Test: Audi RS 3 - Overdaad en toch ruimte voor meer

Waarom een test van de Audi RS 3?

Audi is trots op de nieuwe RS 3. Trots op een record dat zeker respect verdient. Want het Duitse automerk heeft met de nieuwe RS 3 een recordtijd neergezet op de Nürburgring Nordschleife. Met een tijd van 7:33.123 minuten is het de snelste auto in zijn segment op het 20,832 kilometer lange circuit. Het meest bijzondere is nog wel dat deze prestatie werd neergezet in een auto die feitelijk hetzelfde is als voor de facelift. Want de motor kreeg niet meer paardenkrachten en het onderstel is in de basis ook hetzelfde. Audi was met het vorige model ook al recordhouder, maar snoept van die tijd nu nog eens 5 seconden af. De veranderingen zitten hem met name in de software. Daarmee is deze Audi al een beetje de voorloper van wat in de auto-industrie de Software Defined Vehicle (SDV) is gaan heten. Bijna alle autofabrikanten werken aan een dergelijke ‘lege huls’ die later volgepompt kan worden met opties en upgrades - voornamelijk via software. Bij de RS 3 werden de enen en nullen van de torque splitter geherschikt die de vermogensverdeling tussen de achterwielen regelt. Ook de adaptieve schokdempers hebben een digitale update gekregen. Hierdoor behoort overstuur nu nog meer tot de mogelijkheden van de vierwielaandrijver, stuurt de hatchback scherper in én kun je sneller weer op het gas in een bocht. Daarmee komt de RS 3 nog iets meer tot leven.

De Audi RS 3 werd sneller door softwareaanpassingen aan onder meer de torque spliter

Hoe rijdt de vernieuwde Audi RS 3?

Het duurde lang voor Audi het licht zag met de RS 3. De eerste generaties werden geteisterd door ergerlijk onderstuur en van spanning of rijplezier was nauwelijks sprake. Concurrerende modellen als de Honda Civic Type R of Renault Mégane RS lieten de achterkant uitwaaieren bij gas los en de Focus RS en Mercedes A45 AMG hadden techniek aan boord om te kunnen driften op vermogen. Bij de vorige generatie RS 3 repareerde Audi deze omissies met nieuwe hardware als een torque splitter en ook de neiging om de buitenkant van de bocht op te zoeken werd vakkundig geëlimineerd. Er kwam zelfs een heuse driftversie, waarmee je de RS 3 als een echte achterwielaandrijver kunt beleven.  Maar hoezeer de rijbeleving ook is toegenomen ten opzichte van de eerste generaties RS 3, het is nog altijd niet de meest ‘involverende’ rijdersauto in zijn klasse. Audi kan en mag trots zijn op zijn record op de Nordschleife, maar als een auto dat doet op de manier waarop bijvoorbeeld een McLaren dat doet - koel, klinisch en berekenend - verkoop je daardoor geen enkele auto meer. Elektrische auto’s worden ondanks hun indrukwekkende sprintkracht ook niet gekocht omdat ze zo lekker rijden. 

Hoe komt de motor van de Audi RS 3 uit de test?

Er is genoeg te genieten in de Audi RS 3, met name door de motor. Die heerlijk roffelende 2,5-liter vijfcilinder die - geholpen door een turbo - je van bocht naar bocht katapulteert op een eindeloze koppelgolf. De exacte besturing en de nieuwe software die je nog nadrukkelijker helpt om zo hard mogelijk de bocht te ronden zijn geweldig, maar het is allemaal net iets te rond en comfortabel. De feedback van het stuur, de klikgeluiden van de flippers, de reactie op het gaspedaal en de sperwerking van de torque splitter: ze passen perfect bij een minder extreme Audi als de S3, maar voor wat de ultieme hot hatch moet zijn voelt het allemaal net te weinig mechanisch. Er zijn auto’s in deze klasse die je echt bij je strot grijpen, die je elke meter laten voelen dat je in iets bijzonders rijdt. De Honda Civic Type R bijvoorbeeld en ook de Renault Mégane RS biedt qua sensaties net wat meer.

De geblazen 2,5-liter vijfcilinder blijft de ster van de show in de Audi RS 3.

Wat kost de Audi RS 3?

De Audi RS 3 blijkt een echte allrounder in onze test. Maar wanneer dit je tweede auto is die je het gevoel geeft dat je leeft, gaan de echte puristen na een tijdje wellicht verlangen naar meer. Naar iets meer hardcore, een net wat harder plofje uit de uitlaat, een besturing die pijn aan je handen doet als je over een kerb rijdt en een achterkant die zo ‘los’ aanvoelt dat je oksels al beginnen te prikken wanneer je een bochtig bergweggetje of een circuit betreedt.

De Audi RS 3 is niet die auto. Met een verkoopprijs van bijna €110.000 is het ook al lang geen kassakoopje meer, maar dat geldt voor alle auto’s in deze klasse. De achterwielaangedreven BMW M2 kost zelfs meer dan €120.000 en de wellicht wat te polariserende Honda Civic Type R kost afgerond al €90.000. Autojournalisten zijn vaak een beetje freaks en hebben de neiging om de meest hardcore versies het meest te prijzen, maar de kopers weten wel beter. Want doordat je aan de RS 3 op de snelweg nauwelijks merkt dat je in een zeer sportieve auto zit, is de RS 3 de auto die het meest geschikt is als reiswagen. 

De Audi RS 3 oogt een tikkeltje racy, maar is vooral een racewagen.