Wat Lancia van deze Dialogos kan leren
Niet begrepen concept uit 1998
Nederland wordt een van de eerste landen waar het merk Lancia terugkeert. Het bracht ons op een studie die dit jaar alweer 25 jaar oud is. Lancia verraste op de Salon van Turijn van 1998 met een concept voor een nieuwe, grote sedan voor het merk. De naam Dialogos omschrijft zijn rol perfect: hij ging de dialoog aan met het publiek, dat de logica van het model niet meteen zag.
Het modelgamma van Lancia zag er ten tijde van de Dialogos-introductie uitermate solide uit. Alle modellen waren smaakvol vormgegeven en konden rekenen op een vriendelijke acceptatie van het juiste publiek: kenners, die de toegevoegde waarde van de Italiaanse charme naar waarde wisten te schatten. Zo was de eigenwijze Ypsilon het leukste design-statement in de compacte klasse, en de Zeta in het segment der MPV’s. Voor de Delta en Dedra waren de jaren inmiddels gaan tellen, maar het waren nog altijd stijlvolle uitzonderingen in hun segment. Net als de oog- en oorstrelende Kappa met zijn aangenaam roffelende vijfcilindermotoren.

De Lancia Dialogos had achterportieren die je vaker op studiemodellen ziet, maar die zelden de productie halen.
Dialogos leek Kappa te gaan opvolgen
Toen was daar opeens de Dialogos, die met zijn formaat en statuur voorbestemd leek om op termijn de Kappa te gaan opvolgen. Dat was nogal wat. Had Lancia nu echt de behoefte om ingetogen chique te verruilen voor uitbundige luxe? De toenmalige hoofdontwerper van het merk, de Amerikaan Peter Robinson, zag dat anders; hij moest het imago van Lancia zien om te buigen van sportief naar luxueus. Dit was overigens niet zijn eigen idee, maar de Dialogos was wel de weg die hij verkoos om de stalorders van moeder Fiat ten uitvoer te brengen.
Lancia nog meer op de luxe toer
De Italianen hadden een nieuwe rolverdeling voor ogen, waarbij Alfa Romeo in de sportieve hoek werd gezet, en Lancia in de luxueuze. Dit betekende dat Lancia’s traditioneel ijzersterke band met de rallysport werd doorgeknipt. Een fout van jewelste, omdat het wereldkampioenschap rally juist zeer tot de verbeelding sprak. Lancia stond er tientallen jaren op het erepodium, terwijl de Fulvia HF, Rallye 037, Stratos en Delta Integrale aan hun zegetochten een legendarische status overhielden.
Lancia zette dus vol in op ongebreidelde luxe. Peter Robinson herhaalde bij de Dialogos enkele karakteristieke uiterlijke kenmerken van klassieke Lancia’s en betoogde dat de absentie van chroomrandjes en andere glitter & glamour tot een ingetogen uitstraling zou leiden. Klopt, maar het exterieur zelf was reeds extreem uitbundig. In de auto waren eenvoud en visuele rust de uitgangspunten. Luxueuze functies waren er wel, maar zouden automatisch in werking treden. De hulpvaardige auto, noemde de ontwerper dat. De werkelijk tastbare luxe beperkte zich daardoor tot de essentie: mooie materialen, geboetseerd in aangename vormen. Een vreemd detail vormde de stuurkolom, die naar believen ter linker of rechterzijde kon worden vergrendeld. Wie de Dialogos in 1998 mooi vond, kon zich vier jaar later bij de Lancia-dealer melden voor de productierijpe uitwerking daarvan: de minstens zo opvallende Thesis. Die bepaald niet het luxueuze succes werd dat Lancia voor ogen had.
Uitgelicht aanbod
Lees ook

Lancia Pu+Ra HPE: Stratos-invloeden in elektrisch nieuw begin

Stokoude Lancia Ypsilon blijkt razend populair

Het nieuwe Lancia: 'progressief klassiek'

Waarom de eerste Lancia Thema volgens merkadepten al geen echte Lancia was

Occasion Test: Alfa Romeo 166 vs. Lancia Thesis
