Bentley Continental Flying Spur

Nieuwe tijden, nieuwe Bentleys

Bentley Continental Flying Spur
Bentley Continental Flying SpurBentley Continental Flying SpurBentley Continental Flying SpurBentley Continental Flying SpurBentley Continental Flying SpurBentley Continental Flying Spur
AutoWeek 43 2005
AutoWeek 43 2005

Je leest het in AutoWeek 43 2005

De topklasse heeft er weer eens een auto van stand bij: de Bentley Continental Flying Spur. Het merk is helemaal los van Rolls-Royce en behoort nu tot de Volkswagen Groep. En dus maken we kennis met de Flying Spur met de Volkswagen Phaeton als vergelijkingsmateriaal. Want – wie had dat ooit gedacht – die VW vormt de basis.

Het Bentley-ontwerp van de Belg Dirk van Braeckel is strak en eigenlijk heel simpel. De grote lijnen zijn goed en valt er maar weinig te zeggen over de details - die zijn er namelijk niet. De Flying Spur heeft geen vreemde hoekjes, rare bochten of typische frutsels. Nee, alleen maar logische, vloeiende lijnen. De gladde, afgeronde neus breekt met een jarenlange traditie, want een Bentley-front was voorheen altijd erg hoekig. Wat bleef was een fikse, blinkende grille en wat hadden we op deze plek toch graag geschreven dat die uit een sterk stukje smeedwerk bestond. Handgemaakt, dágen werk van een vakman. Maar helaas - plastic...

De achterkant van de auto is net zo strak als de voorkant. Het achterlicht heeft maar één kleur en de ovalen die in de units zitten, zijn precies gelijk aan die van de eindstukken van de uitlaat. Dat geeft een mooi rustig beeld. En over nep gesproken: als je op je knieën gaat om die uitlaatpijp te bestuderen dan zie je dat die niet het echte uiteinde is. Want net achter dat mooie ovaaltje eindigen de echte uitlaten. De wensen van Van Braeckel hebben het dus gewonnen van wat de techneuten konden maken.

De Flying Spur is de vierdeurssedan van de Continental-familie. De GT is de coupé waarmee het drie jaar geleden begon, dit jaar kwam de Flying Spur en eind volgend jaar zal daar nog de cabrioletversie bij komen die GTC heet.

Net als Seat en Skoda

En dan nu even over het waarom van de Volkswagen Phaeton die hier en daar op deze pagina's in beeld komt. Bentley behoort tot de Volkswagen Groep en het is dan wel een luxemerk, maar een luxebehandeling krijgt het niet. Platform-delen en van bestaande technieken gebruikmaken moet Bentley net zo goed als Seat en Skoda. Maar ach, dat zullen ze daar in Engeland ook niet heel verschrikkelijk hebben gevonden, want de vorige samenwerking van het merk - met Rolls-Royce - was ook nog intiemer.

De Bentleys Continental delen hun genen met de Phaeton en de Flying Spur wordt zelfs in de dezelfde fabriek in Dresden gebouwd waar ook de top-Volkswagen vandaan komt. We zullen op deze pagina's geen direct vergelijk maken, daarvoor was de tijd te kort en zijn de verschillen te groot. Maar het is wel heel leuk om te zien hoe dicht een Volkswagen bij een Bentley staat.

Een mooi voorbeeld is de motor. Beide auto's worden aangedreven door een uiterst compacte W12 met een inhoud van zes liter. In het geval van de Phaeton is hij goed voor een maximumvermogen van 450 pk. De Bentley komt tot 552 pk, maar die heeft dan ook twee turbo's van Borg Warner op het blok zitten... In beide gevallen zijn het zijdezachte juweeltjes van motoren. Gehoorzaam als een afgerichte terriër: stil als jij dat wilt en snel uit de startblokken als je dat verlangt.

Het head-to-head-sprintje dat we uitvoerden was even komisch als indrukwekkend. Twee limo's van dik vijf meter lengte die om het hardst als een GTI en een GSi wegknallen bij het stoplicht is natuurlijk een surrealistisch spel. Dat dóe je niet met zo'n auto. De turbomotor van de Bentley maakt nu écht indruk, want binnen enkele tellen is de Flying Spur los van de Volkswagen. De Phaeton komt uiteindelijk in 6,1 s naar de honderd, de Bentley was hem bijna een hele seconde voor. En vergeet niet dat beide karren zo'n 2.400 kg wegen... Met topsnelheid hebben we bij deze korte kennismaking niet kunnen rijden, maar dat zou niet eerlijk zijn. De VW houdt het bij 250 km/h voor gezien omdat de elektronica dan ingrijpt. De Bentley heeft daarentegen vrije teugels en moet dus 312 km/h kunnen halen, een top waar de meeste Ferrari's nog een puntje aan kunnen zuigen.

Maar deze twaalfpitter heeft ook nog een compleet andere kant. In het gewone verkeer is hij heel bedeesd. Zachtjes spinnend helpt hij je van A naar B. De toerenteller zal nauwelijks boven de 1.500 tpm uitkomen - en dat zou ook waanzin zijn. Het maximale koppel van liefst 650 Nm is al bij 1.600 toeren beschikbaar, hard werken is nooit nodig. De minste pedaalbeweging zet de Flying Spur al zeer snel in beweging.

Opvallend is het verschil in versnellingsbakken. De Volkswagen moet het namelijk doen met een automatische vijfbak, terwijl de Bentley een zestrapsautomaat heeft. En omdat de Flying Spur toch meer de rijdersauto van de twee is, zitten er achter het met leer beklede stuur twee joekels van flippers waarmee je de bak zelf kunt bedienen. De Phaeton heeft ook wel een Tiptronic-functie, maar dan zonder flippers. Het schakelen biedt in beide gevallen trouwens weinig sensatie, want het gaat er zeer schokloos aan toe.

Afstandelijk

Auto's die 2,5 ton wegen zullen nooit lichtvoetige rijeigenschappen hebben. Ja, als het rechtuit gaat misschien, een dikke motor helpt dan nog wel. Maar als de weg meer en meer gaat kronkelen, wordt het gewicht een probleem, want dat wil rechtdoor. De Flying Spur gaat dan ook een beetje overhangen. Maar wie naast de prestaties van een sportwagen ook de handling van een sportwagen wil, had misschien beter een sportwagen kunnen kopen. Want de Flying Spur bewijst maar weer dat een snelle limo toch gewoon een limo is. Comfortabel, dus. En eigenlijk ook een beetje afstandelijk. De besturing is licht en had wel wat directer gemogen. Je hebt echt niet het gevoel dat de voorbanden 27,5 cm breed zijn en er een twaalfcilinder op rust, zo simpel draai je eraan. De demping is elektronisch instelbaar en heeft naast de standjes 'lekker soepel' en 'best wel hard' nog twee tussenstanden. Daarbij heeft de luchtvering ook nog een hoge stand voor als je over heel slecht wegdek rijdt. Overigens zakt de Flying Spur boven de 250 km/h vóór 10 mm en achter 25 om nog beter aan het asfalt te kleven. Keerzijde van luchtvering is altijd dat het wat onnatuurlijk doorgeeft hoe de weg erbij ligt. Aan grip verder geen gebrek, want de 552 pk worden over alle vier de wielen verdeeld en mocht de tractie plots ergens wegvallen, dan worden de krachten herverdeeld. En ondanks dat afstandelijke waar we het net over hadden, weet de Bentley wel raad met bochten. Want hij zal niet snel van z'n koers afwijken. Hij kleeft geweldig aan de weg.

Maar bottom line is gewoon dat de Flying Spur een heerlijk zoef- en zweefauto is, die je geruisloos in alle comfort van A naar B brengt. En het maakt dan even niet uit hoever A en B uit elkaar liggen en wat voor wegen ertussen kronkelen.

Facetrandjes

Het interieur van de Bentley Flying Spur is een groot luxe-statement. Veel leer, walnotenhout en wat aluminium zorgen voor een lekker exclusieve sfeer. Je stelt je zo voor dat in Engeland met ditzelfde hout en leer ook de salons van de countryclubs worden ingericht. En in plaats van kroonluchters aan het plafond hebben de leeslampjes van de Flying Spur glaasjes waar iemand ijverig facetrandjes aan heeft zitten slijpen.

Voor de afwerking van het interieur van één Flying Spur zijn minstens elf huiden nodig. De koeien daarvoor staan ergens in Noord-Europa omdat daar dankzij de kou geen insecten voorkomen, die nare sporen op het vel achter zouden kunnen laten. En het leer zit overal in de auto. Op het dashboard, het stuur, langs het plafond en natuurlijk op de stoelen en de achterbank.

En ondanks de klassieke materialen en kleuren barst de Flying Spur van de hypermoderne elektronica. Want boven aan de middenconsole tikt dan wel een stijlvol Breitling-klokje, er vlak onder zit het beeldscherm dat inzicht geeft in alle toeters en bellen van de auto. De klimaatregeling, navigatie, audioinstellingen, televisie, de luchtvering en talloze hoeveelheden info over de auto komen allemaal naar je toe via dat beeldscherm; heel erg van deze tijd dus.

Op de achterbank is het ook prima toeven. Aan ruimte geen gebrek en als je je laat rijden, zou je er in alle rust kunnen werken of rusten. Je kunt de Flying Spur ook als vierzitter laten leveren, want tegen bijbetaling van E 9.300 staan er achterin twee losse stoelen - met massage - die worden gescheiden door een doorgetrokken middenconsole. Ziet er superchique uit en is nóg comfortabeler.

In de Volkswagen ontbreekt het je zeker ook niet aan luxe. Want al het entertainment dat er in de Bentley is te vinden, zit ook in de VW. Sterker nog, je kunt heel duidelijk zien dat hier is ingekocht in hetzelfde magazijn. Natuurlijk zien de knopjes er net even anders uit, maar het komt je allemaal heel bekend voor als je net uit de Flying Spur komt. Volkswagen heeft wel voor een totaal andere sfeer gekozen in de Phaeton. Het is er zeker geen Britse herensociëteit, maar eerder een chic conferentiecentrum. Perfecte afwerking ook hier, maar alles veel strakker en zakelijker. De Phaeton W12 die we te leen hebben, is een vierzitsversie, die dus de losse stoelen achterin heeft die je ook de Bentley zou kunnen krijgen.

Geen keuze

Zo logisch als de vergelijking met een Phaeton in eerste instantie leek, zo scheef blijkt hij uiteindelijk te zijn. Beide merken hebben namelijk zo'n overduidelijk eigen stempel gedrukt op de auto's, dat eigenlijk álles anders is. De motoren, het onderstel, het interieur - het heeft allemaal dezelfde basis, maar verschilt toch reusachtig. We gaan ook geen keuze maken, want hoewel ze alle twee vreselijk goed zijn, gaat dan ineens de merknaam een grote rol spelen. Neem je de Bentley of kíes je voor de Volkswagen - wat toch een hele stap is als je om en nabij de 200.000 euro gaat uitgeven.

Gerelateerde forum topics

Praat verder op het forum