Fiat 128

Onder de codenaam X1/1 ontwikkelde Fiat vanaf mid jaren zestig een compacte voorwielaangedreven auto als opvolger van de 1100. Als het model in 1969 onthuld wordt, wordt de ware naam van het model genoemd: 128. De auto was eenvoudig vormgegeven met vierkante lijnen, maar bood veel binnenruimte. Naast de vierdeurs sedan was hij er ook als tweedeurs en als driedeurs stationwagon. De dwarsgeplaatste viercilinder had een inhoud van 1.116 cc, leverde 55 pk en was gekoppeld aan een handgeschakelde vierbak. Daarmee haalde de auto een top van 134 km/h en zelfs in 1969 was dat al niet erg indrukwekkend.

Fiat had echter nog de nodige ijzers in het vuur, want er moest en zou natuurlijk ook een sportieve versie moeten komen. Op basis van de 128 sedan werd er gewerkt aan zowel een coupé als een Spider. Terwijl het plan voor de spider bij Bertone werd neergelegd, werd de 128 coupé in eigen huis ontwikkeld. Daarvoor werd het chassis met 22 centimeter ingekort en kwam de totale hoogte van de auto een slordige 12 centimeter omlaag. Het resultaat was een nog altijd tamelijk ingetogen auto met een oplopende achterzijde, die eind 1971 onthuld werd.

De motor voor de coupé was daarbij eveneens onder handen genomen: uitgeboord tot een inhoud van 1290 cc kon de klant nu ook kiezen uit een 67 pk sterke variant waarmee hij een topsnelheid van 160 km/h kreeg. Daarmee waren er twee motorvarianten leverbaar – simpelweg 1100 en 1300 genoemd – terwijl die twee eveneens in twee uitvoeringen verkrijgbaar waren: standaard of luxe. De laatste had ondermeer vier ronde koplampen in plaats van twee vierkante, een andere grille en wielen.

Binnenin waren er ook de nodige wijzigingen, onder meer een ander interieur en de toevoeging van een toerenteller. In 1975 werd de reeks verder uitgebreid met de 128 3P, waarbij het laatste natuurlijk voor drie deuren stond. De achterste zijruitjes liepen nu niet meer omhoog, maar recht naar achteren, waar een royale derde deur was te vinden. De achterbank was nu neerklapbaar zodat de auto een stuk praktischer werd. Tegen de tijd dat de ‘3P’ werd geïntroduceerd leverde de 1300 motor 72 pk. Tot 1978 bleef het model in het Fiat-gamma. Daarna werd de 128-reeks opgevolgd door de Ritmo, maar daar verscheen nooit een echte coupéversie van.