantis-merken hebben geleerd. Er zijn dus fysieke knoppen voor de airco, een clustertje sneltoetsen onder het centrale touchscreen en hoewel dat scherm nog steeds tamelijk langzaam is, laat het zich ruim configureren. Zet alles dat je veel gebruikt even op het home-scherm en er is weinig reden om je te ergeren. Nog beter: alle te aanwezige veiligheidssystemen kun je vastkoppelen aan een knop en als je die vervolgens een paar seconden indrukt, schakel je al die systemen meteen uit.

Wel een frunk in de Volvo, maar je hebt er niet veel aan.

Had de EX30 maar zo’n knop. Of andere knoppen. In plaats daarvan zit zo’n beetje alles wat je kunt bedienen verstopt in het centrale touchscreen. Dat scherm draait op Google-software en het goede nieuws: het werkt snel en overzichtelijk. Maar het is meteen het enige scherm dat je hebt, want in tegenstelling tot in de Fiat heb je niet een extra schermpje voor je neus. Wil je weten hoe hard je gaat, dan moet je naar het centrale scherm kijken. Maar als je dat doet, dan begint de auto te piepen dat je niet op de weg kijkt. Nu kan dat systeem uit, maar daarvoor moet je wel eerst een paar menu’s doorlopen. Heel hinderlijk en op deze manier doet het systeem precies het tegenovergestelde van wat het beoogd te doen. Het voordeel van de bezuinigingsdrift is dat het interieur er wel smaakvol uitziet. De materialen en bouwkwaliteit zijn niet enorm veel beter dan bij Fiat, maar je hebt wel veel meer het idee in iets bijzonders te zitten. Tenminste: voorin. Achterin is het niet zo’n feest. Op de Volvo-achterbank heb je precies die vreemde, beknelde zitpositie die in de Fiat schittert door afwezigheid. De bagageruimte verschil niet heel veel. Ook hier zien we een dubbele bodem achterin en de EX30 heeft zelfs een frunk. Daarin kun je nog net je portemonnee kwijt en dan houdt het wel op, dus daarmee verdient Volvo geen punten.

Meer of minder keuzes

Mocht je portemonnee toch nog te dik zijn, weet dat dat er bij Volvo genoeg opties zijn om hem wat in te doen krimpen. We begonnen de test met zeggen dat je voor hetzelfde geld veel meer vermogen krijgt, maar dan moet je wel de juiste versie hebben. Wij hebben het genoegen met de meest luxe Ultra trim, met dikke wielen, panoramadak, two tone lak, 22-kW lader etcetera. Een boel luxe die je lang niet allemaal kunt krijgen in de 600e. Ga echter een treetje lager op de ladder naar een Plus, aangevuld met het Climate Pack voor stoel- en stuurverwarming en je komt aardig in de buurt. Dan staat de teller op €45.295. Dan is de uitrusting nog steeds niet helemaal hetzelfde, maar zit je in hetzelfde speelveld. Maal je niet om luxe, dan is er ook nog een Core die vanaf €41.495 begint. Op termijn komt daar nog een versie met een kleinere batterij bij, al wordt de actieradius dan waarschijnlijk ietwat problematisch.

Simpel instrumentarium in de Fiat, maar je hebt tenminste een instrumentarium.

Bij Fiat is de keuze minder ruim. Er zijn twee uitvoeringen en voor beide een handjevol kleuren. De Red is er vanaf €35.990, de hier geteste La Prima voor €40.990. Dan zit alles wat je op een elektrische auto wil er wel op en er is zelfs een metallic lak standaard: het oranje van onze testauto. Keurig en omdat de Fiat minder verbruikt en tegenwoordig vijf jaar garantie zonder kilometerbeperking levert, is dit een onderdeel waarop de Fiat veel meer en veel beter scoort.