Audi A3 1.6 Attraction (1998)

Als je die term al kunt gebruiken, dan is de 1.6 Attraction de instap-A3. Hij wordt aangedreven door de kleinst leverbare motor en dat Attraction klinkt dan wel chic, 't staat gewoon voor de basisuitrusting. Nu is het daarmee allerminst behelpen, want twee airbags, ABS, elektrisch bedienbare buitenspiegels en portierramen, verwarmde ruitensproeiers, centrale vergrendeling, een in hoogte en lengte verstelbaar stuur, een in hoogte verstelbare bestuurdersstoel en verstelbare hoofdsteunen voor en achter - 't zit er allemaal op. Daarentegen verhoogt radiovoorbereiding inclusief zes luidsprekers de prijs met zo'n 750 piek (voor dik honderd gulden minder heb je vier luidsprekers) en moet je een stoelpakket ter waarde van zo'n f 575 bestellen om de achterbank van de A3 in ongelijke delen te kunnen neerklappen. Een in hoogte verstelbare bijrijdersstoel en een 'easy entry'-functie op de voorstoelen zijn dan overigens wel bij de prijs inbegrepen.
De 1.6 die we in het vooronder van deze A3 aantreffen is een motor zonder poespas. Eén bovenliggende nokkenas brengt per cilinder twee kleppen in beweging. Het vermogen dat de machine ontwikkelt, bedraagt 101 pk en hij is goed voor 145 Nm koppel, mede dankzij een inlaat met variabele lengte.
Volgens de documentatie zou de Audi A3 1.6 een top van 188 kunnen halen. Voor de acceleratie van 0-100 km/h geeft Audi 11,3 seconden op. Tijdens onze eigen metingen kwam de testkandidaat iets minder vlot van de plaats: 12 seconden. De inhaaloefening (80-120) in '4' en '5' klokten we achtereenvolgens op 10,9 en 13,5 seconden. Niet slecht. Ook de geluidsmetingen vielen niet tegen. Bij honderd kilometer constant 65,5 dB(A) en bij 120 69 dB(A).

Vanzelfsprekend

De Audi A3 is geen overdreven sportieve auto. Zo klinkt hij niet en zo rijdt hij niet. De besturing is 'vanzelfsprekend' en de auto laat zich lang neutraal door bochten mennen. Deze kleine middenklasser vervoert bestuurder en passagiers over het algemeen gerieflijk, maar klinkers en kinderkopjes laten zich wel gelden. Wat schakelen betreft: zijn pook laat zich - zoals bij Europese wagens zo vaak het geval is - niet al te vlotjes verzetten.
Dashboard en instrumentenpaneel van de Audi A3 zijn eenvoudig van opzet, maar stralen tegelijk luxe uit. De ruime zetels bieden een stevige zit. Achter het stuur van de Audi kun je je zitpositie nauwkeurig instellen, want de A3 heeft behalve een in hoogte verstelbare bestuurdersstoel een stuurwiel dat in hoogte én lengte versteld kan worden. Opbergmogelijkheden biedt de kleine Audi in ruime mate. In de voorportieren vinden we vakken van redelijk formaat met daarachter nog eens vakken met een klep.
Bovendien is er ruimte onder het handschoenenkastje en schuin links onder het stuur. Verder kun je nog wat kleinigheden kwijt naast de handrem en v--r de versnellingspook. Tenslotte bevindt zich onder de stuurkolom een soort 'brievenbus' waar de map met het instructieboekje en andere papieren die bij de auto horen precies in past.
Hoewel het achtercompartiment van de Audi A3 bij de eerste aanblik misschien wat krap bemeten lijkt, heb je daar geen gebrek aan ruimte voor hoofd en benen. Aan welke kant je in- of uitstapt, maakt voor het gemak niet uit. Wel maakt het verschil of de auto voorzien is van het als optie leverbare stoelpakket. Een onderdeel van dat pakket is de 'easy entry' functie, waarmee alle twee de voorstoelen omhoog en naar voren geklapt kunnen worden.
De bagageruimte is tamelijk bescheiden, maar uitbreiding is mogelijk, want de leuning én de zitting van de achterbank zijn neerklapbaar. Wie de achterbank in ongelijke delen wil kunnen neerklappen moet hem met het al genoemde stoelpakket bestellen.
De Audi heeft beslist iets exclusiefs. Ook wat betreft veiligheid scoort de A3 hoog: ABS en twee airbags zijn standaard. Maar dan nog is z'n prijs van dik 44 mille nogal een klap geld. Goed, de degelijkheid en de hoge inruilwaarde spelen mee, maar voor de rest zul je je terdege af moeten vragen of de status van de merknaam Audi je zó'n aanslag op je portemonnee waard is...