Heel veel particuliere EV-rijders haken af bij 100 procent mrb

Het blijft een heikel punt, die motorrijtuigenbelasting (mrb) voor elektrische auto’s. Tot nu toe betalen elektrische rijders geen cent wegenbelasting, maar dat gaat veranderen. Volgens de huidige plannen betalen zij volgend jaar nog een kwarttarief, maar geldt vanaf 1 januari 2026 het volledige tarief zoals dat ook voor benzineauto’s op basis van het gewicht wordt berekend. Uit onderzoek van Revnext blijkt dat dit in de praktijk betekent dat een EV 60 procent duurder is om te bezitten dan een benzineauto van vergelijkbaar formaat, vanwege het hogere gewicht van de elektrische auto. In dat geval – dus bij gelijke berekening en dientengevolge een 60 procent hoger tarief – haakt volgens de Vereniging Elektrische Rijders (VER) 54 procent van de particuliere EV-rijders af.

De VER kan het weten, want het EV- en berijdersonderzoek 2023 is net gepubliceerd. Daarin is een opvallend grote rol weggelegd voor particulieren: van de 4.800 ondervraagden, rijdt 58 procent privé in een EV. Dat is meer dan gemiddeld, want landelijk bezien is ‘slechts’ 38 procent van de EV’s in handen van een particulier. De VER schotelde ook een ander scenario voor aan de respondenten. Als de mrb-vrijstelling verdwijnt, maar er een tarief komt dat bij een gelijkwaardige auto gelijk is aan dat van een benzineauto, zegt ‘slechts’ 29 procent de EV vaarwel. In dit geval zou er dus sprake moeten zijn van een gewichtskorting, waarbij het gewicht van de accu geheel of gedeeltelijk buiten beschouwing blijft in de mrb-berekening. Het belang van de mrb-vrijstelling onder particuliere EV-rijders kan moeilijk worden overschat: maar liefst 80 procent van de ondervraagde particulieren geeft aan dat juist dit de voornaamste reden was om elektrisch te gaan rijden.

Zakelijke rijders

Wat mrb is voor de particuliere EV-rijder, dat is bijtelling nog altijd voor de zakelijke EV-bestuurder. Liefst 84 van procent van deze groep geeft aan vooral vanwege het bijtellingspercentage voor de EV te hebben gekozen. In dat licht valt het antwoord op de volgende vraag nog wel mee: als de bijtelling gelijk zou worden getrokken met die voor traditioneel aangedreven auto’s – vanaf 2026 is dat zo – stapt 29 procent naar eigen zeggen zo snel mogelijk weer in een benzine-auto. 44 procent zegt gewoon elektrisch te blijven rijden, de rest twijfelt nog.

De Vereniging Elektrische Rijders roept op basis van het nieuwe onderzoek op tot actie om de transitie naar elektrisch rijden te ondersteunen en te stimuleren. Alleen zo kan Nederland volgens de stichting zijn positie als leider op het gebied van elektrische mobiliteit behouden en versterken.