Designreview Rover SD1: ‘spannend door een vleugje Daytona’
British Leyland-mislukking of toch niet?
British Leyland was een autoproductie-conglomeraat dat in 1968 in het Verenigd Koninkrijk werd opgericht. Later werd de Britse staat grootaandeelhouder en had British Leyland met merken als Jaguar, Rover, Land Rover en Mini een groot deel van de Britse auto-industrie in handen. Autodesigner Niels van Roij kijkt in de achteruitkijkspiegel en ziet daar een van de vele British Leyland-mislukkingen. Of is de Rover SD1 dat toch niet?
De Rover SD1 rolde in 1976 uit de British Leyland-fabriek. Dit was het hoogtepunt van een nieuw gezamenlijk project van Rover en Triumph. De SD1, ofwel Specialist Division 1, de sport- en luxe-afdeling die was opgezet door British Leyland, was een grote executive-auto, die was ontwikkeld ter vervanging van zowel de Rover P6 als de Triumph 2000.
De ontwikkeling van het SD1-ontwerp werd geleid door David Bache. Het designteam liet zich duidelijk inspireren door de Ferrari Daytona. Zowel de proporties, de daklijn als de positionering van de wielen in de body kennen overeenkomsten. Ook de surfacing en de indentatie die halverwege de carrosserie van voor naar achteren loopt en zelfs de grafische omtrek van de koplampen en voorste knipperlichten doen sterk denken aan de Italiaanse exoot.
Direct na de introductie verkocht de SD1 goed en tevens claimde de auto in 1977 de prijs voor Europese Auto van het Jaar. Ook werden racesuccessen geboekt. Dat ging lekker.
Vanzelfsprekend werden deze vroege successen belemmerd door de inmiddels beruchte reputatie van British Leyland op het gebied van kwaliteit en betrouwbaarheid, beide niet geheel onbelangrijke aspecten. Dat bleken de Engelsen tijdens de engineering van de fraai getekende body volledig te zijn vergeten.
Rover ontwikkelde de SD1 in de loop van de tienjarige productieperiode wel door, met als hoogtepunt de snelle Vitesse in de late jaren 80. Destijds stonden grote sedans niet bepaald bekend om hoge prestaties. Pas twee jaar later kwam BMW met zijn eerste M5 uit. Toen Rover besloot een hoogwaardige en potente versie van zijn SD1 te ontwikkelen, werd dit toentertijd gezien als een radicaal idee.
De start van het sportieve SD1-project begon toen de limiet voor het motorvermogen voor de Group 1 British Saloon Car Championship werd verhoogd van 3,0 liter naar 3,5 liter in 1980. Zeker toen motorsport- en ingenieursbureau Tom Walkinshaw Racing erbij werd betrokken, kwamen de racesuccessen door. De circuitwagens lagen een stuk dichter bij het asfalt, wat de Rover op esthetisch vlak sterk hielp.
Rover was ervan overtuigd: een prestatievariant van de SD1 is wat het publiek wil. Het doel was om de auto te laten concurreren met de 535i van BMW en het bedompte imago van Rover te herstellen.
Het design van het exterieur en interieur werd verzorgd door de Rover Solihul Design Studio. Opvallende updates waren de toevoeging van forse voor- en achterspoilers. Ze gaven de Vitesse een agressieve esthetiek en verminderden zowel de luchtweerstand als het verbruik en zorgden tevens voor een toename in downforce.
Een belangrijke nieuwe toevoeging waren de lichtmetalen spaakwielen met laagprofielbanden. Ze stonden de SD1 goed. Verschillende stijlen van lichtmetalen wielen werden tijdens het herontwerpproces geëvalueerd. Het ontwerpteam kwam uiteindelijk tot het 15-inch meerspaaks ontwerp, geïnspireerd op het Borrani-spaakwiel dat tot begin jaren zeventig door Ferrari werd gebruikt. Zelfs de wielen maakten deel uit van de Ferrari-connotatie om een sportieve look aan het ontwerp toe te kennen.
De Vitesse werd uiteindelijk niet het verkoopsucces waarop Rover had gehoopt. Wel slaagde de auto erin het imago van Rover te verbeteren – even los van de kwaliteitsproblemen – en bewees het model dat luxe sedans spannend kunnen zijn. Vele fabrikanten volgden dit recept later, alleen schroefden zij hun auto’s wel fatsoenlijk in elkaar. Dat wat Rover met de SD1 en Vitesse beter deed dan later met de 75 was – zij het met schuin oog naar Ferrari – de toekomst in kijken. Het had zo mooi kunnen zijn…