Ford Focus Wagon 1.6 TI-VCT 125pk Titanium (2011)

autoreview

Ford Focus Wagon 1.6 TI-VCT 125pk Titanium (2011)

Signalement

UitvoeringFocus Wagon 1.6 TI-VCT 125pk Titanium
Versnellingen5, Handgeschakeld
Bouwjaar2011
Jaar van aanschaf2011
KM-stand bij aanschaf6 km
KM-stand laatst70.000 km
Lezerswaardering: 97%
Disclaimer MyReview

De beschrijvingen en reacties in de rubriek Myreview Auto zijn gebaseerd op persoonlijke meningen en ervaringen van gebruikers. DPG Media probeert de authenticiteit van deze persoonlijke meningen en ervaringen zo goed mogelijk in te schatten, maar kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de inhoud of de gevolgen van deze meningen en ervaringen. In Myreview Auto zullen zowel goede als slechte ervaringen worden geplaatst. DPG Media betaalt geen vergoeding voor de ervaringen of laat deze op een andere manier beïnvloeden. De redactie kan uitingen die niet voldoen aan de huisregels of onrechtmatig zijn te allen tijde aanpassen of verwijderen.

Het is niet toegestaan zonder toestemming van DPG Media de informatie van Myreview Auto te gebruiken voor of te verspreiden via andere media.

De nieuwe aanwinst

  • 450 km

-- Het eerste deel van deze review dateert uit 2011. Voor het eindverslag over deze Focus scrollt u door naar het onderdeel "Uitzwaaien (70.000 km)" --


Na acht weken geduld was het moment afgelopen weekend eindelijk daar: in de showroom van Ardea Auto te Dordrecht stond deze prachtige nieuwe Focus gereed voor zijn eerste uitstapje in het wild.

De wagen maakt vanaf de allereerste kilometer een geweldige indruk. De nieuwe Focus biedt duidelijk het comfort van een hogere klasse. Na het maken van wat meer kilometers volgt dan ook een uitgebreide review.

Update na 6000 kilometer

  • 6.000 km

Inmiddels heeft de auto een respectabel aantal kilometers in de spaakwielen. Tijd derhalve voor een eerste update.


Looks:

Over de lijnen van de auto is in zowel vakbladen als overige reviews inmiddels het nodige geschreven. Een gulden middenweg lijkt er vooralsnog niet te zijn: either you hate it, or you love it. Op zijn minst opmerkelijk voor een auto die overal ter wereld kopers moet trekken.

Bij de eerste beelden moest ook ik even wennen. De bekende scherpe lijn was er niet meer, zo leek het. Gelukkig doet de wagen het real time beter dan op de foto. Een nadere bestudering van met name de voorzijde doet je bovendien inzien dat Ford een groot aantal basislijnen uit het vorige model heeft behouden. Hoewel de Focus I naar mijn mening nog altijd het meest zuivere ontwerp kent biedt de lijnvoering van Focus III een uitgebalandeerde mix van elegantie en sportiviteit. Of de lijn ook net zo houdbaar is als die van het eerste model zal de tijd ons leren.

Zeker van drie kwart opzij bekeken staat er in ieder geval een knappe en robuuste kar voor je neus die absoluut een volwassen indruk maakt. Aan de buitenzijde zijn de 17” D2YL5-velgen en de alulook dakrail de welkome kersen op de taart. Het maakt de auto af. Tip voor kniesoren: de kortere antenne die Ford op de nieuwe C-Max monteert staat de Focus beter dan de net iets te lange standaardspriet.

Ford heeft er goed aan gedaan geen extra zijruitje in de a-stijl te monteren. Zo’n ruitje biedt voor de bestuurder geen enkele meerwaarde en het ontbreken ervan komt het ontwerp ten goede.

Het interieur komt absoluut niet rommelig over, dit in tegenstelling tot sommige berichten. Wellicht dat de aanwezigheid van numerieke toetsen op de radio de indruk wekt dat er teveel bedieningselementen aanwezig zouden zijn. In het dagelijks gebruik zorgen deze extra toetsen echter voor veel extra gemak (bij bijvoorbeeld het kiezen van tracks, telefoonnummers en invoeren van postcodes). Binnen een week vind je alle knoppen op de tast. Even wennen voor Focus I en II rijders: de stuurbediening van de radio zit tegenwoordig rechts op het stuur in plaats van links erachter.


Meubilair:

De voorstoelen bieden een voorbeeldig zitcomfort, hoewel zij wellicht nog iets verder naar beneden zouden mogen kunnen. Uiteraard is dat een kwestie van smaak. De zittingen zijn lang genoeg en de zijdelingse steun van de Titanium-zetels is stevig maar niet oncomfortabel. De zit achterin heb ik zelf niet rijdend mogen ervaren, maar naar verluidt is het er best uit te houden, zeker in combinatie met de neerklapbare middenarmsteun.

Tijdens het rijden valt de enorme rust in het interieur op, mede veroorzaakt door de overload aan isolatiemateriaal die Ford in de nieuwe Focus aanbrengt. De snelheidsbeleving blijft daardoor ruimschoots achter bij de werkelijk gereden snelheid.


Onderweg:

De wegligging van de wagen grenst aan het voor deze klasse maximaal haalbare. Het onderstel biedt een zeer uitgekiende afstemming. Sportief-strak als dat gewenst is, comfortabel als het moet. De meeste hobbels worden keurig glad gestreken, hetgeen voor de Focus tot nu toe niet vanzelfsprekend was. De auto voelt daarbij echter nooit week of onscherp aan, een knappe prestatie. Bij heel korte links/rechts-stuurbewegingen is voelbaar dat de auto tegenwoordig over een ander soort stuurbekrachtiging beschikt. Geenszins storend of onprettig, maar ten opzichte van eerdere Fords wel merkbaar.

De algehele rijbeleving ligt op een dusdanig niveau dat de auto eigenlijk de alom geprezen en bijzonder prettige lichtvoetigheid van de Focus I lijkt te missen. Het hogere wagengewicht zal hieraan ongetwijfeld voor een deel debet zijn. Ten opzichte van genoemde Focus I beweegt de Focus III zich overduidelijk in hogere kringen. “Missen” is dan ook wellicht niet de juiste omschrijving: de auto glijdt met een zodanige vanzelfsprekendheid over de weg dat je vergeet dat hij wel degelijk over een flinke dosis lichtvoetigheid beschikt. Hierdoor heb je enerzijds nauwelijks in de gaten dat je met een wagen van formaat onderweg bent, anderzijds merk je nooit dat zijn gewicht hem parten dreigt te gaan spelen. De marges zijn simpelweg (voor zover dat mogelijk is) overbemeten, zodat veel Focus-rijders waarschijnlijk nooit gas zullen hoeven terugnemen omdat het iets te hard gaat.

Als je dan toch een keer wilt spelen, weet dan dat je op elke willekeurige rotonde je achterliggers gauw kleiner ziet worden in de (automatisch dimmende) binnenspiegel. Bij het indraaien voel je enkel dat de relatief zware achterzijde (wagon) zich even “zet”, waarna je de auto als op rails de bocht om hoekt. De standaard Michelin Primacy HP’s (215/50/17) voelen daarbij aan als prettige sportschoenen.

Van windgevoeligheid is tot op heden overigens geen sprake. Dit aspect lijkt prima voor elkaar.


Motor:

De 125 pk TI-VCT blijkt prettig in de omgang, al vraagt de combinatie met de (strak schakelende) vijfbak met relatief lange overbrengingsverhoudingen wel enige gewenning. Aangezien het verbruik nu eenmaal topprioriteit lijkt te hebben komt de power train hierdoor in eerste instantie wat gezapig over.

Kenmerk van de TI-VCT is overigens dat het torretje er pas bij relatief hoge toerentallen echt goed aan trekt, zodat een vlotte rijstijl niet zal leiden tot het winnen van de brandstofbokaal. De motor laat bij hogere toerentallen redelijk van zich horen. De motorbrom is er echter een van het prettiger soort, zodat het geluid nooit storend wordt. Bovendien is de isolatie dusdanig goed dat het geluid te allen tijde op de achtergrond blijft. Een zesbak met iets kortere verhoudingen zou de auto zeker goed doen, maar is in combinatie met deze motor niet leverbaar.

Toch kom je goed met het verkeer mee. Door de relatieve rust in het interieur merk je pas vrij laat dat het toch best rap gaat.

Een stevige vakantierit door flink bergachtig gebied heeft het blok merkbaar soepeler gemaakt. Uit andere reviews bleek eerder de matige trekkracht onderin. Die constatering kan ik zeker onderschrijven. De motor kent inderdaad een kritiek toerental. Tot zo’n 1350 / 1400 toeren gebeurt er (zeker bij terugschakelen naar twee) hoegenaamd niets. Vervolgens verloopt de vermogensopbouw heel geleidelijk waarna er rond 1900 toeren een goed voelbare duw op gang komt, desgewenst tot in het rode gebied.

In steile afdalingen valt overigens het geringe zelfremmend vermogen van de motor op. Het wagengewicht drukt dan duidelijk door. In het geheel niet storend, hooguit opmerkelijk ten opzichte van veel andere auto’s. In het vlakke Nederland kun je door deze eigenschap daarentegen perfect “uitrollen”.

Devies voor eenieder die in de bergen met deze auto “moeilijkheden” heeft ondervonden: houd het toerental boven de 2.500 en laat de koppeling bij bergop terugschakelen een klein beetje extra slippen. Je behoort dan zonder extra moeite tot de vlottere verkeersdeelnemers.

Hou je echter van die extra duw in de rug, kies dan voor de 150 pk Ecoboost die met zesbak ongetwijfeld luier en zuiniger te rijden is.


Verbruik:

Overall verbruik over ruim 6.000 km is volgens de (redelijk nauwkeurige) boordcomputer exact 1 op 13. Voorwaar een nette score, zeker gezien het feit dat een groot deel van deze kilometers (zo’n 2.500) met stevige bepakking en relatief hoge snelheid (130-160 km/h) is afgelegd, en de overige kilometers voornamelijk zijn verreden in stadsverkeer en op secundaire wegen. Bij veel constant snelwegverkeer moet een gemiddelde van 1 op 15 zeker in het verschiet liggen.


Praktische gebruiksmogelijkheden:

De kofferruimte van de wagon is werkelijk groot en hapt zonder moeite een flinke vakantiebepakking. Pluspunt is dat de afdekhoes tegenwoordig in een eigen geleiderail loopt. Een tik op de hoes volstaat om deze in te laten rollen. Onder de mat ligt een thuiskomer, veel beter dan de standaard kauwgomset die in veel gevallen tekort schiet op het moment dat je hem echt nodig hebt.

Een aanrader is de kunststof mat op de bodem, die je in zijn geheel kunt uitnemen om hem af te spuiten. Hierdoor blijft het tapijt van de kofferruimte zoals het hoort te zijn: nieuw!


Gadgets:

Perfect werkende gescheiden climate control die zorgt voor een gelijkmatige opwarming / verkoeling;

5” navigatie met Bluetooth en usb-aansluiting / 3,5 mm jack met I-pod interface. De navigatie is eenvoudig te bedienen, en biedt een prachtige grafische weergave op het middenscherm. De Bluetooth verbinding kan zes telefoons in het geheugen bergen en werkt tot op heden met zowel Nokia als I-phone foutloos.

Met de optionele Apple kabel is de I-pod vanaf het stuur te bedienen terwijl deze in het dashboardkastje ligt: voor muziekliefhebbers zeker een waardevol hebbeding;

Easy Driver Pack: leuk voor feesten en partijen: de auto stuurt je automatisch het gewenste (file-) parkeervak in. Het systeem werkt eenvoudig en verrassend nauwkeurig, al is het met het oog op de velgrandjes aan te raden toch zelf tijdens de truc even de stoeprand in de gaten te houden. Als de auto achter je daar op of tegenaan staat, neigt de Focus ook in die richting.

De parkeersensoren voor en achter houden een ruime marge aan en werken daardoor prettig. Bij doorrijden tot in het “rode gebied” zet je de wagen toch zonder moeite in de kleinste plekken. Het Low Speed Safety-system maakt eveneens onderdeel uit van dit pakket;

Blauwe wijzers tegen een achtergrond van wit verlichte klokken: een prachtige en vooral rustige combinatie. Veel beter dan rode dashboardverlichting. Zeer mooie grafische weergave van de boordcomputer tussen de beide klokken.


Opmerkelijk:

Rammel in de afdekplaat aan de binnenzijde van de kofferklep. Dit is simpel verholpen door een stukje isolatiemateriaal te bevestigen onder de in het midden aanwezige verhoging. De afdekplaat maakt hierdoor geen contact meer met de ruitenwisserunit daaronder;

Verhoging in de bodemplaat aan de voorzijde van de bestuurdersmat, waardoor de mat als het ware op gelijke hoogte met de vloer daarvoor ligt. Met sommige schoenen voelbaar (het went), met andere geheel niet. Ben benieuwd naar de duurzaamheid van de vloerbedekking op de kopse kant van de verhoging;

Let er bij aflevering op dat de portieren goed zijn afgehangen, dit in verband met het doorlopen van de chromen strips aan de onderzijde van de zijruiten.


Conclusie na ruim 6.000 km:

Perfecte reisgenoot die je door het ogenschijnlijke gemak waarmee hij zijn kunstje vertoont zo nu en dan per ongeluk doet vergeten dat zijn makers in deze klasse een prestatie van formaat hebben geleverd.

Uitzwaaien

  • 70.000 km

Wat is er sinds 2011 met de Focus gebeurd?

Precies vier en een half jaar is de Focus bij ons geweest. In die tijd heeft hij ruim 70.000 kilometer de sporen gekregen. Vrijwel zonder uitzondering in combinatie met onze tevreden glimlach. Een positieve uitzwaai-review is daardoor zonder meer op zijn plaats. Een kort eerbetoon zo u wilt, aangewakkerd door niet aflatend enthousiasme om elke dag opnieuw met deze bijzonder prettige en goedgemanierde reisgenoot op pad te zijn.

De pluspunten die ik in 2011 kort na aflevering met u heb gedeeld zijn onverkort overeind gebleven. Met de wetenschap van nu zou ik dan ook zonder aarzelen opnieuw hetzelfde verhaal schrjven. De Focus is op geen enkel punt door het ijs gezakt!

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat er nooit kleine meningsverschillen zijn geweest. Ruzies zijn echter uitgebleven en de Focus heeft zich daardoor een bijzonder betrouwbare reisgenoot getoond.

Vanzelfsprekend is hij in zijn eerste baan altijd keurig onderhouden en gekoesterd. Op technisch vlak is hij echter zeker niet gespaard. Meer dan eens heeft hij alles uit de kast moeten halen om het ons naar de zin te maken. Frequente vakanties naar de bergen vergden het uiterste van zijn trekkracht en laadruimte. Veel lokaal verkeer stuurde hem structureel over genadeloos slechte wegen en verkeersdrempels van het type hunebed. De parkeerplaats van de bouwmarkt leek bij tijd en wijle zijn vaste standplaats. En toch gaf hij geen krimp!

Het lijdt geen twijfel dat onbehouwen en onzorgvuldig gebruik uiteindelijk zelfs het meest premium gebouwde interieur fataal wordt. Gebleken is echter, dat een Focus III nette omgangsvormen absoluut op prijs stelt. Van het interieur mag ook na ruim vier jaar gezegd worden dat het nog altijd degelijk in elkaar steekt, en dat het vrijwel niet heeft geleden onder de zwaar-transport aspiraties van zijn gebruikers.

Met de bouwkwaliteit zit het hoegenaamd dus wel snor. Natuurlijk, een Ford staat erom bekend wat meer dan gemiddeld rammels te vertonen. Mijn voorliefde voor het sublieme rijgedrag van de Focus heeft het echter altijd ruimschoots kunnen winnen van mijn ook zeker niet geringe allergie voor piepjes en kraakjes. Voor mij alleen liever geen valse kwaliteits perceptie van de bekende "premium" merken. Pas na ruim drie jaar gaf een klein een aantal interieurdelen zo nu en dan (op een feitelijk onbenullige wijze) acte de présence. Denk daarbij aan een minieme trilling in de klep van het dashboardkastje, en een kraakje achter zowel de gordelverstelling rechtsvoor als in de kofferbak. In de regel enkel waarneembaar op slecht (klinker-) wegdek. Ik wijt deze geluiden dan ook voornamelijk aan veelvuldig gebruik op slechte wegen. Bij meer snelweggebruik hadden zij vermoedelijk de kop niet opgestoken. Ook zal het rijden op 17" velgen met relatief lage 215/50/17 banden hier ongetwijfeld deels debet aan zijn geweest. Bij gebruik van de winterwielen (215/55/16) was - ondanks het gebruik bij lagere temperaturen – namelijk nauwelijks sprake van auditief ongemak.

Nog iets over slecht wegdek: vanaf dag één heeft de voortrein zich op bepaalde klinkersoorten steeds nadrukkelijk laten horen, vermoedelijk door de wel erg stugge rubbers. Niet hinderlijk, wél opvallend. Het slechten van de eerste verkeersdrempel met een koude auto ging in de wintermaanden dan ook steevast gepaard met een robuuste kraak. Een oud Hollands spreekwoord merkt op dat dit de levensduur van de auto echter niet zou mogen verkorten. De Focus heeft mij inderdaad nimmer reden gegeven daaraan te twijfelen.

Zoals gezegd blijft alle eerdere lof ook na dik vier jaar stevig overeind. Valt er dan eigenlijk nog wel iets te melden? Zeker wel! Hieronder dan ook een korte bloemlezing van enkele vermeldenswaardige feiten en ervaringen.

Motorpraat

Het ongeblazen Ti-VCT blok met 125 pk is prettig in de omgang maar maakt van de leeg al dik 1200 kilo zware auto uiteraard geen dragster. Gedisciplineerd - doch waar mogelijk stevig - inrijden zorgt wél voor de nodige soepelheid. De turbo duw van de nieuwe generatie 1-liter torretjes blijft evenwel achterwege. Voor de meer serieuze trekkracht vraagt de auto om flink wat toeren. Toch bleek de auto na zo'n 8.000 km uitermate schakellui te rijden zonder daarbij traag te zijn. Met name de versnellingen twee en drie toonden zich vanaf dat moment onverwacht soepel. De prettig donkerbruine brom uit de uitlaat smeert daarbij bij lagere toerentallen de oren precies op de juiste manier.

Opmerkelijk: de koppelkromme vertoont een kort kuiltje rond 2500 toeren. Eigenlijk alleen écht voelbaar als je bij koude motor voor het eerst dit toerental passeert, daarna niet meer.

Nog opmerkelijker: zodra de buitentemperatuur na zo'n half jaar voor het eerst onder de fris-grens van 4 graden dook, deed zich - niet structureel maar wel met regelmaat - iets vreemds voor. Na de start (zowel koud als warm) liet de motor een iets meer donkerbruine brom horen dan gebruikelijk, terwijl op datzelfde moment de trekkracht vrijwel verdwenen was; nog het meest te vergelijken met de noodloop, echter zonder zichtbare melding. Veelal voldeed een stop gevolgd door een nieuwe start. Soms echter niet; bepaald lastig bij een wintersportrit door haarspeldbochten met vier man en volle bepakking...

De dealer kon het euvel in eerste instantie niet plaatsen. De auto gaf aan de computer geen foutmeldingen. Toch bleef het probleem na het eerste dealerbezoek mede door de zachte Hollandse winter weer enige tijd weg. Toen de buitentemperatuur een poosje later opnieuw met het motorvermogen aan de haal ging, stelde een volhardend monteur vlot de diagnose: onverklaarbare softwarefout! De dokter schreef direct een harde reset voor. Alle software werd verwijderd en de auto werd in een uurtje of drie volledig opnieuw geïnstalleerd, inclusief de meest recente updates. Het probleem heeft zich daarna niet meer voorgedaan. Wel gaf de boordcomputer plots geen kilometers per liter meer aan, maar nog slechts liters per 100 km. De wegen van Fords updates zijn ondoorgrondelijk...

Eénmaal leverde een koude voorjaarsstart een ratelend geluid op. Een directe stop, een halve minuut later gevolgd door een behoedzame nieuwe poging, leverde een als vanouds tevreden snorrend blok op dat geen reden gaf tot nader onderzoek. Kennelijk een bad hairday. Het is bij deze ene keer gebleven.

Zo'n half jaar geleden liet één van de accucellen hoestend weten bij elke start vermoeider te raken. De dealer stelde opnieuw vlot de diagnose: over en uit. Een nieuwe accu gaf de benodigde verse stroom.

Verder is er op het blok niets aan te merken. Ook na langere tijd blijkt het een fijne metgezel. Wel blijft de stille wens naar meer vermogen, aangezien het onderstel van de auto continu aangeeft (veel) meer aan te kunnen.

Het brandstofverbruik heeft – volgens de boordcomputer – over de hele linie ruwweg gevarieerd van 7,1 tot 7,4 liter per 100 kilometer. Gelet op de aard van het gebruik van de auto een alleszins acceptabele waarde.

Interieurperikelen

Dan het dashboard. Tja, het dashboard. Volkomen verguisd door de verzamelde pers. Alhoewel, het leken vooral de napraters die de grootste kritiek leverden. Ten onrechte! Wie namelijk de moeite nam om het dashboard daadwerkelijk nader te bestuderen kwam onvermijdelijk al snel tot de conclusie dat de ergonomie meer dan dik in orde is. Neem de numerieke toetsen, zo voor het grijpen. Ideaal voor het selecteren van audiotracks op USB-sticks zonder eindeloos te hoeven skippen, alsook perfect voor het direct kiezen van telefoonnummers die niet in je telefoonboek staan. De gelijkenis van de mediaconsole met de lay-out van een “ouderwetse” Nokia telefoon is wat mij betreft dan ook absoluut geen manco, maar eerder een blijk van waardering van Ford voor het beproefde Finse concept. Nokia verkocht destijds niet voor niets de sterren van de hemel. Ik heb niets tegen het gebruiksgemak van moderne Apple producten, integendeel. Maar wat mij betreft hoeft niet alles swipe-baar te zijn.

Een aantal knopjes van de klimaatregeling is iets te klein, en de plaatsing van de vier functietoetsen voor het centrale navigatiescherm roept in eerste instantie wat vragen op. Heb je – in no time – eenmaal door hoe Ford de werking bedoeld heeft, dan kun je ze voortaan zelfs volledig intuïtief bedienen. Hetzelfde geldt voor de “vele” knoppen op het stuur. Eén van deze knoppen bedient zelfs (heel simpel) vrijwel het gehele navigatiesysteem. Over veilig en effectief gesproken.

Onlangs heb ik overigens begrepen dat Ford binnen een jaar na de introductie de stuurindeling heeft gewijzigd, met als gevolg een verminderde functionaliteit en een op het oog “ongelijk” stuurwiel. Onnodig en onbegrijpelijk.

Het moet gezegd: Ford heeft zich de ongezouten kritiek – helaas – ten volle aangetrokken. Het facelift dashboard is compleet het tegenovergestelde. Modernisering van een goed werkend concept is echter zeker niet altijd een verbetering. Het bedienings (on)gemak van het faceliftmodel is daarvan een goed voorbeeld, maar daarover meer in een latere review.

Ontwerpmisser: het drempeltje in de bodemplaat op de vloer recht voor de bestuurder. Mijn in 2011 geuite scepsis over de duurzaamheid van het tapijt op die plaats werd helaas nog binnen het jaar bewaarheid. Uiteraard is dit onder garantie vervangen. Opvallend genoeg door kwalitatief kennelijk betere vloerbedekking. Hoewel de auto in de ruim drie volgende jaren op exact dezelfde wijze is gebruikt, heeft zich op die plek geen bovenmatige slijtag meer voorgedaan. Kennelijk voelde de fabriek ook al nattigheid..

Fords voorruitverwarming bewijst op vrieskoude winterdagen gouden diensten. Een onhebbelijkheidje van het (overigens perfecte) systeem is echter dat het na enkele jaren soms wat scherpte verliest. Dit uit zich in wat trager functioneren of zelfs uitvallen van één of meer banen (de ruit is verdeeld in meerdere verticale verwarmingselementen). Met sommige eerdere Fords hebben wij dezelfde ervaring. Soms zijn de contacten weer tot leven te wekken, soms niet..

Het audio systeem is niet high end maar voldoet prima. Wel beschikt de default instelling over zoveel bas dat je onbedoeld al snel voor “petje” wordt aangezien. Dit is echter eenvoudig naar beneden bij te stellen tot een aangenaam stevig niveau.

Designfratsen

Esthetisch doet de 17" 15 spaaks-velg veel voor het uiterlijk van de auto, dat daarmee namelijk veel dikker overkomt dan met het keurige standaard 16" Titanium lichtmetaal dat ik in de wintermaanden heb gebruikt. Daarmee is meteen de makke van dat wiel uitgesproken: het is keurig...niet meer, niet minder.

De optisch in de bumpers doorlopende kunststof dorpelrand onder de portieren doet in combinatie met een lichte buitenkleur het gestrekte silhouette van de auto goed. Bovendien is de rand prettig makkelijk schoon te houden en voorkomt hij – niet onbelangrijk – een teveel aan vuilafzetting op de onderzijde van de portieren, zoals je dat zo vaak ziet.

Ruim?

Het ontwerp van de Focus Wagon is goed in balans, al doet een dergelijke lijvoering het – vanwege de langere wielbasis – op een D-segmenter iets beter.

De achterzijde van de auto lijkt vrij schuin af te lopen, maar is door de bolling van de achterruit vrijwel verticaal. Hierdoor is de kofferruimte tot op dakhoogte voldoende vierkant en heel bruikbaar.

Hetzelfde geldt voor het plaatsaanbod op de eerste rang. Goed, dik en degelijk meubilair houdt bestuurder en voorpassagier stevig maar comfortabel vast. Tip van de dag: bestel altijd het seat-pack. Dit voorziet de rechtervoorstoel eveneens van een lendensteun- en (belangrijker) hoogteverstelling. Zonder die voorziening zit de voorpassagier merkwaardig hoog op de bok in vergelijking tot de bestuurder. Destijds een standaardvoorziening op de Titanium, momenteel voor 150 euro af fabriek verkrijgbaar op het faceliftmodel.

Dan de achterbank. Met mijn ruim 1 meter 90 lukt het mij niet om achter mezelf plaats te nemen. De hoofdruimte is dik in orde, maar de knieën protesteren vrijwel direct. Grote kinderen (boven 1 meter 80) met lange ouders komen op den duur zeker in de knel. De bank zelf (met neerklapbare middenarmsteun) beschikt overigens over een goede zithoek van de rugleuning en is – van horen zeggen – comfortabel genoeg voor lange ritten.

Gezinsuitbreiding leidde tot een onverwachte ontdekking van een tweede ontwerpmisser. De gordel van de achterbank is te kort om er met veel gemak een Maxi Cosi in tegengestelde rijrichting op te installeren. Bovendien moet de voorstoel zelfs iets verder naar voren worden geschoven dan wenselijk. Toch opmerkelijk voor een gezinsauto van dit formaat (die overigens ook over Isofix punten beschikt). Het past allemaal best, maar het vergt meer moeite en aandacht dan prettig is. De gordel van een Fiesta MK 7 blijkt overigens even kort. Doordat de leuning van de achterbank van die auto echter iets dunner is, blijkt plaatsing van de Maxi Cosi daarin toch een stuk eenvoudiger. Een besparing van – zeg – 25 kilometer gordel op jaarbasis is voor Ford kennelijk voldoende reden om kinderrijke gebruikers onnodig te laten tobben.

Al met al:

Vier en een half jaar Ford Focus III. Ik volsta met het herhalen van mijn voorlopige oordeel uit 2011:

“Perfecte reisgenoot die je door het ogenschijnlijke gemak waarmee hij zijn kunstje vertoont zo nu en dan per ongeluk doet vergeten dat zijn makers in deze klasse een prestatie van formaat hebben geleverd.”

Wat mij betreft blijft deze conclusie na dik 70.000 kilometer kaarsrecht overeind. Een dikke pluim voor deze Focus. Bedankt voor een fijne tijd!

Inmiddels is de Focus vervangen door het faceliftmodel. Hierover binnenkort meer in een nieuwe review.

8,5
  • Betrouwbaarheid
  • Prestaties
  • Comfort
  • Kosten
  • Zou u weer een auto van dit merk kopen? ja

Gerelateerde forum topics

Lezersreacties (6)

Reageren

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.