Audi Q7
Kracht voor acht
- Albert-Jan Cornelissen
- Eerste rijtest
Nu de concurrentie en masse een stapje terugdoet, ontkomt ook Audi er niet aan de Q7 spaarzamer te maken. Een alibi in de vorm van hybridetechniek hebben de Ingolstadters daarbij niet nodig: een nieuwe drieliter TFSI lost zowel bij de benzinemotoren zowel de V6 als de V8 af.
Downsizing wil niet per se zeggen dat je met een bescheiden motortje genoegen moet nemen. Bij Audi lepelde men de 333 pk sterke TFSI-motor uit de S4 in de Q7. Niet bepaald afzien dus, maar evengoed wel bijna 16 procent zuiniger dan zijn voorganger met V8-motor. Dat is overigens niet alleen de verdienste van de nieuwe, veel efficiëntere compressormotor. De zestraps automaat is vervangen door een nieuwe variant met acht versnellingen, die het toerental met name op hogere snelheid lager houdt. Verder wordt een systeem gemonteerd dat de remenergie opvangt en weer inzet bij het accelereren. Tot slot is Audi's mastodont voortaan ook voorzien van een start-stopsysteem, als je tenminste voor de 3.0 TDI opteert. Ook die is trouwens uitgerust van een nieuwe motorengeneratie, die volgens de Audi-techneuten 20 kilo lichter is geworden, een lagere interne weerstand heeft en een nieuwe, sneller reagerende turbo. Al deze maatregelen moeten zorgen voor een verbruik van gemiddeld 7,4 liter op 100 km, bijna twintig procent lager dan bij zijn voorganger. Wanneer je dan ook nog voor de clean diesel-uitvoering kiest, krijg je een bijzonder schone motor die dankzij een DeNOx-katalysator met ureuminspuiting de uitstoot van NOx tot nagenoeg nul reduceert. Waarmee de Q7 toch een stuk schoner is dan zijn uiterlijk doet vermoeden. Bij de presentatie van de vernieuwde Q7 wordt overigens met geen woord gerept over een hybride-uitvoering, terwijl zijn zustermodellen VW Touareg en Porsche Cayenne wel in zo'n versie verkrijgbaar zijn. Daarvoor moeten we waarschijnlijk wachten op de volgende generatie Q7, die in 2012 zijn debuut zal maken.
Rust
Wanneer je op pad bent met de nieuwe drieliter TDI-motor, rijst spontaan de vraag waarom je eigenlijk nog voor de eveneens vernieuwde 4.2 TDI – die 7 procent zuiniger werd en voortaan 800 Nm koppel heeft – zou kiezen. Om nog maar te zwijgen over de megalomane twaalfcilinder TDI. De drieliter zorgt niet voor duizelingwekkende prestaties gezien het forse gewicht, maar met zijn riante koppel geeft hij je nimmer het gevoel iets tekort te komen. De achttraps automaat zorgt daarbij voor meer rust dan de oude zestraps, die in de lagere versnellingen wat hectisch opschakelde om zo snel mogelijk naar een hogere versnelling te gaan. De achttraps schakelt logischerwijs wat vaker, maar hij doet dit dermate soepel dat je dit zeker niet als storend ervaart. Sterker nog, bij 120 km/h kabbel je voort met slechts 1.500 tpm, waardoor het verbruik relatief laag blijft en je de motor praktisch niet hoort. De boordcomputer meldde een acceptabel verbruik van 1 op 10, hoewel een test zal moeten uitwijzen wat het exacte verbruik is. Desondanks scoort hij in ieder geval een B-label, en dat is keurig. De drieliter TDI trekt zich bij constante snelheden terug op de achtergrond, alleen bij gas geven hoor je een donkere brom. Hoewel de Q7 niet van de nieuwste generatie is, heeft hij geen moeite met bochten. Een BMX X5 overtreft hem op dit vlak, maar buitensporig overhellen is beslist geen issue en hij blijft te allen tijde stabiel aanvoelen. De besturing is wat licht en niet erg communicatief, maar hij zorgt er wel voor dat je al snel vergeet dat je met zo'n zware en grote lobbes op stap bent. Bovendien is hij heerlijk comfortabel, de (optionele) adaptieve luchtvering weet zowel korte als langere oneffenheden goed op te vangen, zelfs in de straffer afgestelde S line-versie waarmee we op stap zijn.
Tweeledig karakter
Het klinkt wellicht vreemd om een sportmotor uit de S4 in zo'n comfortabele SUV te lepelen, maar de drieliter TFSI is de Q7 op het lijf geschreven. Net als in de S4 levert hij 333 pk en is hij er niet vies van om een beetje toeren te maken. De zespitter heeft een tweeledig karakter. Normaliter houdt hij zich keurig op de achtergrond, maar wanneer je gas geeft schakelt de achttraps automaat razendsnel wat verzetten terug en is de motor direct bij de les. Hij reageert gretig op het gas en doet dit met een mooi donker geluid. De sterkste TFSI – er is ook een 272 pk-uitvoering die de oude 3.6 V6 aflost – heeft een dieselachtig koppel. De 440 newtonmeters hebben geen moeite met de zware Q7 en al bij lage toeren pakt de motor gretig op. Zó gretig zelfs dat er een schok door de aandrijflijn gaat bij volgas wegtrekken. Ondanks dit sportieve karakter heeft de automaat ook hier een voorkeur voor hoge versnellingen: al bij 80 km/h schakelt hij naar het achtste verzet en zorgt er dan voor dat je met slechts 1.300 tpm voortglijdt. Bij 120 km/h maakt de motor nog steeds maar 2.000 toeren per minuut en dat zorgt voor een heerlijke rust binnenin. De S-knop van de automaat doet overigens niet veel: ook dan schakelt hij niet terug wanneer je voor een bocht het gaspedaal loslaat. De opgefriste Q7 verandert door de nieuwe motoriseringen niet opeens in een auto die het milieu gaat redden, maar gezien de prestaties en het gewicht zijn de verbruikscijfers zeker acceptabel. In juli staat hij in de showroom van de Audi-dealer.
Had je deze auto's al gezien?
Lees ook
Gerelateerde forum topics
Lezersreacties (17) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.