Autorijden in het jaar 2000 - Uit de Oude Doos
De toekomst volgens 1991
Mijmeren over de toekomst is van alle tijden. Precies 30 jaar geleden probeerden we ons een voorstelling te maken van mobiliteit in het jaar 2000. Toen nog bijna een decennium in de toekomst, nu alweer 21 jaar geleden. Wat is ervan terechtgekomen?
Bij terugkijken op het verleden is het extra leuk als je een voorstelling van de toekomst tegenkomt en kunt toetsen wat er werkelijk is gebeurd. Zo treffen we in AutoWeek 33 uit 1991 een vooruitblik op het jaar 2000. Aan de hand van studies van autofabrikanten schetsten we toen hoe we ons in 2000 mogelijk zouden verplaatsen. Sommige zaken bleken aardig te kloppen, andere dingen zijn niet of pas veel later uitgekomen.
Elektrische aandrijving
Eén ding wat we in 1991 al voorzagen was dat de conventionele verbrandingsmotor vroeg of laat het veld deels of zelfs geheel zou ruimen. Op de grote afbeelding aan het begin van het artikel zien we drie studiemodellen, waaronder de F100 van Mercedes-Benz en de GM HX3 Hybrid Van. Het onderschrift: "Benzinestation van het jaar 2000: een Mercedes ruimtewagen rolt naar de benzinepomp, een Chevrolet met hybride aandrijving wil net wegrijden, een kleine stadswagen laadt de accu op." Een mix van volledig elektrische, deels elektrische en conventionele aandrijving voorzagen we dus. De situatie waarin we nu zitten komt daar behoorlijk mee overeen, in 2000 was het echter nog niet zover. Opvallend is ook dat de elektrische aandrijving aan de stadsauto voorbehouden leek, gezien het kleine rijbereik.
Ruimteauto
Een grote rol leek weggelegd voor de 'ruimteauto'. In de volksmond uiteindelijk beter bekend als de grote MPV. Onder meer Renault was daar al even mee op weg in 1991, maar de verwachting was dat meer merken met grote ruimtereuzen zouden komen. Meer mensen vervoeren per auto, zeker met carpoolende forensen. zou immers drukte op de weg schelen. Onder meer Mercedes-Benz zag er toekomst in, gezien de F100 Concept, maar ook Ford en Volkswagen. Die laatste twee hadden immers al een prototype ontwikkeld waar we ook al beeld van hadden in 1991 (zie hieronder). Op die foto is direct de Galaxy/Sharan te herkennen. Wat we toen nog niet wisten, is dat ook Seat aan zou haken met de Alhambra. De Mercedes-Benz F100 Concept kreeg geen direct productievervolg, al kun je de in 2005 gepresenteerde R-klasse tot op zekere hoogte zien als een model dat er inspiratie uit haalde.
Waterstof en navigatie
Speciale aandacht in de vooruitblik was er voor de toekomstvisie van BMW. Dat merk liet enkele studiemodellen zien, waaronder een 'gestroomlijnd kleimodel' waar ontwikkelingschef Dr. Braess trots naast poseerde. Het bijzondere koepelvormige dak haalde het productiestadium niet, maar je hoeft niet lang te kijken naar het kleimodel om er wat 7-serie E65 in te herkennen. De 'Bangle Butt-7' gaf dus 10 jaar voor z'n werkelijke onthulling al een eerste levensteken.
Op de foto daaronder zien we een 'waterstof-BMW' staan. Een auto die toen nog omschreven werd als een 3-serie, maar waarop duidelijk de neus van de in 1995 gepresenteerde 5-serie E39 te herkennen is. Over waterstof werd in 1991 dus ook al serieus nagedacht en nog altijd heeft BMW waterstof op de korrel als interessante energiebron. Het heeft alleen wat langer geduurd dan we in 1991 nog dachten.
BMW had tevens een volledig elektrisch aangedreven stadsauto in de ontwikkelingsstudio staan (zie hierboven). Een conceptauto waar uiteindelijk in de praktijk weinig tot niets concreets van terecht is gekomen. Wat wél behoorlijk realistisch bleek, is wat er in het interieur gebeurde. Daarin troffen we namelijk een dashboard met iets voor die tijd heel bijzonders: een reeks schermen waarop je je te rijden route kon aflezen. Dat niet alleen: de auto voorzag je zelfs van alternatieve routes om drukke stukken te vermijden. We weten allemaal dat dat in de praktijk gekomen is met moderne navigatiesystemen die aan de hand van verkeersinformatie de optimale route voor je uitstippelen.
Ford en driecilinders
Tenslotte bood Ford een interessant inkijkje in de motorenkeuken. Het werkte begin jaren 90 namelijk aan een nieuwe generatie motoren die het brandstofverbruik zouden moeten drukken. Kleine driecilinders. Het zou nog zo'n 20 jaar duren voordat dat werkelijkheid werd, toen Ford met de downsizetrend meeging met zijn eerste generatie EcoBoost-motoren. Die hadden echter wel een behoorlijk andere technische opzet dan de kleine blokjes waar Ford in 1991 aan werkte. Dat waren namelijk heuse tweetaktmotoren. Je kunt het je nu niet meer voorstellen vanwege het behoorlijk milieuonvriendelijke imago van die olieverbranders, maar men zag in 1991 dus nog wel wat in het teruggrijpen op tweetaktmotoren. Mits ook de uitlaatgassen behandeld konden worden en het hogere benzineverbruik op te lossen was. Volgens Ford was dat mogelijk, stelde het in 1991, alleen is het er toch niet van gekomen.