AutoWeek.nl heeft je steun nodig
We zien dat je een adblocker gebruikt. Dat vinden we jammer, want alleen dankzij advertenties kunnen we autoweek.nl gratis toegankelijk houden. We willen je vragen voor autoweek.nl een uitzondering te maken. Wil je jouw adblocker voor ons pauzeren? Zo werkt het

Op bezoek in de Lada-fabriek aan de Wolga

Tussen oud en nieuw

AutoWeek 50 2018
AutoWeek 50 2018
AutoWeek 50 2018

Je leest het in AutoWeek 50 2018

In de Lada-fabriek in Togliatti werden speciale auto’s voor de KGB gebouwd. Ook zag hier 42 jaar geleden de Lada Niva het levenslicht. De Russen hebben het merk vijftig jaar geleden een thuisbasis gegeven op de oever van de Wolga, nu blaast Renault de fabrikant nieuw leven in.

Als Tatjana in een film zou meespelen, dan zou het vermoedelijk een James Bond-film zijn. De rol van strenge KGB-agente die er alles aan gelegen is om 007 naar de andere wereld te helpen, lijkt haar op het lijf geschreven. Deze ochtend heeft de geblondeerde Russische echter als taak om haar gasten mee terug te nemen naar het verleden. En dat kan Tatjana goed. Ze zwaait met haar lange, witte aanwijsstok. Vervolgens loopt ze naar een wijn rode, hoekige … tja, wat is dat eigenlijk voor auto? Een Fiat? “Dat is een Fiat 124 die hoger op zijn wielen staat en is voorzien van versterkte bumpers. Je kunt er ook in slapen. Wij noemden hem Zhiguli.”

In 1995 ging Tatjana bij Ladamoederbedrijf Avtovaz aan de slag. Als je vandaag de dag iets wilt weten over het Russische merk, dan kun je het beste haar met een bezoekje vereren. Het hoofd van het kleine fabrieksmuseum weet simpelweg alles over het merk. Tatjana tikt vervolgens met haar aanwijsstok op een geheime motor (“voor de KGB; die had meer vermogen”) en ze wijst naar een kanariegele Kalina Sport, waarmee Vladimir Poetin in 2010 door het hele land is gereden. Daarbij nam het merk twee reserve-exemplaren mee, want je weet maar nooit. “Mijn vader werkte al bij Lada”, vertelt Tatjana. Zulke familieverhalen vertellen veel mensen hier in Togliatti. De industriestad ligt op 1.000 kilometer ten zuidoosten van Moskou. Aan de oever van de Wolga werd vijftig jaar geleden één van de grootste autofabrieken ter wereld gebouwd die de basis legde voor een nieuw merk: Lada.

VOLKSAUTO

De communistische partij besloot in het midden van de jaren zestig dat Rusland mobiel moest worden en had daarvoor een degelijke, betaalbare gezinsauto in gedachten. Daarbij moest gebruik worden gemaakt van bewezen techniek. De Sovjet-leiding liet het oog vallen op de Fiat 124, de auto die het in 1967 tot Auto van het Jaar wist te schoppen. Vervolgens werd met Italiaanse hulp een nieuwe fabriek gebouwd, en rond de fabriek een nieuwe stad. Met rijen flats, panden van toeleveranciers en een indrukwekkende vierbaans boulevard. Er was toen werk voor maar liefst 100.000 mensen in de fabriek. In Togliatti (vernoemd naar de Italiaanse communistenleider Palmiro Togliatti) woonden echter maar 60.000 mensen. Zodoende lokte Lada mensen uit de hele Sovjet-Unie naar de stad met loon, eten en onderdak. Tegenwoordig werken er nog zo’n 46.500 mensen bij het merk, waarvan het merendeel in Togliatti woont.

Afgelopen jaar bouwden ze ongeveer 311.000 auto’s, waarvan de meeste exemplaren voor de thuismarkt waren bestemd. In Rusland is Lada tot de dag van vandaag een grote speler. Niet per se in Moskou, waar in de eeuwigdurende files de Cayennes en G-klasses via de vluchtstrook voorbijschieten. Maar als je de stad achter je laat en het achterland gaat verkennen, dan zie je ze in groten getale rijden. Moderne SUV’s als de R-Ray. Nieuwe, maar inmiddels sterk verouderde 4x4’s in een pick-up koetswerk. En zelfs nog klassieke Lada’s, die in Oost-Europa onder de merknaam Zhiguli zijn verkocht. Het marktaandeel is vooral hier in Togliatti bijzonder hoog. Naar het schijnt, draagt tachtig procent van alle auto’s die in de stad rondrijden het logo met de Wolga-zeilboot.

MARKTLEIDER

In de zomer, tijdens het WK voetbal, sliep het Zwitserse team in de industriemetropool, in een tot de fabriek behorend viersterrenresort aan de Wolga. Bij bijzondere gelegenheden maken kinderen daar bij het avondeten muziek voor Lada-medewerkers. Met behulp van twee violen en een keyboard brengen ze vanavond ‘Strangers in the Night’ ten gehore. De volgende ochtend om half acht staat in de kleine, raamloze evenementenzaal Yves Caracatzanis op het podium, die de aanwezigen door een powerpoint-presentatie leidt. “Ons marktaandeel bedraagt 19,5 procent”, vertelt de 54-jarige Fransman. Sinds juni is hij de baas van Lada, voorheen bekleedde hij een soortgelijke functie bij Dacia in Roemenië.

Beide merken behoren tot het Renault-concern. De Fransen hebben een aandeel van 51 procent in Lada en ook het door Vladimir Poetin opgerichte staatsbedrijf Rostec heeft een groot aandeel in de fabriek. Lada is nog altijd marktleider in Rusland, ver voor Kia en Hyundai. En als we Lada-baas Caracatzanis mogen geloven, dan gaat bij Lada binnenkort hetzelfde gebeuren als bij dat andere budgetmerk dat het Renault-concern heeft ingelijfd. In 2003 had de toenmalige Renault-baas een gedurfd idee: de productie van een 5.000 euro-auto voor opkomende landen, een voertuig dat ondanks zijn lage prijskaartje robuust, modern en betrouwbaar moest zijn. Een jaar later liep de Dacia Logan van de band, die nu in Togliatti als Lada Largus het levenslicht ziet.

LADA-TV

Togliatti is Lada, en Lada is Togliatti. De plaatselijke ijshal is evenzeer gefinancierd door de autofabrikant als de kathedraal met zijn goudkleurige verlichte torens. En als westerse journalisten de fabriek bezoeken, komt een team van stadszender ‘Lada-TV’ met een oude sedan aanrijden om hiervan verslag te doen. Op het enorme fabrieksterrein wordt alles gebouwd: motoren, transmissies, carrosserieën. Naast Lada’s worden hier enkele Renault-modellen gebouwd die bij ons onder de naam Dacia aan de man worden gebracht: de Logan, Sandero en Sandero Stepway. De Duster, de Kaptur (die weinig van doen heeft met de bij ons bekende Captur) en de nieuwe Arkana bouwt Renault daarentegen in een fabriek nabij Moskou.

Als je door de 1,4 kilometer lange fabriekshal loopt, zie je een paar moderne robots, maar vooral veel mensen op ergonomisch ingerichte werkplekken. Sommige zaken doen wat gekunsteld aan, zoals de wat treurig ogende planten in het pauzegedeelte middenin de fabriekshal. Maar niets is hier oud of smerig, zoals je wellicht verwacht in een oude Sovjet-autofabriek. De productielijn B9 heeft Renault in 2012 gebouwd en voldoet aan de wereldwijd gehanteerde norm van het concern. En daarmee is het meteen een prestigeproject van de nieuwe Lada-eigenaar. Wie meer wil zien, moet de Lada-oppassers even zien kwijt te raken en een blik werpen op de band erachter. Daar, op lijn drie, wordt al decennialang een legende gebouwd: de Lada 4x4, ook wel Taiga genoemd. Niva mag hij tegenwoordig niet meer heten, omdat Lada die naam bij een vroegere joint-venture aan General Motors heeft overgedragen. Er worden dagelijks ongeveer 200 exemplaren van de 4x4 gebouwd.

Eén ploeg is voldoende om dat te bewerkstelligen, zo vertelt de productieleider. De band loopt daarbij zo langzaam dat we vrezen dat deze gloednieuwe oldtimer al bij het verlaten van de fabriek eerste roestsporen vertoont. Voor dit icoon betaal je in Rusland omgerekend € 5.900. Voor een nieuw exemplaar, welteverstaan. Ook na meer dan veertig jaar neemt dit model nog altijd de zestiende plaats in de Russische verkoopstatistieken in. Bij de fabrikant zijn ze zich er terdege van bewust hoe belangrijk de 4x4 voor het merk is, erkent de woordvoerder van Lada. Een bestseller is het desondanks niet meer. Het succesmodel luistert tegenwoordig naar de naam Granta; het merk wist afgelopen jaar 94.000 exemplaren te slijten van dit type. Van de Vesta werden er 77.000 stuks verkocht en van de eerdergenoemde Largus op Dacia Loganbasis 34.000.

WEDEROPSTANDING

Exact tien jaar geleden stapte Renault bij Lada aan boord. De Fransen kochten indertijd 25 procent plus één aandeel van Avtovaz. Inmiddels is Rusland voor het Renaultconcern de grootste markt na Frankrijk. Geen wonder dat het Franse bedrijf ambitieuze plannen heeft met de fabrikant uit Togliatti. In 2026 moet de complete fabriek en het gehele modellengamma zijn gemoderniseerd, waarbij de productiecapaciteit volledig moet worden benut. Of we in We st-Europa wat gaan meekrijgen van de wederopstanding van Lada, is de vraag.

Yves Caracatzanis vertelde bij ons fabrieksbezoek dat er in een land maar één budgetmerk van het concern op de markt zou moeten zijn. Met andere woorden: door het succes van Dacia is in ons land geen plek meer voor Lada. Dat neemt niet weg dat de Russen trots zijn op de historie van het grootste automerk van het land, die zich kenmerkt door pieken en dalen. Dat merk je op de motorafdeling evenzeer als bij de entree of tijdens een gesprek met museumhoofd Tatjana. Die is inmiddels in de wijnrode Zhiguli gaan zitten, het model dat bij ons bekendstond als Lada 1200. “Dit is de eerste Lada die ooit werd verkocht”, zegt ze. “Die is indertijd overhandigd aan een chemiemedewerker die hier in Togliatti woonde. Hij kreeg hem niet cadeau; vanwege het goede werk dat hij had verricht, kreeg hij alleen het recht om een Lada te kópen. Hij heeft er negentien jaar in rondgereden. Toen wilde Lada de auto terug hebben. De man weigerde echter zijn oude beestje in te leveren. Pas toen Lada hem een gloednieuwe auto toezegde in ruil voor de wijnrode Zhiguli, stemde hij in. Het geeft maar weer eens aan hoe diep de liefde voor Lada’s hier zit.”

Verder lezen?

Dit artikel is gratis te downloaden in PDF-formaat. Hiervoor maak je eenmalig een AutoWeek account aan, waarna je onbeperkt uit het AutoWeek archief kunt downloaden.

Inloggen of Registreren

Lezersreacties (0)

Reageren