BMW en Mercedes houden prijzen hoger, ook na chiptekort

Als een soort geluk bij een ongeluk zijn BMW en Mercedes-Benz er achter gekomen dat de consument grof geld wil betalen voor hun auto's en ook bereid is om langer te wachten. Onderaan de streep is dat goed voor de kas van beide autofabrikanten. De winstmarge ligt immers hoger. Dat smaakt dus naar meer. BMW en Mercedes-Benz gaan hun productie blijvend verlagen, zodat ze meer geld kunnen vragen voor hun auto's. Dat zeggen de bedrijven tegen Financial Times. Naar schatting zijn auto's door het chiptekort 10 tot 20 procent duurder geworden doordat er minder kunnen geproduceerd worden. Toch blijkt de consument bereid die prijs te betalen, vandaar het besluit om dit vast te houden.

"We zullen het aanbod bewust kleiner maken dan de vraag en tegelijk zullen we meer inzetten op de duurdere luxeauto's", zegt een topman van Daimler tegen Financial Times. BMW laat weten dat het zijn productie "gelijk zal houden om de huidige prijzen te kunnen aanhouden". Het bedrijf merkte in het afgelopen jaar "een enorme opwaartse druk op de prijzen" op.

Verder is duidelijk geworden dat mensen bereid zijn langer te wachten en ook open staan voor op afstand kopen. "Vroeger wilden mensen op zaterdag om 10.00 uur een showroom binnenstappen en om 13.00 uur weer buiten staan met een auto", zegt de BMW-topman. "Maar nu horen we van onze dealers dat mensen gerust iets langer willen wachten op hun auto. Een BMW kopen is een emotionele beslissing en ik denk dat enige wachttijd de ervaring zelfs beter maakt." Het is natuurlijk wel afwachten wat er met de concurrentiepositie van BMW en Mercedes-Benz gebeurt als andere fabrikanten na het chiptekort toch weer sneller en tegen een gunstigere prijs kunnen leveren.