Test: Citroën C-Crosser (2007)

Compromis beteugelt eigenzinnigheid

Citroën C-Crosser
Citroën C-CrosserCitroën C-CrosserCitroën C-CrosserCitroën C-CrosserCitroën C-CrosserCitroën C-CrosserCitroën C-Crosser
AutoWeek 28 2007
AutoWeek 28 2007

Je leest het in AutoWeek 28 2007

In de strijd om de gunst van de SUV-koper moest Citroën, net als de andere Franse merken overigens, lang het antwoord schuldig blijven, maar met de introductie van de C-Crosser is dat er eindelijk. Komt-ie u bekend voor? Klopt, de Citroën maakt deel uit van een eeneiige drieling, net als de eerder dit jaar geïntroduceerde Mitsubishi Outlander.

Citroën mengt zich rijkelijk laat in het SUV-geweld. Vrijwel ieder zichzelf respecterend merk nam er de afgelopen jaren minstens één in het gamma op, maar vanuit Frankrijk bleef het lang oorverdovend stil. Het antwoord van Citroën op de Santa Fe's, de RAV4's, Antara's en de X3's van deze wereld heet C-Crosser. Het eigenzinnige Franse merk heeft zich eerst geconcentreerd op zijn core business en orde op zaken gesteld in het personenwagenprogramma. Nu acht Peugeot de tijd rijp om ook in het SUV-segment een graantje mee te pikken. Dat doet het merk niet met een volledig in eigen beheer ontwikkelde auto. In 2005 sloot PSA Peugeot Citroën namelijk een overeenkomst met Mitsubishi Motors over een gezamenlijk te bouwen terreinachtige. Het resultaat is een eeneiige drieling die bestaat uit de Mitsubishi Outlander, de Peugeot 4007 (zie pagina 88 van deze AutoWeek) en de Citroën C-Crosser.

Allure

De C-Crosser is vrijwel identiek aan z'n broertjes. Citroën heeft vooral aan de voorzijde z'n best gedaan de SUV iets eigens mee te geven. De snoet is onmiskenbaar Citroën en vertoont dezelfde double chevron met z'n brede uitlopers als het vlaggenschip, de C6. De neus ziet er zeker geslaagd uit met z'n diepe bumper met forse luchtinlaat en op de hoeken geplaatste mistpitten in een chroomkleurige omlijsting. Maar het merk-DNA reikt niet verder dan de voorzijde van de auto. Goed, de achterkant heeft een iets anders gevormde achterklep en afgerondere achterlichtunits dan de Mitsubishi Outlander, maar deze ingrepen in de vormgeving maken de C-Crosser niet onmiddellijk herkenbaar als Citroën. Het Franse merk heeft getracht z'n SUV wat meer te onderscheiden van de auto's die op dezelfde leest geschoeid zijn door chroomkleurige strips toe te passen langs de dorpel, aan de onderzijde van de zijruiten en op de achterklep. De strips geven het model wel een vleugje meer allure dan de stoerder en wat minder chique ogende Japanse tegenhanger.

Aan boord heerst een feest der herkenning voor wie al heeft kennisgemaakt met de Outlander. Het dashboard van de Fransman is exact eender aan dat van de Japanner. Dat betekent dat ook de Citroën het speels vormgegeven instrumentarium heeft dat de Outlander siert, met een toerenteller en een snelheidsmeter in aparte ronde omlijstingen onder een gewelfde koepel. De ergonomie is prima voor elkaar; de middensectie huisvest een drietal draaiknoppen voor de bediening van verwarming en ventilatie en een display ten behoeve van het audio- en navigatiesysteem. Overige bedieningsfuncties zijn gegroepeerd rond het kleurenscherm. Op de middenconsole vinden we in de Fransman een grote draaiknop waarmee je de keuze kunt maken tussen voor- of vierwielaandrijving, of een lock-mode, waarbij circa anderhalf maal zoveel koppel naar de achterwielen wordt gestuurd als naar de voorwielen; inderdaad, net als in de Mits. Het materiaal waaruit het dashboard is opgebouwd oogt heel aardig, maar voelt toch een fractie te hard aan om voor kwalitatief hoogwaardig door te gaan. Opbergruimte biedt het echter meer dan voldoende. Er is een dubbel handschoenenkastje, maar ook een door een klep afgesloten vak boven op het dashboard. De zitpositie achter het stuur is tamelijk hoog, maar dat doet wonderen voor de overzichtelijkheid. De C-Crosser is net als de Outlander een zevenzitter. De achterste passagiers kunnen plaatsnemen op een eenvoudig wegklapbaar bankje. Stel je van het comfort helemaal achterin niet al te veel voor; het bankje heeft korte zittingen en de beenruimte is beperkt. Kinderen kunnen het er wel korte tijd uithouden.

Eigen weg

Onder de motorkap gaan de Japanners en de Fransen ieder hun eigen weg. Waar Mitsubishi in de Outlander voorlopig alleen een 2,0-liter TDI-motor van het Volkswagen-concern monteert, huisvest de C-Crosser een 2,2-liter HDiF-motor van 160 pk (een 2,4-liter benzinemotor van Mitsubishi zit voor beide nog in het vat). Hij is gebaseerd op de 173 pk sterke krachtbron die tevens dienst doet in de C5 en C6. De met een partikelfilter uitgeruste commonrail-diesel levert 380 Nm bij 2.000 tpm en maakt de C-Crosser tot een soepel opererende metgezel, die schakellui gereden kan worden. De dieselnagel van de Franse motor dringt minder tot het inzittendencompartiment door dan het geratel van het Duitse aggregaat in Japanse dienst. Hoewel de C-Crosser onmiskenbaar Japans aanvoelt, maakt-ie een minder harde indruk dan de Mitsubishi; vering en demping zijn een fractie minder stevig. Vooral de keuze van wielen en banden van beide fabrikanten is verantwoordelijk voor het verschil in rijeigenschappen. De Mitsubishi staat op 16-inchwielen, terwijl in de wielkasten van de Citroën exemplaren van 18 inch prijken, met speciaal voor de C-Crosser ontwikkelde Michelin-banden. De SUV laat zich gemakkelijk over een bochtig parcours dirigeren; niet alleen door z'n alerte motor, maar ook vanwege een voldoende directe besturing en geringe overhelneigingen. De toepassing van een uit aluminium vervaardigd dak werpt haar vruchten af en verlaagt het zwaartepunt, altijd een heikel punt bij dit voertuigtype.

De centrale vraag of de C-Crosser een echte Citroën is, moet ontkennend worden beantwoord. Dat kan ook niet anders; als je met drie fabrikanten één auto ontwikkelt, ontkom je niet aan concessies. De guitige C1 is weliswaar eveneens tot stand gekomen via een joint venture van PSA en Toyota, maar Citroën doet niet graag water bij de wijn, zo leert de historie. Het merk heeft zich immers onsterfelijk gemaakt met limousines die qua comfort zo goed als onovertroffen zijn en voor wat betreft design op z'n minst opmerkelijk mogen worden genoemd. Het is bovendien niet bepaald het eerste merk waaraan je denkt bij de term SUV. De markt dicteert echter nu eenmaal dat je er als fabrikant een in je gamma moet hebben, dus wil Citroën terecht niet achterblijven. De Fransen presenteren met de C-Crosser een praktische, soepel rijdende en goed smoelende auto, die echter voor het merk eigenlijk te veel mainstream is en helaas het eigenzinnige mist dat Citroën nu juist na een lange periode weer wel in een belangrijk deel van z'n personenautogamma weet te leggen.