RAI: enorme stijging BPM
'Kabinet breekt belofte'
De gemiddelde bpm op nieuwe benzineauto’s is sinds 2012 gestegen met 56,4 procent. Voor een nieuwe diesel moest afgelopen jaar gemiddeld maar liefst 82,7 procent meer bpm worden afgedragen dan zes jaar eerder, zo berekende RAI Vereniging.
Volgens voorzitter Steven van Eijck van RAI Vereniging resulteert de bpm-stijging in een massale toename van de verkoop van gebruikte auto’s, zowel uit binnen- als buitenland. Uit zijn cijfers blijft dat de gemiddelde CO2-uitstoot van die occasions 14 gram hoger dan die van nieuwe auto’s. Hij stelt daarom dat de bpm-verhoging haaks staat op de belofte van het kabinet om de bpm deels af te bouwen. Iets wat redacteur Roy Kleijwegt vorig jaar ook al stelde in zijn weblog.
Nou zijn de brillenglazen van Van Eijck als belangenbehartiger van de Nederlandse auto-importeurs natuurlijk niet helemaal kleurloos, maar desondanks stelt hij dat de bpm noodzakelijke technische vooruitgang tegenhoudt: “Tussen 2000 en 2017 is de gemiddelde leeftijd van het Nederlandse wagenpark gestegen van 7,3 naar 10,5 jaar.” Dit, zo zegt hij, heeft grote gevolgen voor onze luchtkwaliteit en het terugdringen van CO2.
Behalve om de CO2 maakt RAI Vereniging zich ook zorgen om de administratieve werkdruk van de overheid. De bpm-aangifte is fraudegevoelig en kost de overheid handenvol geld, aldus de belangenvereniging. Gelukkig kan de overheid dat lijden, want in hetzelfde bericht meldt RAI dat de totale bpm-opbrengst over 2018 2,1 miljard euro bedroeg.
Van Eijck besluit: “Ons huidige autobelastingstelsel is volstrekt onhoudbaar en moet op de schop.” Hij pleit voor een overgang naar betalen naar gebruik: “Waarbij zowel de bpm als de mrb worden afgebouwd en omgezet naar een kilometerprijs, wat grote CO2-besparing kan opleveren, de overheidsinkomsten op peil houdt en de doorstroming verbetert. Hiermee maken we het verkeer ook nog eens veiliger en komt een einde aan de jarenlange verstoring van de Nederlandse automarkt in Europa. Het is nu tijd om door te pakken.”