Toyota Avensis (2006) - Test
Avensis gaat verder
- Arno Böckling
- Eerste rijtest
Hij was al speciaal voor ons continent ontworpen. En nu, drie jaar na z'n introductie, wordt de Toyota Avensis nog verder aangepast aan de smaak van de Europese automobilist.
In 2003 maakte de Toyota Avensis zoals we hem nu kennen z'n debuut. Het model heeft het goed gedaan en doet dat nog steeds. De eerste vier maanden van 2006 scoorde het in zijn deel van de markt – het D-segment – een aandeel van 9,1 procent. Daarmee hoefde Toyota's middenklasser maar drie concurrenten voor te laten gaan. Bekende modellen als de Ford Mondeo, de Opel Vectra, de Renault Laguna, de Mazda 6 en de Citroën C5 wist hij achter zich te laten. Dat mooie resultaat kon de Avensis bereiken doordat hij niet alleen bij particulieren, maar ook in het zakelijke segment in trek is. Helemaal in lijn met de trend is er meer vraag naar de Avensis Wagon dan naar de Sedan. Voor de derde carrosserievariant – de liftback – is maar weinig belangstelling. Daarom is hij voortaan in een veel kleiner aantal uitvoeringen leverbaar dan de andere twee koetswerkversies. Ze zeggen wel 'Never change a winning team', maar in de autowereld gaat dat niet op. Daar geldt de regel dat een model na zo'n drie jaar een opfrisbeurt moet hebben om bij de tijd te blijven. Dus presenteert Toyota de Avensis nu in een licht gewijzigde gedaante. Zo kreeg de wagen een nieuwe voorbumper. Ook de grille is gewijzigd. Met z'n ronde lijnen tovert hij een glimlach op het gezicht van het gefacelifte model. En de nieuwe koplampen lachen mee. In de met rookglas afgewerkte koplampunits vinden we – in chroomkleurige cilinders – lampen voor dimlicht en grootlicht. Een nieuwtje op het gebied van verlichting zijn ook de LED-richtingaanwijzers; ingebouwd in de buitenspiegels.
Dynamisch karakter
Ook onderhuids is er nieuws; de 2,0-liter zelfontbrander waarmee de Avensis toe leverbaar was, heeft een opvolger gekregen. Het is een compleet nieuwe aluminium 2,0-liter D-4D-motor, afgeleid van de 2,2-liter D-4D-krachtbronnen die al in het motorengamma voorkwamen. De technische specificaties laten zien dat de cilinderinhoud van 1,995 naar 1,998 cc ging. Het vermogen steeg van 116 naar 126 pk en het koppel nam toe van 280 naar 300 newtonmeter. De extra power vertaalt zich ook in hogere prestaties; een topsnelheid van 200 in plaats van 195 km/h en een acceleratie 0-100 van 10,6 in plaats van 11,2 seconden.
De Avensis wordt niet alleen in Europa gebouwd; hij werd ook voor de Europese markt ontworpen. Dus is het niet gek dat Toyota de Avensis rijeigenschappen heeft willen geven die de gemiddelde Europese automobilist bevallen. Veel Europeanen houden wel van een actieve rijstijl en daarom heeft het onderstel een iets dynamischer karakter gekregen. De stabilisatorstang vóór is voortaan dikker, waardoor de Avensis in bochten minder overhelt en strakker op de weg ligt. Achter is de stabilisatorstang dunner geworden om de wagen iets makkelijker de bocht in te laten sturen. De werking van de demping werd aan de gewijzigde ophanging aangepast. Ten slotte is er aan de stuurinrichting gesleuteld, om de besturing communicatiever te maken.
Vanaf 7 juni staat de vernieuwde Avensis bij de Toyota dealer. Versies met de nieuwe 2,0-liter D-4D motor – met roetfilter – worden pas in september leverbaar, maar zijn al wel te bestellen.