Test: Kia Carens (2013)
Een nette zeven (-zitter)
33 reacties
Video
Helaas kunnen wij deze video niet weergeven, omdat je niet akkoord bent gegaan met de
cookie voorwaarden.
Onze video speler heeft rechten nodig voor de "Social Media".
Wijzig je cookie instellingen
- Roland Tameling
- Eerste rijtest
Kia opent opnieuw de aanval op auto's als de Chevrolet Orlando, Renault Scenic en de Ford C-Max. En wel met deze nieuwe Carens. Wordt dit na de Picanto, Rio, Cee'd en Optima de zoveelste welkome toevoeging aan het wagenpark? Wij probeerden hem uit.
Het blijft opmerkelijk hoe Kia het voor elkaar krijgt om iedere keer een duidelijke stap in de goede richting te zetten. Telkens als de Zuid-Koreanen een nieuw model de wereld in sturen, voelt deze net weer een tandje meer solide, robuuster en vooral meer 'af' dan de auto's de hem voorgingen. Neem nu deze nieuwe Carens: hoewel de Cee'd pas sinds 2012 leverbaar is in ons land, steekt de MPV die van die auto is afgeleid toch echt alweer beter in elkaar.
Het begint al zodra je achter het stuur stapt. Hoewel de Carens een binnenste heeft dat qua vormgeving netjes in lijn past met de Picanto en Cee'd – een strak, modern geheel met goede overzichtelijkheid – zie je in de details dat de Carens beter is doorontwikkeld. Nieuw vormgegeven knopjes, andere stengels aan de stuurkolom, materialen die simpelweg solide aanvoelen. Sommigen zullen zeggen dat dit onzinnige details zijn om uit te lichten ('alsof je met een dashboard gaat zitten knuffelen!') maar wat ons betreft geven ze juist heel goed aan waar we de Carens moeten plaatsen: meer dan ooit gelijkwaardig aan de concurrentie.
Een solide interieur en keurige vormgeving, je hebt er niets aan als de onderliggende techniek functioneert als een doos vol rammelende Duplostenen. Wees gerust, ook daar maakt de Carens een stap: zelfs in vergelijking met de recente Cee'd voelt bijvoorbeeld de besturing steviger. Het stuurwiel zelf is dikker dan in de 'oudere' familieleden en dat geeft je al het idee dat je letterlijk meer auto in handen hebt, maar ook het gevoel en de reacties zijn evenwichtiger dan voorheen. Nog steeds blinkt de Carens niet uit in communicatie, hij stuurt behoorlijk ongevoelig, maar het 'iele' karakter van vroeger is grotendeels verdwenen. De drievoudige instelbare stuurbekrachtiging (Sport, Normal, Comfort) is weinig méér dan een gimmick, want een echt lekkere stand zit er niet tussen, maar slecht stuurt de Carens ook weer niet.
De comfortabele kant
Nu is uiteraard de vraag of je een Carens zult kopen voor zijn rijgedrag. En toch is het relevant, want ook in het segment van de compacte MPV's zijn de auto's de laatste jaren steeds lekkerder gaan rijden. Waar staat de nieuwe Kia in dat landschap? Laten we zeggen: aan de comfortabele kant van het midden. Al meteen valt op dat Kia de geluidsisolatie van motor en onderstel prima voor elkaar heeft, en dat ook veren en dempers zijn afgesteld op kopers die veel kilometers gaan maken. Soepel, meegaand, verre van hard. Dat is enorm prettig in stedelijke gebieden, waar de Carens solide over verkeersdrempels rolt. Keerzijde van de medaille is dat de Kia op dynamisch gebied zijn meerdere moet erkennen in auto's als de Ford C-Max en de Mazda 5. Die slagen er simpelweg beter in om hun hoge zwaartepunt te verbloemen; in de Carens zorgt de combinatie van zachte vering en hoge opbouw er voor dat de koets relatief veel gaat hellen in een bocht. Niet erg, wel goed om te weten.
Wij maakten onze eerste kilometers met de sterkste versie van de 1.7 CRDi, een dieselmotor met 136 pk. Van die krachtbron levert Kia ook een variant met 115 pk, maar zo te voelen loont het de moeite om te kiezen voor de krachtige broer, want licht is een Carens niet. De viercilinder turbodiesel loopt mooi, heeft een aangename krachtopbouw en werkt prettig samen met de handgeschakelde zesbak, maar we kunnen ons voorstellen dat de lichtere motor een zware kluif heeft aan de Carens, zeker wanneer je ook nog eens zes van je vrienden of familieleden aan boord uitnodigt. Datzelfde geldt overigens voor de benzinemotoren, waar de bekende 1.6 GDi uit de Cee'd als basis prijkt. Met zijn 135 pk lijkt hij sterk genoeg, maar onze ervaring leert dat de atmosferische vierpitter in een Cee'd al geen prestatiewonder is. Niet voor niets heeft Kia voor de Carens ook een nieuwe tweeliter GDi beschikbaar, die met zijn 166 pk beter op zijn taak berekend lijkt. Bijtellingsvoordeel is op dit moment niet aan de orde bij deze Kia, dus wat ons betreft loont het de moeite om even door te sparen voor iets meer Zuid-Koreaanse spierballen.
Onderscheidende factor
Een Carens rijdt prima. Een Carens steekt netjes in elkaar. Een Carens is uit te rusten met keurige aandrijflijnen. Je leest het al, we blijven een beetje steken in termen als 'wel aardig' en 'gewoon goed'. Dit is geen auto die je zult overladen met superlatieven. Aan de ene kant is dat logisch, want bij een midi-MPV kan het juist fijn zijn dat hij past in de nuchtere alledaagse middenmoot. Aan de andere kant schuilt er ook een gevaar. Want de nieuwe Carens mag dan op elk vlak 'gewoon goed' scoren, echt een uitblinker is hij welbeschouwd ook nergens. Wat is zijn onderscheidende factor?
De ruimte bijvoorbeeld? Toch niet onbelangrijk bij een 'busje' dat je koopt voor de familie. Kia voorziet de Carens in Nederland altijd van zeven stoelen en daarmee dobbert hij in het vaarwater van de Ford Grand C-Max en Renault Grand Scenic. Bij andere merken (behalve Chevrolet met de Orlando) moet je overigens wel bijbetalen voor plaats zes en zeven, dus daar biedt de Carens zeker meerwaarde. Jammer is alleen dat je van de achterste twee stoelen niet te veel moet verwachten. Ook Kia zelf geeft toe dat de Carens feitelijk meer een 'vijf-plus-twee' is en geen volwaardige zevenzitter, en dat zegt eigenlijk genoeg: helemaal achterin is plaats zat voor de kleintjes, maar menig oom, peettante of schoonmoeder raden wij een plek op de middelste bank aan. Daar vinden zij voldoende ruimte, én drie gelijkwaardige stoelen waar eventueel zelfs drie kinderstoeltjes naast elkaar passen. Daar gaan we weer: simpelweg netjes.
En afsluitend: is de Carens een ouderwetse prijspakker? Nou…, niet zoals vroeger. De prijslijst begint bij zo'n 24.000 euro en dat is weliswaar aan de lage kant in dit segment, maar voorzien van de nodige extra's kruip je al snel tegen de concurrentie aan. Je kunt er als vanouds vergif op innemen dat de Carens voor hetzelfde geld meer spullen aan boord heeft dan een C-Max, 5008 of Scenic, maar het prijsverschil is niet langer zo immens als voorheen. Deze nieuwe Kia laat met andere woorden weinig steken vallen en scoort wat ons betreft dus een hele nette zeven als eindcijfer, maar iets meer eigenzinnigheid – een eigen karakter – is nu de volgende stap.
Lezersreacties (33) (gesloten)
De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.