Abarth 500

Schorpioen zonder gifstekel

Fiat 500 Abarth
Fiat 500 AbarthFiat 500 AbarthFiat 500 AbarthFiat 500 AbarthFiat 500 AbarthFiat 500 Abarth
AutoWeek 29 2008
AutoWeek 29 2008

Je leest het in AutoWeek 29 2008

Na de Grande Punto volgt nu het tweede model sinds de wedergeboorte van Abarth, die iets meer dan een jaar geleden plaatsvond. Laat de 500 Abarth de gevoelens herleven die bij de legendarische merknaam horen?

Bij de combinatie Fiat en Abarth zullen de liefhebbers met weemoed terugdenken aan de diverse varianten die er tussen 1957 en 1970 zijn verschenen op basis van de 500 en de 600. U weet wel, die piepkleine 'bolhoedjes'. Vooral de latere versies van die periode, bijvoorbeeld 850 TC en 1000 TC, spreken tot de verbeelding. Denk aan die extra, op de voorbumper 'geplakte' luchtinlaat en de openstaande achterklep; over karakteristiek gesproken!

Carlo Abarth heeft er zijn levenswerk van gemaakt om aan te tonen dat je met kleine auto's heel veel sportief plezier kon beleven. Dat je er ook prima mee kon racen, werd bewezen op de diverse Europese circuits, waar de Abarth furore maakte. Nog steeds is er trouwens een schare enthousiastelingen die de oude Italiaanse racewagentjes de sporen geeft tijdens diverse historische wedstrijden, zoals die van de Nederlandse HARC. Gaaf om te zien hoe ze driftend, met het binnenste voorwiel in de lucht en met dik 8.000 toeren per minuut door de bocht janken. De beleving spát er werkelijk vanaf.

We ontkomen dan ook niet aan gevoelens van nostalgie als we met de nieuwe 500 Abarth geconfronteerd worden. Zeker niet omdat die in hetzelfde, typerende matgrijs is gespoten als de racertjes van weleer. Ook de grote luchtinlaat in de neus doet aan de oude Abarth denken, en met een beetje fantasie kun je de prominente dakspoiler boven de achterruit zien als een knipoog naar de achterklep van destijds. Verschil is dat de taartschep van nu een voornamelijk aerodynamische functie heeft – namelijk het reduceren van de drag - , terwijl de open klep van toen was bedoeld om warme lucht te laten ontsnappen uit het motorcompartiment. Tegenwoordig ligt de krachtbron natuurlijk voorin, en is de aandrijving verhuisd van de achterwielen naar de voorwielen. Maar goed, dat hoeft niet per se ten koste te gaan van het karakter.

Beetje aangekomen

Verwachtingsvol kruipen we dan ook achter het aan de onderkant afgeplatte stuur, waarop – net als aan de buitenkant - het Fiat-logo vervangen is door de Abarth-schorpioen. Naar de naam Fiat zoek je tevergeefs, sinds Abarth zich als zelfstandig bedrijf presenteert. Het 500-instrumentarium is aangevuld met een turbodrukmeter en een schakelindicator. Aluminium pedalen, een met leer beklede pookknop plus handremgreep en fijne, maar helaas te hoog zittende sportzetels maken de interieurwijzigingen af.

Onder de motorkap ligt de welbekende 1.4 16V Turbo T-jet, in dit geval met een maximaal vermogen van 135 pk. Voor een auto van dit formaat lijkt dat zo op het eerste gezicht helemaal niet zo verkeerd, al is de 500 Abarth met een wagengewicht van 1.010 kilogram lang niet meer zo licht als pakweg veertig jaar geleden. De laatste versie van de 'oer-Abarth' - de circuitvariant 1000 Gr2/70 - koppelde een vermogen van 100 pk aan nog geen 600 kilo; in dit opzicht is er dus niet echt vooruitgang geboekt.

Lichte teleurstelling als we starten; van buiten rommelt de sportuitlaat lekker, binnenin hoor je daar echter nauwelijks iets van. Het bescheiden geluid past echter wel bij de niet al te schreeuwerige prestaties, zo merken al snel. Na een paar kilometer komen we erachter dat we de 'Sport'-knop nog niet hebben ingedrukt. Activeer je die, dan heb je ineens 206 in plaats van 180 Nm koppel tot je beschikking. De 500 hangt daarmee net even wat lekkerder aan het gas, levert overtuigendere tussensprints af en accelereert ermee in 7,9 seconden. De top van de retro-Italiaan is 205 km/h.

Géén Mini

Op zich redelijk kloeke cijfers, maar voor het gevoel zou het allemaal best wat spectaculairder mogen. Dat kán gelukkig, zo bewijst niet alleen de Grande Punto Abarth (met in de basis dezelfde viercilinder), maar ook de reeds uitverkochte, tot 199 stuks gelimiteerde Opening Edition. Die heeft 160 pk's over de voorwielen te verdelen. Met de 'esseesse'-kit, die eind van het jaar op de markt komt, kunnen we gelukkig minimaal een vergelijkbaar aantal verwachten, misschien zelfs nog wat meer.

Tenslotte is er ook nog een 500 Abarth Assetto Corse, een kant en klaar geleverde raceuitvoering met 200 pk en een wagengewicht van 930 kilo, onder meer ten behoeve van een cup voor jonge coureurs, die gaat rijden in het voorprogramma van de Ferrari Challenge.

Hard rechtuit rijden is één, bochten zijn weer heel wat anders. Dat is het terrein waar in vroegere tijden de Abarth-racers veel tijd wisten goed te maken op de concurrentie. Hoe zit dat nu? De Fiat 500 is van huis uit al best een fijn sturende auto, de Abarth doet daar uiteraard nog een schepje bovenop. De dempers en veren zijn harder gemaakt, aan de achterkant is een anti-rollbar gemonteerd en de wagenhoogte is met 15 millimeter verlaagd.

De fenomenaal rijdende Mini, om gelijk maar de bench-mark te pakken, wordt ondanks de veranderingen nog steeds niet geëvenaard - daarvoor is er nog te veel compromis aanwezig in het onderstel plus besturing, en vervagen de reacties te veel richting limiet - , maar de Abarth is wel net even wat scherper en directer dan zijn donorauto.

Overigens bevelen we aan de optionele 17-inchwielen te nemen, die waren bij de introductie geschoeid met Pirelli's PZero Nero, en die sturen lekkerder dan de Continentals PremiumContact 2 die om het standaard 16-inchlichtmetaal liggen.

Exclusieve dealers

Nieuw is de aan het ESP gekoppelde en dus elektronisch werkende Torque Transfer Control (TTC), dat met ervoor zorgt dat het aandrijfkoppel optimaal tussen de voorwielen wordt verdeeld. Het systeem is met een knop op het dashboard te activeren. Dat je er extra tractie mee creëert, merk je doordat de motor niet meer inhoudt als je de bochten uitaccelereert. Echt gooien en smijten is er jammer genoeg niet bij met de 500 Abarth. De achterkant ligt zo vast als een huis, het is in bijna alle gevallen de neus die als eerste zijn grip verliest. En zo niet, dan grijpt het niet-uitschakelbare ESP onmiddellijk in.

Kortom, de 500 Abarth is beschaafder en minder speels dan we aan de hand van zijn illustere merknaam hadden gehoopt. Dat neemt niet weg dat hij qua rijden een aardig tandje meer biedt dan de gewone Fiat 500, en dat je natuurlijk ook moeilijk om z'n kekke voorkomen heen kunt.

De Nederlandse importeur verwacht er in 2009 zo'n 500 stuks aan de man (of vrouw, natuurlijk) te brengen. Daarvoor moet je € 21.990 uit de knip trekken. Dat is vergelijkbaar met de basisversie van de Mini Cooper, met 120 pk. Voor € 3.000 meer heb je een uitgeklede, maar spectaculaire Renault Clio RS Cup, met bijna 200 pk.

Standaard op de 500 Abarth zijn onder meer zeven airbags, ABS met EBD, ESP, een hill holder-functie, airconditioning en xenonverlichting. De auto wordt leverbaar via exclusieve Abarth-dealerbedrijven. Nieuwkoop Motors in Den Bosch is vanaf 19 juli de eerste, daarna volgen nog twee andere verkooppunten.

Video

Lezersreacties (1) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

Reactie verwijderen

Weet je het zeker dat je dit bericht wilt verwijderen?

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.