Wereld te winnen
Een test met de Renault Scénic 1.6 dCi drukt mij weer met m'n neus op de realiteit dat Nederland voor de autofabrikanten slechts een kleine, nauwelijks belangrijke markt is. De Scénic met nieuwe 1.6 dCi-motor stoot bij z'n introductie namelijk net één gram te veel uit om in aanmerking te komen voor de twintig procents bijtellingsregeling die hier te lande geldt. Rijders moeten de volle mep van vijfentwintig procent van de nieuwwaarde van de auto bij hun inkomen optellen. De Nederlandse importeur van het Franse merk weet de fabriek echter te overtuigen dat die ene gram er echt af moet om de kans van slagen van deze versie van de Scénic zo groot mogelijk te maken. En nu, na enkele ingrepen in het motormanagement door de fabrikant, waardoor het brandstofverbruik daalt, en dus ook de uitstoot aan schadelijke emissies, komt de Scénic 1.6 dCi zowaar opeens wel in aanmerking voor de fiscaal vriendelijker bijtellingsregeling. Zo makkelijk gaat dat. Renault heeft een dergelijk akkefietje eerder aan de hand gehad, met de Twingo 1.2 ECO2, die aanvankelijk net niet motorrijtuigenbelasting- en BPM-vrij te rijden is. Pas in tweede instantie doet de 75 pk sterke Twingo de toevoeging aan z'n naam eer aan, en kan hij zich de allereerste BPM- en wegenbelastingvrije model in de prijslijst van het merk noemen. En mogen zakelijke rijders volgens de nu geldende regels rekenen op 14 procent fiscale bijtelling. Kan dat nou niet ineens, een auto zo efficiënt werkend en dus fiscaal zo vriendelijk mogelijk op de markt zetten? Zonder dat een importeur moet soebatten om dat voor elkaar te boxen? Nee dus. Autofabrikanten – Renault voer ik hier slechts aan ter illustratie, maar staat beslist niet alleen - stellen hun modellen zo af dat ze in de grootste en belangrijkste markten onder de gunstigst mogelijke fiscale regelingen die lokale overheden afkondigen geïntroduceerd kunnen worden. Logisch, daar vallen de grootste winsten te behalen. En in die grotere markten gelden soepeler regels. In kleinere afzetgebieden moeten vertegenwoordigers kennelijk nog steeds nadrukkelijk op de trom roffelen als ze autoproducenten ertoe willen aanzetten een stapje extra te zetten om de efficiency van hun modellen te verhogen. Wij kunnen hier in Nederland dus wel het beste en schoonste jongetje van de klas willen zijn, veel zoden aan de dijk zet het kennelijk niet; er valt buiten onze landsgrenzen nog een wereld te winnen.