Renault Grand Scénic (2009) - Test

Upsizing, downsizing

68 reacties

Video
AutoWeek 16 2009
AutoWeek 16 2009

Je leest het in AutoWeek 16 2009

Met de derde generatie van de Scénic hoopt Renault het succes van de midi-MPV te prolongeren. Het model is er weer als vijf- en zevenzitter. In de hang naar downsizing presenteert de firma een nieuwe 1,4-liter turbomotor in de nieuwe Scénic, terwijl het interieur van de auto is verruimd.

De Renault Scénic stond in 1996 aan de bakermat van het segment van de midi-MPV's. Enige tijd had de auto dus de markt voor zich alleen. Maar inmiddels heeft elk zichzelf respecterend merk en midi-MPV in z'n programma opgenomen, en is het dringen geblazen in dit segment. Des te knapper is het van Renault dat het met de Scénic nog altijd in de top van z'n klasse opereert. Uiteraard wil de Franse fabrikant met z'n compacte ruimtewonder voorop blijven lopen. Het realiseert zich echter ook dat de ontwikkelingen snel gaan in het midi-MPV-segment en dat je zomaar ineens achteraan loopt met wat ooit je succesnummer was zodra je achterover leunt. De huidige Scénic werd vorig jaar nog wat bijgepunt om het nog even vol te houden, maar snakte naar aflossing; de concurrentie zit niet stil. Die aflossing is er dan nu met een geheel nieuwe generatie Scénic. Renault presenteerde de auto op de autosalon van Genève, die bijna uiteenspatte van de primeurs. Net als bij het huidige model zullen er twee versies zijn van de Scénic: een gewone en een 'Grand'. De laatste treffen we eind deze maand als eerste aan op Nederlandse bodem. Daarmee komt de minst fraaie variant als eerste, om maar direct met de deur in huis te vallen. De Scénic heeft, hoewel het een op zichzelf staand model is, de Mégane als basis. En dat kun je goed zien. De MPV maakt in z'n uiterlijk ondubbelzinnig duidelijk dat-ie banden heeft met de compacte middenklasser uit het Renault-gamma. En dat misstaat hem niet. Voor een MPV heeft de nieuwe Scénic hierdoor een sportief voorkomen. De voorzijde is het sterkste punt van de auto; de achterkant oogt wat smalletjes. Eenheidsworst is de Scénic in elk geval niet. De Grand Scénic roept met z'n neutralere trekken wat minder emoties bij de kijker op. Hij mist de dynamischer wigvorm en de gedrongenheid van z'n kortere broertje. Hij oogt een iets gewoner. Daar staan natuurlijk meer ruimte voor de inzittenden en een groter praktisch nut tegenover. In ons land is de Grand Scénic het populairst; frappant, want in wereldwijd geniet juist de korte variant van de MPV de meeste belangstelling.
Op- en wegwerkmogelijkheden

Onze kennismaking met de nieuwe Scénic geschiedt op Grand-niveau. De auto is 15 centimeter langer dan de korte uitvoering. En die extra centimeters komen vooral ten goede aan de bagageruimte. Volgens Renault is die ten opzichte van die van de huidige Grand Scénic met tien procent gegroeid. Het kofferruim kun je net als nu het geval is weer vullen met twee extra zetels. Maar niet iedereen heeft een groot gezin of moet op zaterdagen horden voetballers naar de sportvelden vervoeren. Sowieso barst de auto van de op- en wegwerkmogelijkheden in het interieur. Onder meer in vakken onder de vloer, in de verschuifbare middentunnel, in laden onder de stoelen en in grote kaartenbakken. Het interieur kent de functionaliteit die we van de Scénic gewend zijn. Zo is de leuning van de voorste passagiersstoel neerklapbaar tot tafeltje. Op de tweede rij treffen we drie separate zetels, die eveneens een tafelstand hebben, neer te klappen of te verwijderen zijn, en onafhankelijk van elkaar kunnen schuiven. Doordat de komende Scénic een 34 millimeter langere wielbasis heeft, is de knieruimte op de tweede zitrij gegroeid tot 27,5 centimeter.

Het dashboard is onmiddellijk herkenbaar als dat van een Scénic. Nog steeds zit het instrumentarium in het midden, onder een grote luifel. Geinig is dat de digitale toerenteller een analoge nabootst. Voor € 500 monteert Renault een Tomtom-navigatiesysteem in de Scénic. Op het kleurenscherm van het wegwijssysteem kijken we aldoor aan tegen de achterkant van een Scénic die de route digitaal voorrijdt. Aardig gedaan van de Fransen. De materialen waaruit het interieur is opgebouwd zien er kwalitatief hoogstaander uit dan die in de Scénic die deze maand wordt afgelost, en voelen ook als zodanig aan. Jammer is dat de afwerking nog altijd niet foutloos is. Al in de kakelverse introductie-auto zien we hier en daar een plastic afdekkapje loslaten van de koets.

Turboaggregaat

De Scénic en de Grand Scénic zijn straks leverbaar met drie benzinemotoren: een 1,6-liter 16V (110 pk), een 1,4-liter TCE (130 pk) en de 2,0-liter 16V (140 pk) met een continu variabele transmissie. De eerste twee motoren zijn in de Grand Scénic goed voor een B-label. Bij de diesels bestaat de keuze uit de dCi's van 110 pk, 130 pk en 160 pk. De eerste twee hebben een B-label. Alle diesels zijn standaard voorzien van een roetfilter. Wij gaan een stevig blokje om in de Grand Scénic met de 130 pk sterke 1,4-liter turbomotor. De krachtbron is hagelnieuw voor Renault en debuteert in de verse midi-MPV. Hij is ontwikkeld in samenwerking met partner Nissan, en spreidt de hang naar downsizing van de firma tentoon; voor een veertienhonderdje heeft-ie immers best een berg vermogen en trekkracht (190 Nm). Zie 'm als de Franse tegenhanger van Volkswagens 1,4-liter TSI-motor en Fiats T-Jets. TCE staat voor 'Turbo Control Efficiency'. De Grand Scénic is goed bediend met deze motor. De gemiddelde MPV-rijder zal niet meer verlangen dan de prestaties die de Scénic met dit turboaggregaat levert. De compressor komt rustig in; er is geen sprake van een turbogat. De Scénic versnelt dus comfortabel. De klinkers trekt hij niet uit de straat, maar moeiteloos met het verkeer meebewegen is geen probleem. Het verbruik blijft bovendien beperkt tot 7,1 liter euro loodvrij per honderd kilometer volgens de fabriek. En daar gaat het toch allemaal om bij downsizing. Pas bij kruissnelheden boven de pak 'm beet 150 km/h laat de krachtbron zich tamelijk nadrukkelijk horen. Onder deze snelheid en bij accelereren houdt-ie zich verbazend rustig, wat het comfort aan boord ten goede komt. Sowieso is comfort bij de nieuwe Scénic weer een kernbegrip. Verwacht dus geen al te dynamisch sturende auto met een snaarstrak weggedrag. De Renault rijdt min of meer zoals je verwacht; de besturing verleent niet veel info over wat er onder de wielen gebeurt, maar werkt met voldoende precisie. Schakelen gaat met met het rubberachtige gevoel dat we van producten van de Franse fabrikant gewend zijn en het onderstel is afgestemd op het zo goed mogelijk glad strijken van de weg.

De nieuwe Scénic krijgt een vanafprijs van € 23.300. Een Grand Scénic is € 1.000 duurder dan een gelijkwaardige korte variant, en twee extra zitplaatsen achterin kosten nog eens € 700 extra. Voor die ruim 23 mille heb je de instapper met 1,6-liter benzinemotor in Authentique-trim. De uitrusting omvat dan onder meer airco, elektrisch bedienbare zijruiten voor, elektrisch verstelbare en verwarmbare buitenspiegels, een in hoogte verstelbare bestuurdersstoel en snelheidsafhankelijke stuurbekrachtiging. Op veiligheidsgebied biedt deze versie ESP, antiwhiplash-hoofdsteunen op de voorstoelen en zes airbags. Wie meer in de watten gelegd wil worden, komt bij de Expression. Die heeft onder meer een airco met gescheiden temperatuurzones, automatische parkeerrem, cruisecontrol, en leeslampjes en klaptafeltjes achterin. Tussen de uitvoeringen Authentique en Expression zit een prijsverschil van € 1.600. Boven de Expression bevindt zich de Dynamique-variant. Deze heeft leer op stuurwiel en versnellingspookknop, een in hoogte verstelbare passagiersstoel en een Renault Handsfree Card – een sleutelkaart die niet uit de broek- of jaszak hoeft om de deuren te openen of de auto te starten. Voor de Expression verlangt Renault een extra investering van € 1.000 ten opzichte van de prijs die op het kaartje Dynamique staat. De meest luxueuze uitvoering heet traditiegetrouw Privilège. Leren bekleding, verwarmbare en elektrisch verstelbare voorstoelen, automatisch dimmende binnenspiegel, elektrisch inklapbare buitenspiegels en bixenonverlichting die 'meestuurt' met de voorwielen behoren in die versie allemaal tot de standaarduitrusting. Tussen de Dynamique en de Privilège gaapt een financieel gat van € 2.500.

Renault Grand Scénic
Renault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand ScénicRenault Grand Scénic

Lezersreacties (68) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.

Praat verder op het forum