Volvo 960 - Facelift Friday
Weer die 60
Het modellenbeleid van het Volvo van de jaren tachtig en negentig is voor niet-ingewijden nauwelijks te doorgronden. Keerzijde van die medaille is dat de 700 en 900-serie nu al voor de tweede keer goed zijn voor een aflevering van ‘Facelift Friday’, ditmaal in de vorm van de Volvo 960.
De Volvo 700 en 900 zijn sterk aan elkaar gelieerd. Wat de boel zo ingewikkeld maakt, is in de eerste plaats dat alle derivaten van deze modellenlijnen sterk op elkaar lijken. Bij de sedans valt dat allemaal nog wel mee, maar achterzijde van de stationwagon is in alle gevallen vrijwel identiek.
Daar komt dan nog bij dat de overgang tussen de eerdere 700-modellen en de latere 900-auto’s niet naadloos op elkaar aansloot, maar een overlap kende. Bovendien mogen we het onderscheid tussen de 740 en 760 en de 940 en 960 niet vergeten. Qua positionering en techniek – meer luxe en meer cilinders voor de ‘60’ – is dat allemaal nog wel te doorgronden, maar als het gaat om uiterlijke kenmerken wordt dat snel lastiger.
Verheffen
Zo leerden we eerder dat de 760, die aanvankelijk als twee druppels water op de 740 leek, in 1988 een front kreeg dat op het eerste gezicht identiek lijkt aan dat van de latere 940. Volvo kreeg kennelijk halverwege de carrière van de 760 ineens de behoefte om die auto ook optisch meer te verheffen boven de nederiger 740 en deed dat door de montage van een meer afgerond front met bredere koplampen.
Langere kap
Het fascinerende is dat bij de latere 960 wederom exact dit traject werd gevolgd. Aanvankelijk leek de auto als twee druppels water op de 940, waarmee hij natuurlijk ook veel onderdelen deelde. Sterker nog: de rode auto op onderstaande ‘schuifplaat’ ís stiekem een 940, omdat we geen goede plaat van een oorspronkelijke 960 konden vinden. Veel verder dan deels meegespoten bumpers en een chroomstripje hier en daar gaat het verschil echter niet. Alleen échte kenners zien dat de motorkap bij de 960 verder naar achteren doorloopt, om zo de ruitenwissers deels aan het zicht en de rijwind te onttrekken. Precies, net als eerder bij de faceliftversie van de 760.
Veel moderner
De facelift in kwestie diende zich aan in 1994, vier jaar na de lancering van de 960. Toen kreeg de auto een opgefrist voorkomen dat ‘m niet alleen veel meer onderscheidde van de 940, maar de 960 in één moeite door ook veel moderner maakte. Nieuwe, kleinere lichtunits leverden ruimte op om grotere, meer afgeronde en geheel meegespoten bumpers te monteren. De grille slonk eveneens en de mistlampen verhuisden van een plek in de enorme koplampunit van het origineel naar een vloeiend gelijnde behuizing onderin de bumper.
Aan de achterzijde kregen de 960’s eveneens een nieuwe bumper, in het geval van de Estate aangevuld met een subtiele dakspoiler. De achterlichten behielden hun indeling, maar ruilden wel hun oranjekleurige richtingaanwijzerafdekking voor exemplaren met witte beglazing.
Geforceerd
Het resultaat was een auto die designtechnisch beter aansloot bij de nieuwe, voorwielaangedreven 850 die in 1994 eveneens een facelift kreeg. Naar dat voorbeeld werd ook het interieur aangepakt, met als resultaat een mix van klassieke en moderne elementen die voor een deel heel aantrekkelijk zal zijn en op anderen juist wat geforceerd kan overkomen. Niet gek, want als je begint te tellen vanaf de 740 stamt het basisontwerp van deze auto al uit 1982.
S90/V90
In 1996 was de 960 dus al flink op leeftijd, maar toch kreeg het model toen nog een naamswijziging. Met een 850 die inmiddels was omgedoopt tot S70 (sedan) en V70 (stationwagen) vond Volvo ‘S90 en V90’ voor de allerlaatste editie van z’n achterwielaangedreven modellen meer gepast. De grote Volvo’s hielden het in deze vorm tot 1998 vol, om traditioneel ingestelde ‘Volvisten’ zo lang mogelijk aan het merk te blijven binden.