Test: Hyundai Avante N - leuke, exotische i30 N-broer die zelfs sneller op Ring zou zijn

Wat is een Hyundai Avante?

In de Nederlandse Hyundai-showrooms zul je de Avante niet aantreffen. Dat is zonde, want het is zeker in N-uitvoering een aantrekkelijke sedan, die prettig op het netvlies ligt, sportieve techniek aan boord heeft en veel ruimte biedt. Het is een sportieve sedan voor het gezin. Hij is perfect geschikt voor dagelijks gebruik, desgewenst met het hele gezin, waarmee je veel lol kunt beleven en die op de Nordschleife van de Nürburgring ook helemaal in zijn element is als papa eens wil losgaan. Wat wil je nog meer? Maar helaas, de Avante N is alleen leverbaar in de Verenigde Staten, Australië, Zuid-Korea en China. In plaats daarvan moeten Hyundai-fans in ons land vrienden worden met de elektrische Ioniq 5 N, en zo’n elektrische krachtpatser moet maar net je ding zijn.

Is deze Hyundai N ondanks zijn afwezigheid in Europa ook op de Nürburgring ontwikkeld? 

Het is wat het is, we kunnen je alleen maar vertellen of je nu wel of niet iets mist aan de Avante. Wij mochten exclusief met deze sedan rijden op en rond de Nürburgring. Hyundai heeft een ontwikkelingscentrum bij het Duitse circuit. Het bijzondere is: hoewel dit model niet leverbaar is in Europa werd hij hier wel ontwikkeld. Als we hem ophalen, zien we dat er een jaarkaart in de auto ligt waarmee we kunnen deelnemen aan de ‘Touristenfahrten’ op het circuit. Oftewel, we kunnen aan het einde van de dag nog een paar rondjes over het circuit rijden. Eerst bekijken we de Hyundai van dichtbij en rijden we ermee door de Eifel, dat bochtige stukje Duitsland waar je een sportieve auto ook uitstekend op zijn merites kunt beoordelen.

Zelfde motor als de i30 N

Laten we met de technologie beginnen. Onder de motorkap ligt de 280 pk en 390 Nm sterke tweeliter turbomotor die we uit de i30 N kennen. De Avante N deelt ook de tegen meerprijs verkrijgbare achttraps transmissie met dubbele koppeling met dit model. In het basismodel is een handgeschakelde zesbak te vinden. De boostfunctie zorgt voor een vermogen van 290 pk gedurende twintig seconden. Deze functie activeer je via de NGS-knop op het stuur. De i30 N biedt deze functie eveneens, maar bij dat model blijft het vermogen steken op 280 pk. Je krijgt dan simpelweg de beschikking over het reguliere maximale vermogen van de motor als je de boostfunctie selecteert.

Hoe snel is de Avante N?

De Avante N sprint met behulp van launchcontrol in 5,3 seconden naar de 100 km/h. Bij een snelheid van 250 km/h grijpt de begrenzer in, net als bij de i30 N. Ter vergelijking: de i30 sprint in 5,4 seconden naar 100 km/h met launchcontrol. Een tiende langzamer dus. De vraag is hoe dat komt. Misschien door het gewicht? Dat lijkt vreemd, want je zou verwachten dat de sedan zwaarder is dan de i30. Dat is toch niet het geval, want de Avante is volgens de fabrieksspecificaties bijna honderd kilo lichter dan de hatchback  (i30 N met DCT-transmissie: 1.530 kg).

En het onderstel?

Welnu, deze auto heeft een elektronisch sperdifferentieel en Michelin Pilot Sport 4S-banden in de maat 245/35 om 19-inch wielen (i30 N: 235/35 R19). En dan is er nog de bekende, meervoudig instelbare adaptieve vering. Het hogere vermogen, de banden, het onderstel en het lagere gewicht zorgen ervoor dat we op de Ring snellere rondetijden zouden moeten kunnen neerzetten dan met de i30 N. Helaas kunnen we dat vandaag niet meten.

Klinkt hij net zo leuk als een i30 N?

Later vandaag kunnen we twee rondjes over de Nordschleife rijden, maar eerst verkennen we het heuvelachtige landschap rond de Nürburgring. Direct na het wegrijden hebben we al een grote grijns op ons gezicht. Het uitlaatsysteem produceert een heerlijk sportief geluid, zoals we dat niet eerder hebben gehoord in een Hyundai voor op de openbare weg. Akkoord, hij is niet voorzien van het benzinepartikelfilter dat in Europa verplicht is. In de N-stand knettert het uitlaatsysteem er lustig op los, heerlijk. Bij het opschakelen horen we flinke knallen; het is bijna alsof je in een raceauto rijdt.

Hoe rijdt -ie?

Zoals hij klinkt, zo rijdt hij ook. De stoelen bieden een lage zitpositie en veel zijdelingse steun, top. Het karakter van de auto is heel veelzijdig, van een comfortabele middenklasse-sedan tot een sportwagen met vier portieren. Natuurlijk, het is geen sedan die erop is gericht om het zijn inzittenden zo comfortabel mogelijk te maken, maar er is genoeg comfort behouden gebleven om dagelijkse ritten aangenaam te laten verlopen. De besturing is responsief, maar net als de auto als geheel nooit nerveus. De achteras is levendig en als je wilt, kun je er heerlijk mee spelen. Bovendien is de motor lekker pittig en maakt hij gretig toeren. De versnellingsbak is zeer goed bij de les en schakelt ongelooflijk snel, zoals we dat van de i30 N kennen. Hoe presteert hij op de Nordschleife? Welnu, daar voelt deze Hyundai zich helemaal thuis. De vooras biedt bijvoorbeeld veel grip. De vering lijkt perfect te zijn afgestemd op dit circuit in de modus Sport Plus, ondanks de iets zachtere afstelling. De sedan absorbeert de curbstones en hobbels perfect. Deze Hyundai biedt enorm veel rijplezier, meer nog dan de i30 N. Het is echt jammer dat hij in Europa niet te koop is.

Missen we hier iets aan?

Hij ziet er wat ons betreft geweldig uit, neemt bochten op net zo’n levendige wijze als de i30 N, hij is zeker niet traag op het circuit, desgewenst kun je er best comfortabel mee rijden en tegelijkertijd is hij lekker dynamisch. Oftewel, een prima totaalpakket, dat in onze optiek bij ons kans van slagen zou hebben. Hopelijk zijn er genoeg liefhebbers te vinden om grijze import mogelijk te maken.