Supershowroom: Citroën C5

Hydropneumatisch feest

Citroën Supershowroom
Citroën GSCitroën GSCitroën GSACitroën GSACitroën BXCitroën BXCitroën XantiaCitroën XantiaCitroën C5Citroën C5Citroën C5Citroën C5
Je kon in 1970 eigenlijk maar twee normale personenauto's kiezen bij Citroën, een Ami of een DS. Er was niet echt een middenweg, totdat Citroën in de zomer van 1970 de GS lanceerde. Het was de voorvader van de huidige Citroën C5.

Citroën GS (1970)

In vergelijking met de Traction Avant had de DS een flinke stap vooruit gezet op het gebied van luxe en technologie, waardoor hij dus te duur werd voor de gemiddelde Franse bestuurder. Toen de GS op de markt kwam was het dan ook direct een succes. Maar liefst 1,896,742 GS'en werden er gebouwd. In 1979 kreeg de GS een facelift en ging hij verder door het leven als GSA. De neus werd grondig aangepakt en er kwam een nieuw interieur. Van de GSA wist Citroën nog eens 576,757 exemplaren te slijten.

Citroën BX (1982)

In 1982 werd de productie van de GSA op een lager pitje gezet. De grotere Citroën BX kwam namelijk op de markt om de technisch vooruitstrevende auto af te lossen. De Britse reclameslogan was dan ook 'Loves Driving, Hates Garages'. Dit was een hint naar het feit dat de BX lagere onderhoudskosten had dan de GSA terwijl de auto wel de rijkwaliteiten van een 'echte' Citroën behield. Net als de DS en CX werd de BX uitgerust met een hydropneumatisch veersysteem. Hierdoor zoefde de opvolger van de GSA over het wegdek. Het design van de BX kwam van Marcello Gandini, die het eerder toepaste op de Volvo Tundra Concept Car. In twaalf jaar wist Citroën maar liefst 2,315,739 BX'en te bouwen.

Citroën Xantia (1993)

Waar de Citroën BX in 1991 gedeeltelijk werd vervangen door de compacte gezinsauto ZX, kwam de 'échte' vervanging pas in 1993 in de vorm van de iets grotere Citroën Xantia. In 1987 kwam het idee voor de Xantia al op bij Citroën, want het merk wilde beter kunnen concurreren met andere merken in de middenklasse. De Xantia werd dan ook weer uitgerust met het hydraulische veersysteem wat ook in zijn voorganger, de BX, te vinden was. Echter, de luxe modellen van de Xantia beschikten ook over Hydractive II. Dit betekende dat het veersysteem van zo'n Xantia binnen 30 milliseconden kon reageren op gebeurtenissen op de weg zoals hard remmen of plotselinge stuurbewegingen. In juni 2001 viel het doek voor de Xantia, de productie van de Break werd in maart al gestaakt.

Citroën C5 (eerste generatie, 2001)

Toen de C5 in 2000 werd gepresenteerd aan het publiek was al bekend dat hij de lastige taak had om zowel de Xantia als de grotere Citroën XM te gaan opvolgen. De C5 had een doorontwikkelde versie van Hydractive II aan boord, logischerwijs Hydractive 3 genaamd. In 2004 werd de C5 opgefrist met een facelift. Het front werd opnieuw ontworpen zodat het meer op de C4 leek en hij werd verlengd. Ook kreeg de C5 meedraaiende koplampen.

Citroën C5 (tweede generatie, 2008)

Deze generatie Citroën C5 wordt soms bekritiseerd door échte Citrofielen, die klagen dat het uiterlijk te 'Duits' is. Het feit dat het hier om een sedan gaat -en de enorme Liftback-achterklep dus het veld moest ruimen - draagt daar ongetwijfeld aan bij. De hydro-pneumatische vering was niet meer standaard op de tweede generatie, goedkopere exemplaren kregen doodgewone stalen veren mee.

PRIVATE LEASE Citroën

Lezersreacties (55)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.