Skoda Superb Combi
De achterbankfactor
- Stéphan Vermeulen
- Eerste rijtest
Bepaalde autocommercials zullen je altijd bijblijven; wie denkt er bij het zien van een vroeg Fiat Pandaatje níet aan de hysterisch lachende motoragent? En ook een Skoda Superb Combi roept bij velen de reclame op waarbij een stel opa's en oma's elkaar op de parkeerplaats van het ziekenhuis treffen om hun nieuwe kleinkind te bewonderen. De ene grootvader − type rode broek, ruitjesjas en brogues − tilt vol trots een teddybeer uit de kofferbak van een Rover 75. Een merk dat weliswaar al jaren niet meer bestaat, maar je kunt wél zeggen dat je Rover rijdt. Toet-toet, daar komen de andere opa en oma aan, in een kersverse Skoda Superb Combi. De elektrische achterklep gaat open en daar kómt me toch een joekel van een knuffelolifant uit! Beteuterd kijken de ietwat kakkineuze grootouders van de andere kant naar hun tot miniknuffel gedegradeerde cadeau voor de kleine. Hoe treffend kan een commercial zijn ...
De tweede generatie van de Superb zet het merk in 2008 wat dat betreft op de kaart. Was de eerste versie nog een verlengde Volkswagen Passat met een ander front, nummer twee is een stuk serieuzer. En hij is leverbaar als Combi. Leaserijders sluiten 'm meteen in de armen, uiteraard gestimuleerd door de fiscale voordelen, want de Greenline is er al snel met 20 procent bijtelling. Dat is voor velen meteen de belangrijkste noviteit bij deze facelift, want dat fiscale voordeel keert na een tijdelijke afwezigheid terug.
Paar grammetjes
Eerst de uiterlijke wijzigingen maar eens. Het front loopt weer lekker in de pas met dat van de nieuwe Octavia. Bij de Superb hatchback springen de achterlichten veel meer in het oog, bij de Combi moet je om in één keer de verschillen aan de achterzijde te spotten een foto van de versie vóór de facelift erbij halen. Natuurlijk, de type-aanduiding komt uit een nieuw malletje, maar dat is het dan wel. Op technisch vlak zijn de wijzigingen al net zo miniem. Start-stoptechniek zorgt er voortaan voor dat de motor afslaat wanneer de auto stilstaat, de versnellingsbak in vrij gaat en de bestuurder de koppeling op laat komen. Dat scheelt weer een paar grammetjes CO2. Overigens was dat aanvankelijk niet genoeg om de Combi in Nederland in aanmerking te laten komen voor 20 procent bijtelling, maar in Leusden hingen ze meteen aan de lijn met Mlada Boleslav, en jawel: in plaats van 113 gram stoot de 1,6-liter TDI Greenline nu 111 gram CO2 per kilometer uit. Daarmee voldoet de diesel maar nét aan de eisen voor 20 procent bijtelling.
Met 105 pk en 250 Nm biedt de 1,6-liter TDI voldoende trekkracht voor de lel van een stationwagon, maar ook niet meer dan dat. Je moet hem gewoon niet onder de 1.500 tpm laten komen, en dat is met de prettig schakelende zesbak geen probleem. Effe versnellen op de snelweg van 100 naar 120 km/h betekent terug naar vijf. Vanbuiten hoor je goed dat er een diesel aan het werk is, al worden de klanken die ervan tot het interieur doordringen mooi gedempt. Het past goed bij het rustige karakter van deze lobbes, want dát is de Superb. Geen al te directe besturing en een onderstuurd karakter maken er een auto van waarmee je heerlijk kilometers kunt vreten, maar een bochtig parcours pak je niet voor het plezier. En dat is helemaal niet erg. Bovendien verwerkt de lange wielbasis vrijwel alle oneffenheden met gemak.
Die achterbank!
De beste plek in de Superb vind je op de achterbank. Niet normaal, zo groot als de middenklasser achterin is. Daar doet de auto echt niet onder voor een Audi A8 Lang of een vergelijkbare limo. Geen CEO die de auto ook maar op zijn verlanglijstje zou zetten, al vonden ze het bij Skoda wel een goed idee een limo-achtige optie te ontwikkelen voor het vlaggenschip. Als achterpassagier kun je de rechtervoorstoel elektrisch naar voren schuiven voor nóg meer beenruimte. Andere slimmigheden, die de Superb al had vóór de facelift, zijn de paraplu, die netjes weggewerkt is in de achterportieren, en de wijze waarop de achterklep van de hatchback opent. Dat kan namelijk op twee manieren; alleen het onderste deel kan open, maar je kunt hem ook in z'n geheel omhoog klappen. En die opmerkelijke toegankelijkheid leidt tot 595 liter inhoud, de Combi slikt zelfs 630 liter. Indrukwekkende getallen, maar de kleinere broer van de Superb, de Octavia, doet qua bagage-inhoud nauwelijks onder voor het topmodel. Vooruit, hij is iets minder ruim op de achterbank, maar het is duidelijk dat de Octavia qua afmetingen steeds verder opschuift richting Superb. Daarnaast is hij dankzij het MQB-platform een stuk lichter en rijdt hij bovendien dynamischer. Als klap op de vuurpijl biedt de 'kleinere' Skoda meer versies met 20 procent bijtelling en komt er zelfs een Greenline-variant met 14 procent bijtelling … Je zult maar zo'n ambitieuze broer hebben!
Tja, dat maakt de positie van deze opgefriste Superb er bepaald niet makkelijker op, en het zal vooral de achterbankfactor zijn die de doorslag moet geven.
Video
Helaas kunnen wij deze video niet weergeven, omdat je niet akkoord bent gegaan met de
cookie voorwaarden.
Onze video speler heeft rechten nodig voor de "Social Media".
Wijzig je cookie instellingen
Lees ook
Rij-impressie Skoda Superb Combi 1.6 TDI Greenline
Waarom de Denza Z9 GT geen Porsche-concurrent is
Test: Mitsubishi Outlander PHEV – Te laat op het PHEV-feestje?
Test: Opel Grandland 1.6 Turbo Plug-in Hybrid - Is deeltijdstekkeren een goed idee?
Test: Hyundai Ioniq 9 - op elke zitrij zit je ruim, groter dan Kia EV9 en zeer comfortabel
Gerelateerde forum topics
Lezersreacties (26) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.