Cadillac ATS-V

Bijbetalen om 280 kilometer per uur te mogen halen, zoals bij de Duitse automerken? Of nóg meer flappen trekken om een topsnelheid van meer dan 300 km/h mogelijk te maken? Niet bij Cadillac. Een ATS-V dendert standaard, vers uit de fabriek, al door tot er een volvette 304 op je snelheidsmeter verschijnt. Zo doen de Amerikanen dat. Rechtdoorzee, met één duidelijke boodschap: een Cadillac met een V-logo op zijn achterklep is een auto om rekening mee te houden.

Wie de nieuwe ATS-V wil wegzetten als een lompe Yank waar simpelweg een dikke motor in is gelepeld, zal vanaf nu wel twee keer nadenken. Want ja, het sportieve topmodel van de Europese 'instap-Caddy' levert prestaties die op zijn minst gelijkwaardig zijn aan die van concurrenten als de BMW M4 en Mercedes-AMG C63S. De Cadillac levert met 470 pk meer vermogen dan de eerste en sprint even snel vanuit stilstand naar honderd kilometer per uur als de Mercedes, in 3,9 seconden. Het verrassende is alleen: hij doet dat op een modernere en geciviliseerdere manier dan je van een Amerikaanse sportieveling verwacht.

Neem bijvoorbeeld de aandrijflijn: in de neus van de ATS-V vinden we geen dikke V8, maar een relatief bescheiden V6 met twee turbo's. Exact dezelfde aanpak als BMW bij de M4 hanteert. Qua karakter is die Duitser meteen de auto waar de ATS-V het best mee valt te vergelijken. In 'normale' trim is de Cadillac immers al een auto met een kenmerkende scherpte in zijn rijgedrag die erg doet denken aan de producten van BMW. Het verschil is in de V-versie alleen maar kleiner. Opvallend is dat de twinturbo-V6 eerder soepel dan sportief aanvoelt. Zelfs in de meest hardcore stand, te selecteren met een knopje op de tunnelconsole, wordt de gasrespons van de krachtbron nooit echt over­weldigend. Dat kan te maken hebben met het feit dat we vóór onze eerste kilometers met de ATS-V in z'n dikkere en veel brutere broer CTS-V hebben gereden. Daarna valt zelfs 470 pk tegen, maar dan nog zwemt de V6 in de ATS-V liever op het enorme koppel dat hij heeft dan hitsig en opzwepend te smeken om veel toeren. Ook een M4-motor voelt sportiever en gretiger aan, en dat terwijl de Cadillac minstens zo snel is. Laat er overigens geen misverstand over bestaan dat de V6 uitstekend op zijn taak is berekend. Jammer is alleen dat hij in een huwelijk is gedwongen met een achttrapsautomaat. Een hand­geschakelde bak is niet leverbaar en de automaat (door General Motors zelf ontwikkeld) blinkt niet uit in reactiesnelheid, schakeltijden en nauwkeurigheid. Zeker bij terugschakelen luistert hij minder goed naar een tik tegen de flipper dan de automaat van een M4. Wie wil meespelen op dit niveau moet zorgen dat die details kloppen, maar qua aandrijflijn mist de ATS nipt de aansluiting met de topspitsen.

Als het op wendbaarheid en bochtenkunsten aankomt, blijkt de ATS-V niets minder dan een Lionel Messi op wielen. De standaardauto was al geweldig, maar de V doet daar nog een fikse schep bovenop. De set-up van het chassis is echt briljant, vooral omdat er veel valt in te stellen dankzij Magnetic Ride Control; sensoren tasten maar liefst duizend keer per seconde het wegdek af en al naar gelang de omstandigheden krijgt de magnetische reactievloeistof in de dempers voortdurend de juiste lading. Op die manier kunnen ze wat soepeler zijn in 'Tour', terwijl standje 'knetterhard' op afroep beschikbaar is in de Track-modus. Die meest sportieve stand is trouwens serieus spul, want desgewenst kun je alle elektronische beschermengeltjes op vakantie sturen, zodat je jouw ATS-V kunt inzetten als circuitbeest, mocht je dat willen. Met dank aan het standaard aanwezige elektronisch aangestuurde sperdifferentieel is het in elk geval kinderlijk eenvoudig om, zwierend door bochtencombinaties, een eind te maken aan de Michelin Pilot Super Sports op de achterwielen … Het uitstekend uitgebalanceerde weggedrag is de ware traktatie van de ATS-V. Dat de elektrisch bekrachtigde stuurinrichting relatief veel gevoel biedt, is fijn, maar de instinctieve reacties die de auto vervolgens geeft op jouw input, maken dit een indrukwekkend leuke machine om de grens mee op te zoeken. Die heldere communicatie geeft al heel snel erg veel vertrouwen: duik vol bravoure een bocht in en de ATS-V bedient je op je wenken door scherp te reageren en snaarstrak op koers te blijven. De engineers van Cadillac hebben de onderstelafstemming, de gewichts­balans en 'body control' zo goed op elkaar af weten te stemmen dat je je al snel een begenadigd bestuurder waant. Die laagdrempeligheid voor enthousiaste liefhebbers maakt hem begerenswaardig, maar het feit dat het pakket ook in handen van échte coureurs blijft kloppen, maakt de ATS-V een zeer geslaagde rijdersauto. Eentje die je over een jaar of zes voor een leuke prijs gebruikt op de kop moet tikken; nieuw is hij toch niet te betalen, en hij is hoe dan ook een stuk origineler dan een M4 …